COMFORT OF STRANGERS, THE
Bespreking door: William - Geplaatst op: 2011-04-13
FILM
Colin en Mary zijn voor een vijfdaagse vakantie in Venetië en net als twee jaar eerder verblijven ze in het dure Hotel Gabrieli langs de kade op een handworp van het Piazza San Marco. Maar de sfeer is minder uitgelaten dan toen, een beetje gespannen zelfs, want het jonge stelletje zit midden in een crisis: zijn ze nog verliefd, heeft samenzijn nog zin? Zij mist haar beide kinderen uit een vorig huwelijk en wil eigenlijk liever naar huis; hij weet het nog niet en vindt dat ze elkaar en de omstandigheden tijd moeten geven. Ondertussen wandelen ze wat verveeld langs de kanalen, kibbelen af en toe en bedrijven de liefde. Op een avond raken ze in de wirwar van steegjes en pleintjes de weg kwijt op zoek naar een restaurantje. Ze worden aangesproken door Robert, een late veertiger in een sneeuwwit kostuum met achterover gekamd haar, die aanbiedt om ze naar een lokaal te brengen waar op dat late uur nog eten geserveerd wordt. Colin en Mary volgen hem naar een wat groezelig etablissement - waar de kok ziek blijkt te zijn – en daar vertelt de vreemdeling hun over zijn vader en hoe die hem in contact bracht met het meisje dat later zijn vrouw Caroline werd, een Canadese schone met wie hij in een Palazzo langs het Canal Grande woont.
De dag nadien zitten Colin en Mary aan een tafeltje voor twee op de Piazza San Marco. Ze zijn doodop. Ze hebben nauwelijks geslapen, want na hun ontmoeting met Robert is Mary onwel geworden en hebben ze de nacht op straat doorgebracht. Toevallig zien ze hoe Robert in z’n witte pak in de verte passeert zonder dat hun aanwezigheid hem opvalt. Mary haalt opgelucht adem. Ze vindt Robert een creep die ze liever uit de weg gaat, maar als hij een paar seconden later toch als bij wonder voor hun tafeltje opduikt, kan ze z’n uitnodiging voor een drankje in z’n prachtige Palazzo niet afslaan. Het wordt een bizarre middag en avond, waarbij Colin en Mary veel minder dan de toeschouwer schijnen te merken dat er iets mis is en dat Robert en z’n vrouw een stukje theater opvoeren dat bijna onvermijdelijk kwalijke gevolgen zal hebben. Voorlopig blijft het bij een ferme stomp van Robert na Colins opmerking dat diens huis op een perfect herinneringsmuseum voor z’n voorouders lijkt en Mary’s angstige vaststelling dat Robert in het geheim foto’s van Colin heeft gemaakt. Enfin, uiteindelijk belanden Colin en Mary tot grote opluchting van de toeschouwer toch weer veilig in hun hotel. De spanning van de afgelopen dagen heeft de geliefden nauwer tot elkaar gebracht en een happy end lijkt onafwendbaar, maar na een uitstapje met de vaporetto staan Colin en Mary de dag nadien tot hun verbazing op de stoep van Roberts huis en zwaait Caroline ze van uit een raam op de bovenverdieping uitbundig toe: of ze even dag komen zeggen, want zíj staan op het punt om af te reizen naar Canada.
The Comfort Of Strangers is gebaseerd op de succesvolle vijfde roman van de Britse schrijver Ian McEwan, of beter: op z’n vijfde romannetje, want McEwan is een zuinig auteur die met weinig woorden en/of actie een macabere sfeer van gevaar en onheil weet op te wekken die z’n gelijke niet kent in de hedendaagse literatuur. De auteur werkt vooral beschrijvend, wat betekent dat de hoeveelheid directe reden (wat de personages in het boek zeggen) zeer beperkt is, waardoor de scenarist verplicht wordt om zelf dialogen te bedenken op basis van de originele tekst. Daarvoor deden de producenten van de filmversie een beroep op Harold Pinter, de grootste Britse toneelauteur sinds WOII en winnaar van de Nobelprijs voor literatuur in 2005. Pinter schreef in z’n lange carrière zowel voor het theater als voor televisie en leverde scenario’s voor o.a.
The Go-Between (1970) van regisseur Joseph Losey en
The French Lieutenant’s Woman (1981) van regisseur Karl Reisz op een roman van John Fowles met Meryl Streep in de hoofdrol. De scenarioschrijver laat heel veel details uit de nauwelijks 120 pagina’s tellende roman achterwege en concentreert zich vooral op de sfeer die vanaf de allereerste scène een zekere dreiging, gevaar en onheil uitstraalt wegens het klikken van een fotoapparaat, terwijl de hoofdpersonages zich daar niet van bewust zijn: ze worden bespied door een man in een wit pak die wegduikt achter een barokke kerkpilaar of achter het gordijn in een tulpvormig venster.
