Regie: James Gray
Met: Marion Cotillard, Joaquin Phoenix, Jeremy enner, Dagmara Dominiczyk, Jicky Schnee, Elena Solovey, Maja Wampuszyc, Ilia Volok, Angela Sarafyan
The Immigrant is regisseur James Grays vijfde bioscoopfilm en voor de vierde keer heeft hij Joaquin Phoenix voor de hoofdrol gecast en dat betekent dat u zich opnieuw aan een psychologisch drama mag verwachten, want schijnbaar past de in Puerto Rico geboren zoon van twee Children of God-missionarissen perfect in Grays schrijnende wereldbeeld. Niet dat de regisseur per se heel diep graaft om de kijker in de ziel van z’n hoofdpersonages te laten kijken, want over de redenen van Bruno’s woedeaanvallen komt u niet meer dan het meest noodzakelijke te weten, maar hij schildert in elk geval een personage dat veelzijdiger is dan wat we gewoon zijn van doorsnee maffiabaasjes en pooiers. Ewa blijft altijd een beetje een iconische verschijning die haar emoties verbergt achter een koel uiterlijk en die alleen in de aangrijpende scène in de biechtstoel achter het masker laat kijken James Gray is nl. veel meer bezig met de look van zijn films en in dit kostuumdrama kan hij voluit gaan en een New York te voorschijn toveren dat wellicht meer thuishoort in oude films dan in de realiteit van 100 jaar geleden, en dat in tinten van bruin tot amber op een perfecte manier tot de verbeelding spreekt. Mocht hij evenveel aandacht hebben besteed aan de verfilming van het scenario, dan was The Immigrant op emotioneel vlak beslist een evenwichtigere en aantrekkelijkere film geweest, want inzake het personage Ewa kiest de regisseur veel meer voor een esthetische benadering in de stijl van bijv. D.W. Griffith, waardoor de joodse immigrante veel meer op een diva à la Lilian Gish in The Birth Of A Nation (1915) lijkt dan op het soort arme meisjes dat na aankomst in Amerika overgeleverd was aan uitbuiters en profiteurs zoals Bruno Weiss.
Bijgevolg kan je kijker zich maar in beperkte mate identificeren met Ewa Cybulska, terwijl het verhaal verrassend genoeg vanuit haar gezichtpunt wordt verteld. Dat zou eens te meer een reden moeten zijn om haar grondige onvrede met de gang van zaken zichtbaar te maken, maar dat doet James Gray dus in beperkte mate. Ik haat je, zegt ze tegen haar beschermer, maar nooit wordt Ewa echt boos op Bruno, nooit laat ze de kijker echt in haar hart kijken. Ik heb gezondigd, zegt ze tegen de priester in de biechtstoel en blijkbaar is het haar enige bekommernis dat ze misschien in de hel zal eindigen, terwijl je je kan voorstellen dat ze zich eigenlijk doodschaamt omdat ze zich prostitueert, maar dat heeft ze volgens James Gray een plaats gegeven omdat ze een hoger doel heeft, nl. het welzijn van haar zusje. Maar vindt ze in het geloof genoeg steun om de onmacht te kanaliseren en de vernedering te sublimeren? Je vraagt het je af.
Opnieuw kiest de regisseur voor een esthetische oplossing, nl. de zo goed als perfecte acteerprestaties van Bruno Weiss en Marion Cotillard en de al even perfect in beeld gebrachte showacts in het café-chantant, met Bruno’s jonger broer Emile/Orlando the Magician (Jeremy Renner) als de grappige en later lichtjes gestoorde antagonist die de joodse immigrante probeert te bevrijden uit de weinig comfortabele positie waarin ze terecht is gekomen. Maar Ewa beseft dat alleen Bruno haar een uitweg kan bieden uit een schijnbaar uitzichtloze situatie, zich niet bewust van het feit dat hij misschien degene is die haar in die omstandigheden heeft gemanoeuvreerd via invloed en omkoping.