DAGEN ZONDER LIEF
Bespreking door: William - Geplaatst op: 2007-12-25
FILM
Er zijn films waarvan je het scenario op de achterkant van een bierviltje kan neerpennen. Daar is niks mis mee als wat niet op het bierviltje staat en toch zijn weg vindt in het uiteindelijke draai- en montageproces voor toegevoegde waarde zorgt: de verkenning en uitdieping van de karakters bijv. of de voorzichtige ontwikkeling van niet te vermijden dramatische situaties en een finale waaraan niet valt te ontkomen, die je als kijker met een brok in de keel de zaal uitstuurt. Zo'n film is
Dagen Zonder Lief niet. Deze productie grossiert in mooie en brandschone locaties (Vlaanderen zag er nooit zo mooi uit), adembenemende kikkerperspectieven vanuit een zeer hoog camerastandpunt (vliegtuigje of helikopter) en een aantrekkelijke soundtrack van Jef Neve met in één van de sterkere scènes muziek van de Belgische dance-act Lasgo.
Het verhaal is weinig geloofwaardig en vooral weinig origineel, maar iedereen mag daar uiteraard anders over oordelen en het scenario van
Dagen Zonder Lief een plaats op de shortlist van de Oscars toewensen. Kwaliteit is nl. zelden een maatstaf, zeker als het om Vlaamse films gaat. Goed het verhaal dan: Frederic (Jeroen Perceval) brengt zijn lief naar de bus aan het station want die gaat voor vier dagen naar Scandinavië waar ze deelneemt aan een volleybaltornooi. Op de terugweg naar de auto loopt hij Zwarte Kelly (Wine Dierickx) tegen het lijf, een oude vriendin die in New York behoort te zitten waar ze party’s en ander leuks organiseert. Maar Kelly is in Vlaanderen want
ze moet haar moeder wat vragen, waar ze
niets over wil vertellen tegen Frederic. Die, opzoek naar een maatje om het tuinhuis van de oma van zijn vriendin te schilderen, neemt Zwarte Kelly mee naar Kurt (Pieter Genard), getrouwd met Blonde Kelly (An Miller) en vader van een baby. Dat bezoekje is niet zonder risico, want Zwarte Kelly en Kurt hebben vroeger iets met elkaar gehad, net voor zij naar New York vluchtte en hem dumpte. Kurt verkoopt gadgets via Internet, maar net na het telefoontje van Frederic over zijn ontmoeting met Zwarte Kelly, krijgt hij – naar eigen zeggen – een black out. Daar zal hij de volgende dagen op doorgaan en een hersentumor simuleren of in elk geval een zware aandoening
waarvoor hij pillen moet nemen. De ontmoeting met Zwarte Kelly drijft Frederic vervolgens naar hun voormalige stamcafé waar zijn vriend Niek (Koen De Graeve) al het mogelijke doet om de nostalgische sfeer van camaraderie en luchtigheid overeind te houden.
Het vervolg van de film speelt zich grotendeels af in en rond het café van Niek waar de oude vrienden vier dagen lang een feestje bouwen, waarmee
Dagen Zonder Lief zonder gêne de weg op gaat die Tom Barman eerder koos in
Any Way The Wind Blows (2003), een film waarin het kruid ook al na een klein uurtje was verschoten en de regisseur voor gelijkaardig materiaal koos om de opgelegde filmduur te bereiken. Om de lichtheid van het verhaal te compenseren is er de zelfmoord van Patrick, nauwelijks gedocumenteerd overigens, die als een zwaard van Damocles boven het gezelschap hangt en z’n schaduw vooruit werpt als blijkt dat ook Kurt niet meer met de voeten op de grond staat. Waardoor of waarom zijn vragen die u beter niet stelt, want antwoorden komen er toch niet in deze film.
Ik wilde graag het meer zien, is Kurts naïeve uitleg tegen Frederic en Niek als ze hem na een lange rit van twee dagen in de Auvergne tegen het lijf lopen; dat kan tellen voor een man met de verantwoordelijkheid voor een vrouw en een jonge baby.
