FILM
1994. Tien jaar na de grote mijnstakingen in Engeland wordt het dorpje Grimley opnieuw bedreigd: de nakende sluiting van de mijn zou mogelijk een sociaal bloedbad kunnen veroorzaken, en de zo al verpauperde arbeiders definitief tot de bedelstaf dwingen. De arbeiders krijgen één week tijd om zich in een referendum uit te spreken tussen een streng besparingsplan, en sluiting met een mooie gouden handdruk - de
catch zijnde dat deze oprotpremie slechts een éénmalig aanbod is. De enige die zijn hoofd niet laat hangen is de gepensioneerde Danny (Pete Postlethwaite), dirigent van de kompel-blaaskapel, die na jaren van ronduit slechte resultaten hoopt dat zijn muzikanten dit jaar genoeg in vorm zijn om door te stoten tot minstens de halve finales van de nationale kampioenschappen. In deze hectische week dient tijdens een repetitie zich Gloria Mullins (Tara Fitzgerald) aan. Gloria heeft haar jeugd in Grimley doorgebracht, met haar toenmalig lief Andy (Ewan McGregor) een paar vieze spelletjes gedaan in een lokaal bushokje, maar ze is vooral de kleindochter van Arthur Mullins, een kompel die nog samen met Danny in de mijnen heeft gediend, en uiteindelijk is gestorven aan stoflong. Niemand weet dat ze echter voor de directie werkt, en een leefbaarheidsstudie over de mijn voorbereidt. Ze heeft de flügel van haar grootvader geërfd, en kan een behoorlijk stukje erop spelen. Door haar flamboyante uitstraling brengt ze een nieuwe dynamiek aan de blaaskapel, die door de nakende mijnsluiting ook op sterven na dood is. Eén van de grootste slachtoffers hierbij is Danny's zoon Phil (Stephen Tompkinson), vader van vier kinderen, en titularis van een berg achterstallige schulden, die voor zijn onverzettelijke houding tijdens de staking van 1984 anderhalf jaar in de gevangenis heeft doorgebracht, en nu één van de hevigste tegenstanders is van het afvloeiingsplan. Phil en zijn vrouw Sandra (Melanie Hill) hebben de financiële kater van anderhalf jaar werkloosheid nog niet verteerd, en zelfs het occasionele bijklussen van Phil als de sociopathische clown Mr. Chuckles, een clown die optreedt op feestjes, geraken ze niet uit de misère en lopen de incasso-mannen elke dag de deur plat. Wat bij Sandra erg kwaad bloed zet, is dat Phil toch nog in deze penibele situatie een nieuwe trombone heeft gekocht (op afbetaling nog wel), om zijn vader te plezieren. Phil heeft namelijk gezien dat die ook de eerste symptomen van stoflong begint te vertonen, en alhoewel Danny het in alle toonaarden ontkent, gaat hij zienderogen achteruit. Danny beleeft nog een triomfantelijke dag wanneer zijn Grimley Colliery-band geselecteerd wordt voor de finale in Londen, maar de thuiskomst is iets minder feestelijk dan verwacht: het referendum is geteld en maar liefst 80 % van de arbeiders heeft vóór de gouden handdruk gekozen. Sandra is bij Phil weggegaan, Andy heeft zijn trompet verspeeld met biljarten, en weet op de koop toe geen blijf met zijn gevoelens voor Gloria. Als druppel die de emmer doet overlopen zakt Danny in elkaar met een ernstige gezondheidscrisis, en lijkt de toekomst van het sympathieke groepje kompels bezegeld. Ze besluiten echter om te stoppen met stijl...
Een beetje verrassend is deze film nu in het Quality Film Label van A-Film uitgekomen: de rechten lagen voordien alleszins bij Homescreen en A-Film heeft de film nooit "regulier" uitgebracht, noch als dvd, noch als Blu-ray. Dat het hier over één van de beste Britse tragikomedies van de afgelopen tien jaar gaat, die toch nog een release krijgt, dat verdient een welgemeend compliment, want dit zal nog meer mensen in staat stellen om dit absolute meesterwerkje te leren kennen.
Deze prent van regisseur Mark Herman is zonder overdrijven één van de beste tragikomedies aller tijden, die zowel de schrijnende sociale situatie in Engeland aanklaagt, als af en toe een romantische en een humoristische noot aanslaat, en dit in een perfect evenwicht met elkaar. Dé troef van de film is de oneindig mooie muziek: componist Trevor Jones voorzag naast een eigen score ook in het dirigeren en arrangeren van de harmonie-muziek, in werkelijkheid uitgevoerd door The Grimethorpe Colliery Band, een echte kompel-fanfare die aan de film een zekere naambekendheid in het milieu heeft overgehouden. Hierbij werden arrangementen geschreven voor enkele minder evidente muziekstukken, zoals Rodrigo's
Concerto For Aranjuez, en er werden onsterfelijk mooie versies ingeblikt van klassiekers als
Danny Boy, Pomp And Circumstance, Land Of Hope And Glory en de
Wilhelm Tell Ouverture. Wat meteen ook de soundtrack van deze film de moeite waard maakt. De verdienste van Mark Herman is dat hij de éne na de andere foutloze overgang tussen de muziek en de gebeurtenissen rondom de mijnsluiting aan elkaar breit, en dit in een precaire mix van vakbondsdrama, komedie, striemende aanklacht tegen het Britse (a)sociaal systeem, en een zeer waarheidsgetrouwe tijdsspiegel. In sommige scènes komt deze mengvorm echt geprononceerd naar voor, zoals wanneer zoon Philip - om bij te verdienen verkleed als clown - een bende kleuters traumatiseert door hen te vertellen dat men bij de schepping een paar ongeassorteerde lichaamsdelen over had, en dat men daar dan maar de Conservatieven van heeft gemaakt, en dit alles wordt gevolgd door een zelfmoordpoging.
