GODZILLA (BLU-RAY)
Bespreking door: Werner - Geplaatst op: 2014-09-08
FILM
Joe Brody (Bryan Cranston) werkt samen met zijn vrouw Sandra (Juliette Binoche) in een kerncentrale in Japan. Als op een dag in 1999 een aardbeving de centrale met de grond gelijk maakt en de koeltorens instorten, moet Joe toezien hoe zijn vrouw in de door radioactiviteit gecontamineerde zone moet achterblijven. Vijftien jaar later is de man een
crackpot geworden die beweert dat de Japanse autoriteiten iets geheim houden, en zijn zoon Ford (Aaron Taylor-Johnson) mag het voor de zoveelste keer (in het Japans) komen uitleggen op het politiebureau als zijn vader weer eens heeft geprobeerd om de door de militairen gecontroleerde zone binnen te dringen. Nochtans heeft hij er alle reden toe: de stad waar ooit Joes huis stond is helemaal niet besmet door radioactiviteit, en een team onder de leiding van dr. Ishiro Serizawa (Ken Watanabe) houdt op het voormalige terrein van de kerncentrale een M.U.T.O. onder bedwang, een prehistorisch wezen dat zich schijnt te voeden met radioactiviteit en daardoor een ideaal middel is om op een milieuvriendelijke manier kernafval te verwerken. Uiteraard is het een héél dom idee om een dergelijke kracht trachten te beteugelen, zeker wanneer er een tweede dergelijk wezen opduikt in de Nevada-woestijn, dat blijkbaar van het andere geslacht is en door zijn gebrul te kennen geeft dat het wil paren. Nadat de M.U.T.O. Honolulu heeft herschapen in een rokende hoop puin verschijnt er een derde wezen uit de oceaan: de in vele legenden als legendarisch beschreven
Gojira, die aanbeden werd als een godheid die het verstoorde evenwicht van de natuur opnieuw in evenwicht kan brengen. Het wezen, Godzilla, gaat in San Francisco de strijd aan met de twee M.U.T.O.'s, maar laten we het erop houden dat de stad zelf er niet geheel zonder kleerscheuren vanaf komt. Het leger heeft er intussen niets beters op gevonden om een kernbom in de reet van de beesten te schuiven. Niet erg slim als je weet dat ze zich blijkbaar met radioactief materiaal voeden...
Het is al van 1998 geleden dat Roland Emmerich trachtte om met zijn
Godzilla de bioscoopbezoekers in te pakken. Zijn strategie was veeleer een tegenzet met betrekking tot het dinosaurusgeweld dat Steven Spielberg met
Jurassic Park vijf jaar daarvoor het slagveld had opgejaagd, eerder dan een eerbetoon aan de Japanse
Godzilla-films van de jaren vijftig, die elkaar allemaal overtroefden in amateurisme wanneer het op de speciale effecten aankwam. Maar we zijn nu in 2014, en na
Cloverfield en
Pacific Rim te hebben doorworsteld, zijn het ordewoord wat overgroeide beesten betreft: groot, groter en grootst. Het design van Godzilla zelf sluit wat meer aan bij de oude Japanse films dan aan de ontaarde megadinosauriër van Emmerich, en ook moet het beest het ditmaal opnemen tegen niet één, maar twee exemplaren van een specimen met dezelfde maat van pantalon. Regisseur Gareth Edwards, die eigenlijk in zijn leven nog niet veel anders heeft verricht dan prenten te voorzien van waanzinnige speciale effecten, schijnt compleet uit het oog verloren te zijn dat een film ook nog eens acteurs moet bevatten. Dé cruciale fout die hij maakt is dat de enige getalenteerde acteur in de cast, Bryan Cranston, na een halfuurtje het loodje legt (oeps... verraden...) - wellicht uitgezonderd Juliette Binoche die hetzelfde presteert in dertig seconden - en de rest van de film bevolkt wordt door een hoop tinnen soldaatjes die zo uit de grabbelton schijnen te komen en ook zó weer vervangen kunnen worden door andere. Hoofdacteur Aaron Taylor-Johnson kan zijn personage niet het minste pathos meegeven, en afgezien van een paar afgezaagde clichés, zoals een liefdevolle vrouw (Elizabeth Olsen) die in het instortende San Francisco op haar man wacht terwijl die de
maverick uithangt en de wereld redt door onder andere met de blote hand een kernraket scherp te stellen (kom dat tegen!!!), is de film één opeenstapeling van instortende gebouwen, waarbij het equivalent van 9/11 zich alle vijf seconden herhaalt. Aan een beetje dommigheid kan je je in een film met deze synopsis allicht verwachten, maar Edwards doet totaal geen moeite om zijn kijkers serieus te nemen. Er druipt geen druppel bloed van het scherm en tot overmaat van ramp moet de protagonist ook nog eens de held uithangen via zijn zelfverklaarde missie om een verloren gelopen prutkindje te willen herenigen met zijn ouders.