Dagen Zonder Lief gaat zogenaamd over de gepamperde generatie van twintigers en dertigers uit
Hotel Mama en de verhaalstof zou de regisseur rechtstreeks uit zijn omgeving gehaald hebben. Als je 's ochtends de ernstige en slaperige gezichten op de trein van vijf over zes richting Brussel ziet, netjes geklede carrièrezoekers en –zoeksters verdiept in de
mailbox van hun
laptops of de vrienden tijdens het weekend, uitgeput en zonder energie als gevolg van hun vroege
wekkertjes die net zoals op alle andere dagen om halfzeven aflopen want de weg naar de kinderkribbe is bezaaid met onvoorziene problemen en heel veel oponthoud, dan vraag je je als buitenstaander af over welke representatieve generatie jonge mensen Felix Van Groeningen het eigenlijk heeft in
Dagen Zonder Lief. Het zou best kunnen dat de geviseerde generatie met enige afgunst naar de figuren van Van Groeningen kijkt omdat zij zelf de vrijheid en de fantasieën van zijn filmpersonages al lang geleden heeft opgegeven voor een carrière, een gezin en het huisje-tuintje-kindje-syndroom. Alleen vanuit die visie is het redelijke succes van
Dagen Zonder Lief in de bioscoop te verklaren, want voor de rest gaat het hier om een visueel mooie film met een haperend scenario, nauwelijks geloofwaardige karakters, dito dialogen en bij momenten vrij stuntelige acteerprestaties.
Wine Dierickx is redelijk goed op dreef in
Dagen Zonder Lief. Haar karakter blijft net zoals de rest van de cast een gesloten boek en we komen over haar debacle in de States niets te weten, maar er zit een zekere ontgoocheling, teleurstelling en zelfs melancholie in haar personage die ze met kleine bewegingen en onuitgesproken woorden zichtbaar maakt. Frederic (Jeroen Perceval) is een figuur waarover Van Groeningen niets te vertellen heeft. Hij laat zich
doen door zijn lief, is
gevallen voor haar geld, maar meer dan wat oppervlakkige ontkenningen moeten we van Frederic niet verwachten. Perceval blijft altijd vriendelijk en hoffelijk en als ie zich kwaad maakt wordt ie nooit gevaarlijk. Hij is het oninteressante plakmiddel tussen de verschillende scènes en personages, té enthousiast en te wispelturig, een vriend die er uiteindelijk geen zal blijken te zijn. Kurt, zijn directe mannelijke tegenspeler, verliest de greep op de realiteit, maar Van Groeningen vindt het niet nodig om daar een uitleg voor te geven, tenzij een zeer vage die de toeschouwer zelf bij elkaar moet puzzelen. Zijn getraumatiseerde personage verdwijnt naar Frankrijk – zo maar – en Frederic weet precies waar Kurt zich heeft teruggetrokken en voelt zich bovendien geroepen om hem terug naar huis te halen, ook zo maar, wellicht om
old time's sake. Het verhaal zorgt voor mooie prentjes naar analogie met Van Groeningens camerawerk voor
Steve + Sky, maar ook hier laat de regisseur alle kansen liggen om zijn karakters enige diepgang te geven.
BEELD EN GELUID
Felix Van Groeningen is in de eerste plaats een estheet en dat heeft uiteraard consequenties voor zijn aanpak in
Dagen Zonder Lief, een film waarin de bekommernis van de regisseur in de allereerste plaats naar de visuele inkleding gaat. Zijn kleurenpalet is realistisch en bont waar mogelijk, maar meestal koel en berekend wanneer zijn camera over het geürbaniseerde landschap glijdt, zich over het hypermoderne terras van Frederics flat beweegt met de strakke contouren van de markt van Sint-Niklaas op de achtergrond of over het perron van een al even modernistisch en verlaten treinstation. Het beeld is scherp en de details zijn overvloedig aanwezig, tenzij wanneer er sprake is van té fel zonlicht en het zwart-witcontrast is helemaal in orde. De soundtrack van Jef Neve is zonder meer een
asset voor de sfeer en de algemene
mood van
Dagen Zonder Lief. Jammer genoeg heeft deze dvd geen Nederlandse ondertitels: voor wie niet vertrouwd is met het Antwerps en Gents accent – en ja, beste dvd-uitgevers dat is nog altijd het geval voor de meerderheid van de Vlamingen - zijn ondertitels onmisbaar. Ondergetekende heeft
Dagen Zonder Lief noodgedwongen met Engelse ondertitels bekeken, mede omdat de dialogen vaak verdrinken in het omgevingsgeluid.
EXTRA'S
Bij de extra's een
Teaser die meer belooft dan de film uiteindelijk te bieden heeft en de 45 minuten durende korte film
50CC van Felix Van Groeningen uit 2000.
CONCLUSIE
Wie destijds onder de indruk was van Tom Barmans
Any Way The Wind Blows zal
Dagen Zonder Lief wellicht met plezier bekijken. Van Groeningens film is minder grappig, visueel aantrekkelijker en qua dramatische diepgang van een vergelijkbare lichtheid. Net als Barman heeft de Gentse regisseur zo zijn stokpaardjes, in dit geval zijn dat motoren en die voert hij dan ook consequent op in de laatste scène van zijn film zonder dat ze eerder in het verhaal aan bod kwamen, een gedurfd procédé, een spielerei net zoals de
boer-scène en de naïeve, haast kinderlijke gevechtsscène in de verfafdeling van de GB.