MILLER'S CROSSING
Bespreking door: Dieter - Geplaatst op: 2009-01-05
FILM
Een film over mannen met hoeden, zo omschrijven de broertjes Joel en Ethan Coen zelf hun ode aan het gangstermilieu van de jaren twintig:
Miller's Crossing. Er valt iets te zeggen voor die omschrijving - zelden gaat een scène voorbij waarin een personage niet zijn hoed keurig op het hoofd zet of er zenuwachtig mee speelt. In bepaalde scènes speelt de hoed zelfs ontegensprekelijk de hoofdrol. Dit heeft ertoe geleid dat cinefielen al twee decennia lang debatteren over de symbolische betekenis van al die hoofddeksels en dan vooral de fedora van protagonist Gabriel Byrne. Is de hoed een metafoor voor de ziel? Voor vriendschap? Verraad? Of net loyaliteit? De discussie is niet oninteressant, maar feitelijk naast de kwestie. Want de enige vraag die men zich zou moeten stellen is hoe de Coens er in geslaagd zijn met
Miller's Crossing een film af te leveren die zo ontzettend beklijft in een productie die van nature koel, technisch en gereserveerd is.
De filmmakers creëren een wereld die dicht aanleunt bij de pulpfictie van Dashiel Hammett: beenharde gangsters, vrijgevochten vrouwen, clandestiene drank en een passie voor geldgewin. Protagonist Tom Reagan is evenwel een outsider in dit wereldje. Hij mag dan de rechterhand van de Ierse gangsterbaas Leo zijn, Tom is enkel zo hoog kunnen opklimmen door iedereen te vriend te houden, niet door zijn brute krachtdadigheid. Nu een Italiaanse rivaal een Joodse bookmaker uit de weg wil ruimen en hiervoor de hulp van Leo vraagt, is Tom echter gedwongen kant te kiezen. De Jood is namelijk de broer van Leo's vriendinnetje Verna, met wie ook Tom regelmatig - buiten het weten van zijn baas - het bed deelt. Wat begint als een simpel verzoek van een bevriende rivaal, mondt echter al snel uit in een strijd om de heerschappij over de illigale activiteiten in de stad, met Tom Reagan als onverwachte en onwillige spil.
Miller's Crossing is uniek omdat de film enerzijds slaafs de regels van de klassieke gangsterfilm uit de jaren dertig volgt, maar anderzijds ook ontegensprekelijk een prent van de Coen-broertjes is. De productie mixt dan ook traditie met innovatie, drama met humor, ingewikkelde structuren met - ondanks de diverse verhaallijnen - een verrassend eenvoudige plot. De dialogen knetteren, de personages zijn excentriek maar geloofwaardig en het uitstekende production design van Dennis Gassner voert je probleemloos tachtig jaar terug in de tijd. Klasse is het codewoord van de prent:
Miller's Crossing oogt goed, klinkt goed en voelt goed aan. Dit is de verdienste van het intrigerende script van de Coens, maar ook van het meeslepende camerawerk van Barry Sonnenfeld, die voornamelijk met lange lenzen werkt en bijgevolg de aandacht van de kijker steeds naar de juiste hoeken van het frame kan dirigeren.
Zoals bij quasi elke film die de Coens maken, is de productie perfect gecast van de kleinste tot de grootste rol. Gabriel Byrne is hart en ziel van
Miller's Crossing. Hij is knap genoeg om een matinee-idool te zijn, maar heeft eveneens de groeven in zijn gezicht die hem geloofwaardig maken als een man die het allemaal al heeft gezien. Dat het script hem meestal een passieve rol toekent, maakt zijn ingetogen maar charismatische performance enkel sterker. Als gangsterbaas Leo domineert Albert Finney de weinige scènes waarin hij opduikt. Jon Polito is als de Italiaanse rivaal van Leo de tegenpool van Finney: ridicuul, stereotiep en met een korte agressielont. Polito zorgt bovendien voor een handvol hilarische momenten. Marcia Gay Harden vertolkt met verve het vrijgevochten liefje van Tom en Leo, terwijl Steve Buscemi slechts één grote scène heeft, maar ervoor zorgt dat je hem nooit vergeet. De beste prestatie levert echter John Turturro. Zijn Joodse gangster heeft een diepgang die je zelden aantreft in nevenrollen.
Miller's Crossing blijft vooral een technisch uitmuntende film, waar intellectuele spielereien de boventoon voeren. In die optiek verschilt de prent niet veel van andere misdaadklassiekers als
Chinatown of
L.A. Confidential. Wat de prent zo bijzonder maakt, is dat ze door dat intellectualisme geen moeite doet om het hart van de kijker écht te raken, maar daar bizar genoeg toch in slaagt. Je wordt weliswaar niet overspoeld door een vloedgolf aan emoties en de personages worden op twee uur tijd geen goede vrienden, maar na afloop heb je toch het gevoel meer te hebben aanschouwd dan een doorgedreven genre-oefening.
BEELD EN GELUID
De beeldkwaliteit van de film is degelijk, maar heeft toch te kampen met een aantal probleempjes. De grain verleent de prent nog een zekere authentieke charme, dus dat zien we nog door de vingers. Het gebrek aan scherpte in heel wat scènes is echter minder charmant. Ook de contrasten hadden beter gekund, vooral in de meest duistere scènes. De kleuren ogen bruinig en dof, maar dat was waarschijnlijk een artistieke keuze en geen gevolg van een inferieure print. De soundtrack staat als een DD 4.0-spoor op de dvd. In theorie zou dit betekenen dat we een stereospoor krijgen met extra ondersteuning van de achterste speakers. Helaas blijkt in de praktijk 99 procent van het geluid uit de voorste boxen te komen. Een wisselvallige mix draagt evenmin bij tot groot luisterplezier.
EXTRA'S
Voor een Collector's Edition bevat de schijf een teleurstellend aantal extra's.
Shooting Miller's Crossing (17 min.) laat cameraman Barry Sonnefeld aan het woord, terwijl er ook in totaal 10 minuten
Interviewmateriaal aanwezig is met Gabriel Byrne, Marcia Gay Harden en John Turturro. Een
Fotogalerij bevat 21 setfoto's en er zijn
Trailers voor zowel
Miller's Crossing als
Raising Arizona.
CONCLUSIE
Miller's Crossing is de vergeten parel in het oeuvre van de broertjes Coen: een fascinerend, beklijvend gangsterverhaal met schitterende dialogen, een onvoorspelbare plot en uitstekende acteerprestaties. Beeld en geluid stellen lichtjes teleur. De bonussectie is karig gevuld.