PETE'S DRAGON
Bespreking door: Dieter - Geplaatst op: 2009-10-21
FILM
Pete's Dragon - de Nederlandse versie van de prent heet
Peter en de Draak - is het officieuze derde deel van een trilogie waartoe ook
Mary Poppins en
Bedknobs and Broomsticks behoren. Deze drie films hebben immers als 'pièce de résistance' een doorgedreven interactie tussen animatiefiguren en echte acteurs. Toch is
Pete's Dragon een buitenbeentje. Waar de andere twee films slechts één sequentie lang met animatiefiguren het scherm delen, is dat in
Pete's Dragon honderd minuten lang het geval. Nog een belangrijk verschil is dat de rollen omgekeerd zijn: hier treedt animatie de echte wereld binnen i.p.v. vice versa. Ten slotte is het verhaal van
Pete's Dragon een stuk rechtlijniger en minder afhankelijk van fantasievolle gimmicks. Sommige van deze veranderingen komen de prent ten goede, andere niet. Maar de film blijft - zeker voor de jongsten - prima entertainment voor op een druilerige weekendnamiddag.
De plot wordt ongewoon snel - té snel eigenlijk - op gang getrokken wanneer de jonge Pete al in de eerste minuten ontsnapt aan de klauwen van de Gogans, een stel ongewassen boerenkinkels die de knul voor een appel en een ei van het plaatselijke weeshuis gekocht hebben. Pete krijgt bij zijn ontsnapping de hulp van zijn (geanimeerde) draak Elliott, die zich wanneer hij dat wenst onzichtbaar kan maken voor buitenstaanders. Niet dat hierdoor de intrede van het duo in het nabijgelegen dorpje Passamaquoddy minder opvalt. Ook een onzichtbare draak kan immers amok maken. De enige die het in het resulterende volksoproer opneemt voor Pete is lerares Nora. Zij neemt de jongen in huis, in dit geval de vuurtoren van haar excentrieke (en geregeld dronken) vader Lampie. Het duurt echter niet lang eer de bevolking van Passamaquoddy de geruchten over een draak in het dorp begint te geloven. En dat trekt een handvol geïnteresseerde sjacheraars aan die het beest willen vangen om dure medicijnen van zijn organen te brouwen.
Om meteen met de deur in huis te vallen: op technisch vlak is
Pete's Dragon alvast niet de vernieuwer die zijn twee voorgangers - beide Oscar-winnaars voor hun speciale effecten - wél waren. Er is slechts één geanimeerd personage (Elliott) en hoewel de interactie met de reële omgeving lovenswaardig is - zeker naar standaarden van dertig jaar geleden - is er niets wat we nog niet eerder hebben gezien. Anderzijds blijkt de plot een stevige verbetering t.o.v.
Bedknobs and Broomsticks. Toegegeven, het verhaal komt zéér snel op gang, om vervolgens enkele versnellingen lager te schakelen en zo de kijker eventjes te vervelen met een overdaad aan expositie en karakteruitleg. Ook is de ontknoping niet de meest verrassende, maar de emotionele impact is niettemin behoorlijk. De belangrijkste reden hiervoor is de oerdegelijke muziek, met name de song
It's Not Easy, waarvan het ritme als een rode draad door de film loopt.
De cast blijkt een stuk wisselvalliger. Sean Marshall is niet onaardig als Pete, maar de jongen mist de maturiteit en de charme van eerdere Disney-vertolkingen. Natuurlijke charme bezit Helen Reddy (Nora) dan weer wel, net als een prima zangstem, maar dit was haar eerste acteerrol en dat is te merken aan de bijwijlen houterige performance. Houterig kan je de vertolking van ouwe getrouwe Mickey Rooney allerminst noemen. De veteraan is er zo mee begaan elke scène waarin hij meespeelt te stelen dat zijn prestatie op het randje van het ergerlijke balanceert. De andere veteraan in de cast, Red Buttons, wil niet voor hem onderdoen, met alle kwalijke gevolgen van dien. In de rol van een passerende wonderdokter is Jim Dale als de stereotiepe slechterik (mét bijbehorend zwart krulsnorretje) verrassend goed. Shelley Winters ten slotte mag in een veredelde cameo haar geijkte excentriciteit nog eens tonen.
Gelukkig overklast de bijdrage van de crew de acteurs, zodat
Pete's Dragon zelfs in de slecht geacteerde momenten het bekijken waard blijft. Het heerlijk ouderwetse production design van John B. Mansbridge wordt prachtig gecombineerd met de matteschilderijen van Harrison Ellenshaw, die duidelijk het vakmanschap van zijn vader Peter geërfd heeft. Kostuums en make-up zijn eveneens van het hoogste niveau, net als het design van animatiedraak Elliott. De enige die teleurstelt is regisseur Don Chaffey. Zijn beelden missen magie en passen vaak eerder bij een tv- dan bij een speelfilm. Maar laat dat nu net deel uitmaken van de charme van
Pete's Dragon: de prent is geen topentertainment, maar een vakkundig tussendoortje voor wie zijn kinderen anderhalf uur zoet wil houden. Zelf meekijken mag uiteraard ook.
BEELD EN GELUID
Hoewel de beeldkwaliteit over het algemeen zeker degelijk is, zit er een haar in de boter telkens wanneer Elliott de draak in beeld verschijnt. Op de geanimeerde beelden is immers een bijzonder grote hoeveelheid grain aanwezig. Daarnaast laat het contrast in het handvol schaduw- of nachtscènes te wensen over, ogen de kleuren te weinig fleurig en bezoedelen occasionele vuiltjes en printbeschadigingen de transfer. De soundtrack is herwerkt tot een DD 5.1-spoor, maar kan nooit de beperkingen van het oorspronkelijke spoor overkomen. De boxen worden kortom allemaal wel eens gebruikt, maar een ruimtelijk effect wordt nooit gecreëerd.
EXTRA'S
De bonussectie van deze schijf is aardig gevuld. We beginnen met
Brazzle Dazzle Effect (25 min.), waarin een korte geschiedenis van speciale effecten in Disney-films wordt geschetst alvorens dieper in te gaan op
Pete's Dragon. Zowel een
Deleted Scene als een
Boo Bop Bopbop Bop gebruiken originele audiotracks, gecombineerd met storyboards en conceptschetsen. Daarnaast bevat de disk een aantal
Original Demo Recordings, een
Fotogalerij, vier
Promo-opnames van songs en het kindvriendelijke spel
Where's Elliott. Ten slotte is er
About Pete's Dragon, een featurette op basis van tekstmateriaal.
CONCLUSIE
Pete's Dragon is een middelmatige familiefilm die vooral rekent op ouderwetse Disney-charme om de kijker te amuseren. Finaal slaagt de prent daar overigens in, hoewel je beelden of scènes een uur daarna al weer vergeten bent. De beeldkwaliteit heeft voornamelijk te lijden onder een grote hoeveelheid grain, terwijl de soundtrack zondermeer degelijk is. De bonussectie is redelijk uitgewerkt, maar graaft minder diep dan de liefhebber hoopt.