Natuurlijk helpt het wel dat Mark Herman over een schare acteurstalent beschikt om U tegen te zeggen: Pete Postlethwaite (
The Usual Suspects,
Jurassic Park II) speelt ontwapenend kwetsbaar, Ewan McGregor moest in 1996 nog zijn grote doorbraak beleven, maar loopt zelfs zonder fancy lichtzwaard over van talent, en Tara Fitzgerald - achternicht van dé Geraldine F.- weet de aandacht van de mannen voortdurend te wekken, en dan bedoelen we niet alleen de mijnwerkers in de film. De grootste verdienste is hier echter weggelegd voor de bij ons relatief onbekende Stephen Thompkinson (voor de liefhebbers van het betere Engelse werk: onder meer te zien in de Britse comedy
Drop The Dead Donkey als de onvergetelijke sterreporter Damien Day, de man die niet alleen het sensatienieuws brengt, maar het ook desnoods zelf maakt). Thompkinsons tragiek is zodanig doorleefd, dat je als gevoelige kijker onmogelijk wat anders kan doen dan een traan weg te pinken bij de misère die deze goed bedoelende misfit moet ondergaan. De film barst van de herkenbare situaties - zeker in deze economisch barre tijden: echtparen die elkaar nog nauwelijks kennen omdat ze in verschillende shiften werken, de schrijnende taferelen bij de sluiting van een bedrijf dat toch al bij voorbaat gedoemd is, maar ook de hechte kameraadschap tussen de collega's, waar alle discussies weer bij pot en pint verbleken, en die in noodsituaties spontaan hun meningsverschillen opzij schuiven en aan één zeel trekken. Kortom, dit is een warme, diepmenselijke film over vriendschap, liefde en menselijkheid. En combineer dat met een bijzonder uitgekiende beeld-en klanktaal, waarbij de muziek ook bijvoorbeeld de stemming weergeeft op het aan de gang zijnde sociale overleg, of de sfeer wanneer de staking wordt gebroken en de dramatische gebeurtenissen die eruit voortvloeien... Wie deze film niet in zijn hart sluit, heeft er doodgewoon geen.
BEELD EN GELUID
Het valt met de beeldtransfer al bij al nog mee, alhoewel het gebruik van een single layer disk en vooral een beeldtransfer van 1080i in plaats van 1080p de score niet bepaald de hoogte zal intrekken. Veel actie en blitse effecten zijn er in deze prent niet te ontdekken, dus een heel groot euvel is het ook weer niet. Eén scène maar ziet er echt ondermaats uit, namelijk die waarbij Danny 's nachts in het ziekenhuis ligt: het contrast is er laag en er zit veel ruis in het beeld. Hoe deze uitschuiver er tussen is geraakt is me een raadsel, want voor de rest ziet deze transfer er fijn uit. De paarse kleur van het uniform van de Grimley Colliery Band ziet er zodanig schitterend uit dat we er het stiksel op kunnen onderscheiden, de huidtinten zijn mooi en genuanceerd, en bevatten bij close-ups relatief veel detail - kijk maar eens naar de scène waarin Stephen Tompkinson tranen in de ogen krijgt als hij
Danny Boy op trombone speelt. De
dvd heeft hier ruim het nakijken. Qua geluidstrack moeten we ons tevreden stellen met een DTS-HD MA 2.0-track, wat ruim voldoende is voor een film die oorspronkelijk in stereo is geschoten. De muziek, waar het toch in deze film om draait, klinkt foutloos en zuiver in een mooie stereomix. De dialogen zijn door het gebruikte Noord-Engelse dialect niet altijd even goed verstaanbaar, dus een ondertitelingstrack is geen overbodige luxe.
EXTRA'S
Deze disk is spijtig genoeg volledig kaal. Zelfs geen menu. Op de diverse dvd-releases stond er nog tenminste íéts.
CONCLUSIE
De kleine technische mankementjes kunnen we vlot onder de mat schuiven: deze Blu-ray is de beste transfer van
Brassed Off die op de markt is, en dat in een tijdperk waarin ik dacht dat ik nooit het genoegen zou mogen smaken om deze Britse
independent in HD te mogen bewonderen.