Ter verdediging van Edwards moet ik wel stellen dat hij inspeelt op de actualiteit: waar Emmerich in zijn Godzillafilm uit 1998 duidelijk de link legde met de kernproeven in Frans-Polynesië, speelt deze regisseur handig in op de nasleep van de kernramp van Fukushima, waarbij hij in zijn
conspiracy theory het idee oppert dat zowat alle kernproeven van de afgelopen eeuw geen proeven waren, maar pogingen om de prehistorische monsters die uit de diverse hellekrochten komen gekropen, in bedwang te houden. Dit gezegd zijnde is het moeilijk om te bepalen wie deze film nu echt goed zal vinden. Liefhebbers van spektakelfilms
pur sang komen ruimschoots aan hun trekken, want in een film waar het F-35'en regent en de monsters een trein met een nucleaire lading gebruiken als tandenstoker valt allicht je mond open van verbazing welke visuele hoogstandjes er de dag van vandaag allemaal tot de mogelijkheden behoren. Liefhebbers van
camp die het gevoel van verwondering opnieuw willen beleven dat de rubberenpak-Godzillafilms van Japanse makelij opriepen, worden alleszins getrakteerd op een realistischer uitziende beeldregie. En liefhebbers van Bryan Cranston, dankzij
Breaking Bad één van de meestgevraagde acteurs van het moment, zullen hun plezier niet op kunnen bij het eerste halfuur van de film. Ik kan hier nog uren doorbomen over de talrijke gebreken van de film, waarbij de enige moeilijke keuze is of ik de feitelijke fouten van de film in alfabetische volgorde moet opsommen of in volgorde van belangrijkheid, maar de essentie staat hierboven. Qua cijfer geef ik de film een 5; en dat is dan nog uitsluitend de verdienste van Cranston. De echte fans kunnen zich wellicht troosten met het feit dat naar aanleiding van deze film
Godzilla plots weer
big business is en de oude Japanse films een tweede leven op Blu-ray gegund wordt.
BEELD EN GELUID
Godzilla wordt voorzien van een mooie transfer waarin de stortvloed aan speciale effecten mooi tot uiting komt. Het kleurpalet van de film is echter naar mijn smaak wat aan de donkere kant en zeker op het moment dat Godzilla de twee M.U.T.O.'s te lijf gaat in de duisternis gaat er detail verloren en kan je niet altijd meer goed de zaken onderscheiden. Scherpte is over het algemeen ver te zoeken op deze release, misschien zit hier wel een strategie achter om het contrast met de zogenaamde oude
footage over de
Gojira en de nieuwsberichten over het verwoeste Hawaii te verkleinen, maar er zijn betere transfers. De DTS-HD 7.1-geluidstrack heeft hetzelfde euvel als veel van dergelijke spektakelfilms: net zoals in de film de karakteruitwerking ondergeschikt is aan het oorverdovende spektakel is er een fundamenteel onevenwicht tussen de loeiharde
special effects en de dialogen; de film uitkijken zonder regelmatig het geluid te moeten bijstellen is zo goed als onmogelijk.
EXTRA'S
De extra's zijn in twee secties te verdelen. Monarch Declassified bevat drie faux-documentairestukjes waarvan fragmentjes gebruikt worden in de film. Operation: Lucky Dragon (2:44) is een stukje informatie van de geheime dienst die het bestaan van de prehistorische dieren bevestigt. Monarch: The M.U.T.O. file (4:29) is een wetenschappelijk filmpje bedoeld voor nieuwe medewerkers van Monarch, waarin wordt bevestigd dat er wezens op aarde leven die miljoenen jaren ouder zijn dan de mens. The Godzilla revelation (7:25) is een fragment uit een fictief actualiteitenmagazine dat net achter de geheime dossiers van de Amerikaanse overheid over de M.U.T.O.'s is gekomen. Met vier documentaires The legendary Godzilla verlaten we het universum van de film en krijgen we informatie over het maken van de film. Godzilla: Force of nature (19:18) is een algemene making of-documentaire over het opnieuw opstarten van de Godzilla-franchise, die ook in technische details treedt over het filmproces van de speciale effecten. A whole new level of destruction(8:24) beschrijft de technische uitdagingen die komen te kijken bij films met massavernietigingsscènes. Into the void: The HALO jump (5:00) beschrijft hoe door greenscreen de scène is gefilmd waarin enkele soldaten een parachutesprong maken boven het vermeende nest van de M.U.T.O's, en Ancient enemy: the M.U.T.O.'s (6:49) verantwoordt de keuze van de makers om niet alleen Godzilla zelf in de film te laten verschijnen, maar hem ook met (minimum) één tegenstander van vergelijkbare proporties te confronteren.
CONCLUSIE
Spektakelfilms zijn films met véél actiegeweld en weinig acteertalent. Godzilla is de culminatie van het genre: de slachting die het beest aanricht is nóg spectaculairder dan wat u in Pacific Rim zag, en om de acteerprestaties te vinden hebt u nóg een groter vergrootglas nodig. Overdaad schaadt.