Ian McEwan is dé meester qua macabere en morbide verhaallijnen en in
The Comfort of Strangers leidt hij de lezer geruisloos naar z'n donkere kamer om er de lezer op geen tijd in een wurggreep te houden. Regisseur Paul Schrader (
Mishima: A Life In Four Chapters, 1985) bereikt dat filmische effect door z’n camera schijnbaar verborgen op te stellen en z’n hoofdpersonages als het ware van ver te bespieden tijdens onschuldige wandelingetjes langs het Canal Grande en door de smalle donkere steegjes van de binnenstad. Af en toe gebruikt hij een
still als de zoveelste foto wordt gemaakt en laat hij het verhaal voor de rest rustig voortkabbelen tegen de achtergrond van een nauwelijks merkbare, maar continu toenemende unheimische spanning.
De kennismaking tussen Colin, Mary en Robert is een eerste hoogtepunt, meer dan een halfuur in de film. Christopher Walken moet geen enkele moeite doen om er gevaarlijk en angstaanjagend uit te zien, hij straalt het gewoon uit, ondanks z’n piekfijne verschijning en de galante hoffelijkheid waarmee z’n personage de jonge vreemdelingen bejegend. Als Robert zegt of doet hij niets dat laat vermoeden dat er wat ergs op til is, want regisseur Paul Schrader weerstaat de drang om van McEwans roman een thriller of misdaadfilm pur sang te maken. Dat is een goed keuze gezien de auteur – gevolgd door de scenarist – van The Comfort of Strangers eerder een coole observatie maakt waarin het kwaad van de macht en de macht van het kwaad op een staalharde manier zichtbaar worden gemaakt. Robert en diens vrouw Caroline zijn nl. in de loop der jaren in een web van agressieve seksspelletjes terechtgekomen waarbij de grens steeds meer is opgeschoven in de richting van geweld en perversie. Uiteindelijk zullen ze onder invloed van een dwingende impuls de grens van normaliteit en acceptabiliteit overschrijden met Colin en Mary als hun toevallige slachtoffers. McEwan vertelt het met gratie en inventiviteit waarbij hij sfeer en verwantschap messcherpe worden geanalyseerd. Paul Schrader komt zeer dicht in de buurt met zijn voyeuristische opnamestijl, z’n rustige en tegelijk suggestieve montage en de zuinige, maar perfect geconcipieerde dialogen van Harold Pinter.
Verrassend genoeg zijn de beide hoofdrollen (Colin & Mary) gespeeld door Rupert Everett en Natasha Richardson een stuk minder indrukwekkend dan wat Christopher Walken (Robert) en Helen Mirren (Caroline) in
The Comfort of Strangers presteren. Dat is vooral vreemd omdat Helen Mirren maar zeer beperkt aan bod komt en haar personage nauwelijks de aandacht geniet van de regisseur, terwijl Robert vooral qua bedoelingen en intenties een gesloten boek blijft. Maar Mirren (
The Queen, 2006) heeft talent op overschot en wellicht maakt dat het grote verschil. Christopher Warren (
Pulp Fiction, 1994) spoelt als een tsunami door de scènes waarin hij Robert ten tonele voert, want z’n tegenspeler Rupert Everett (
Another Country,1984) slaagt er niet in om sympathie op te wekken voor z’n personage en komt ook pas op het einde van de film goed op dreef. Z’n Colin is vooral beheerst en emotieloos, nauwelijks geïnteresseerd en in zichzelf gekeerd, terwijl Natasha Richardson (
Evening, 2007) gewoon in het verkeerde soort film zit en bij momenten een gezicht opzet dat niet in de scènes thuishoort. Het is wellicht overdreven om over een miscast te spreken, maar ook de chemie met Rupert Everett werkt nauwelijks. Dié is er wel tussen Robert en Caroline, een duivelskoppel dat communiceert via gedachtegolven en oogcontact eerder dan via verbale of lichamelijke weg.
BEELD EN GELUID
Regisseur Paul Schrader kiest voor een palet van natuurlijke, maar een beetje ontkleurde tinten waardoor de architectuur van Venetië, gecombineerd met het onoverzichtelijk netwerk van beschaduwde kanalen en kanaaltjes, prachtig tot haar recht komt in grijs en vaalblauw. De zon zorgt voor kleuraccenten van geel en beige op de gevels en in de weerspiegeling op het rustig golvende water, wat fel contrasteert met de warme en eeuwenoude tinten en kleurnuances in het huis van Robert en Caroline, waar een middeleeuwse Arabische bouwstijl gecombineerd is met prachtig houtwerk en krakend meubilair van dierenhuid met zilver- en goudkleurige decoraties. De transfer is van een acceptabele kwaliteit met behoud van de detaillering en een goed zwartniveau, maar het kijkplezier wordt af en toe vergald door witte stippen en vlekken. De geluidsband is eenvoudig met een dominante positie voor de dialogen. De soundtrack van Angelo Badalamenti is sfeervol en neemt soms het voortouw op de actie. Wij vonden z’n composities soms té beladen en vooral heel erg slaapverwekkend.
EXTRA’S
De Originele Bioscooptrailer.
CONCLUSIE
The Comfort Of Strangers van regisseur Paul Schrader is even goed als de roman van Ian McEwan, wat zeldzaam is voor een filmproductie. Verwacht u vooral aan een film waar sfeer voorrang krijgt op de actie en waarin u op het eind niet noodzakelijk weet hoe de steel precies aan de vork zit. De acteerprestaties zijn goed tot uitstekend. De bonussectie is zo goed als leeg en de technische kwaliteit van de dvd gemiddeld.