PUSHER
Bespreking door: Dieter - Geplaatst op: 2013-07-19
FILM
Sinds Nicolas Winding Refn in 2011 definitief doorbrak met
Drive, regent het cinefielen die beweren dat ze al een fan zijn van de filmmaker sinds zijn
Pusher-trilogie uit de periode 1996-2005. Mij zal je echter nooit op die bewering betrappen. Meer zelfs: op
Drive na (een dijk van een prent) is er geen enkele film van de buitensporig opgehemelde cineast die ik een tweede keer zou willen bekijken. Dat er vorig jaar een Britse remake kwam van de originele
Pusher is in mijn ogen dus allerminst heiligschennis. Integendeel: de remake zou een stevige groeimarge moeten hebben ten opzichte van Refns debuut dat ik niet bepaald kon appreciëren. En die belofte maakt de prent ook grotendeels waar, ook al stuit de film noodgedwongen op de beperkingen van het genre.
De premisse is namelijk allerminst origineel. De kleine Londense drugdealer Frank vindt al enkele jaren de gulden middenweg tussen niet teveel drugs verkopen om opgemerkt te blijven, maar voldoende om er een comfortabel loon aan over te houden. Als een ex-celgenoot hem polst voor een grote lading cocaïne, neemt Frank contact op met ‘groothandelaar’ Milo aan wie hij in één keer een schuld van zo’n 3.000 pond wil aflossen. De drugdeal loopt echter fout: de politie komt tussenbeide en Frank ziet geen andere mogelijkheid dan een kilo cocaïne in een meertje te dumpen om de gevangenis te vermijden. Plots is hij Milo geen 3.000 maar ruim 50.000 pond schuldig. En Milo is er niet de persoon naar om die schuld in afbetalingen te regelen. Dat geeft Frank slechts enkele dagen de tijd om het gevraagde bedrag bijeen te schrapen waarbij hij schulden bij eigen klanten gaat innen en vooral veel hoop stelt op een lading drugs die uit Amsterdam moet binnenkomen.
Dat die hoop ijdel blijkt te zijn, kan je wellicht al raden.
Pusher voegt plotgewijs namelijk niets toe aan het archetypische verhaal van de kleine crimineel die zich tracht te redden uit een zaakje dat hem boven het hoofd is gegroeid. Maar waar Refns originele prent om dit te verdoezelen vooral z'n heil zocht in enkele schokkende scènes en een overdosis stijl, kiest deze remake resoluut voor karakterontwikkeling. En dat blijkt de juiste keuze te zijn, want tussen alle voorspelbare verhaallijnen door schemert een interessant portret van de protagonist. Geholpen door een prima vertolking van Richard Coyle blijkt Frank een fascinerend tragisch personage. Hij is meer dan de gehaaide dealer uit het origineel, een personage waarvan we de motieven kunnen begrijpen, een mens met kleine kantjes die enkele foute beslissingen nam in zijn leven, maar die eigenlijk niets liever wil dan een mooi leven opbouwen met zijn vriendinnetje.
Die vermenselijking van de personages wordt bovendien doorgetrokken in de nevencast. In vergelijking met het origineel is in deze remake bijv. een veel grotere rol weggelegd voor Franks vriendinnetje, prima vertolkt door ex-fotomodel Agyness Deyn. Hoewel ook zij niet volledig zuiver op de graat is; ze is paaldanseres, snuift ook coke en neemt er af en toe al eens een escort-job bij; toch kan je haar als het ‘morele’ kompas van de film zien. Frank beschouwt haar in elk geval zo. Een uitstekende nevenrol is er ook voor Bronson Webb als Franks half kindse, half hyperactieve kompaan Tony. Hij injecteert de prent steevast met een fijne scheut humor en dynamiek. Het enige personage dat de overstap maakte van de originele
Pusher naar deze remake is drugkoning Milo, ook hier met Servische passie vertolkt door Zlatko Buric. Je merkt echter al snel dat hij een reliek is van het inferieure origineel, want van alle hoofdpersonages laat hij door een gebrek aan duidelijke karakterisering de minst goede indruk na, al het goede werk van de acteur niet te na gesproken.
Je hebt het inmiddels al door: de Britse
Pusher was een prent die ik best te pruimen vond, niet alleen door de goede acteerprestaties en een script dat meer vlees aan het bot heeft, maar zeker ook wegens de regie. Waar het origineel de plot vaak gebruikte louter om te kunnen spelen met stijl en vorm, plaatst cineast Luis Prieto het verhaal en de personages hier op de eerste plaats. Ja, zijn stijl leunt aan bij de hyperactieve beelden die we verwachten in dergelijke films, maar de enige keren dat hij stilistisch een versnelling hoger schakelt is dat in een setting die dat kan verdragen, met name in enkele discotheeksequenties. Prieto had ook al enkele prenten achter de rug als cineast – in tegenstelling tot Refn - toen hij
Pusher draaide, waardoor dit zeker niet oogt als het werk van een beginneling.
BEELD EN GELUID
Op beeld noch geluid valt veel aan te merken, zonder dat we van een echte toptransfer kunnen spreken. Heel wat scènes spelen zich af in duistere hoeken van Londen, maar dat vormt nooit een probleem voor het contrast. In de daglichtscènes valt dan weer de uitstekende scherpte op. De soundtrack bestaat uit een Dolby Digital 5.1-track die een goed evenwicht vindt tussen de dialogen en de pompende beats van soundtrackverzorgers Orbital.
EXTRA'S
De
Making-of (18 min.) stijgt nooit uit boven het gemiddelde niveau van dergelijke extra's en biedt een mix tussen fragmenten en interviews met cast en crew.
Ontmoeting met de cast (16 min.) is opgenomen tijdens de première en laat de hoofdacteurs aan het woord over hun betrokkenheid bij de film. Er is ook nog een pulserende
Trailer.
CONCLUSIE
Pusher, de Britse remake van de gelijknamige Deense film uit 1996, legt meer de nadruk op de karakters en minder op geforceerd stilisme en laat zich daardoor veel beter bekijken dan zijn voorganger, ook al is het verhaal er een van dertien in een dozijn. Beeld en geluid halen een prima niveau, maar de bonussectie is karig gevuld.