GALLIPOLI
Bespreking door: William - Geplaatst op: 2010-02-08
FILM
Cowboy Archy Hamilton (Mark Lee) is 18 jaar en de snelste loper van Australië. Dat beweert althans zijn oom die als zijn trainer optreedt. Op een loopwedstrijd verslaat hij op het nippertje Frank Dunne (Mel Gibson), een iets oudere kerel uit Perth, maar het verschil is klein. Dunne heeft jammer genoeg zijn laatste dollars op zichzelf ingezet en is dus platzak. Z’n droom om een fietsenhandel te beginnen, gaat in rook op. Archy op zijn beurt is niet van plan om terug te keren naar de boerderij van zijn ouders. Hij wil naar de Grote Oorlog waarvoor op grote schaal geronseld wordt. De beide jongemannen besluiten om samen bij de lichte cavalerie dienst te nemen, maar Archy wordt weggestuurd: hij is geen 21 jaar oud, de minimumleeftijd voor een baantje bij het leger. Dus vergezelt hij Frank Dunne naar Perth om het daar opnieuw te proberen. Na een kleine aanpassing aan z’n identiteitsbewijs en opgeplakte baardharen, kan hij de officier op het aanwerfbureau verschalken. Frank, die in eerste instantie helemaal geen zin had in het leger, wordt geweigerd voor de lichte cavalerie omdat hij niet kan paardrijden. Hij komt bij het voetvolk terecht.
Uiteindelijk belanden beide mannen in Egypte, in een oefenkamp van het Australische leger. Daar kan Archy zijn hiërarchische chef ervan overtuigen om Frank toch van eenheid te veranderen. De sergeant laat zich overtuigen door het argument dat ze allebei goede lopers zijn en samen trainen. In Caïro hebben de jonge Australiërs het naar hun zin, maar dat mooie liedje duurt niet lang. Op een ochtend worden ze ingescheept met bestemming het schiereiland Gallipoli om er de Turken een lesje te leren die in de Eerste Wereldoorlog de zijde van Duitsland hebben gekozen. Wat ze niet weten is dat hun operatie niet meer is dan een afleidingsmanoeuvre om het Britse leger toe te laten een grootscheepse landing uit te voeren ter hoogte van het in het noordwesten gelegen Anzac om op die manier te voorkomen dat Duitsland via Turkije toegang krijgt tot de oliebronnen van het Midden-Oosten. Al meteen bij de landing krijgt het Australische leger heftig weerwerk en moet het zich schuilhouden op de smalle landstrook langs de zee. Er worden loopgraven aangelegd en de Turkse linies worden bestookt in een poging landinwaarts door te stoten. Maar de tegenstand is groot en ook de Britten leiden grote verliezen tijdens hun invasiepoging. De
Slag om Gallipoli wordt uiteindelijk verloren en in Londen moet premier Winston Churchill aftreden. De Turkse stranden liggen bezaaid met duizenden lijken van Britse en Australische soldaten.
Tegen die achtergrond bedenkt regisseur Peter Weir zijn verhaal dat door David Williamson (
The Year Of Living Dangerously, 1982) tot een scenario is omgewerkt. Weir baseert zich op het ooggetuigenverslag van overlevenden van de Slag om Gallipoli waarin sprake is van jonge boerenzonen, maar ook van jonge sterke mannen en atleten die als kanonnenvoer zijn ingezet: ze gingen naar een oorlog die de hunne niet was uit opgedrongen patriottisme, omdat ze voor elkaar niet onder wilden doen of omdat ze poogden te ontsnappen aan de immense verveling in hun thuisland. Wat oorlog precies is, daar hadden ze geen idee van. Ze verheugden zich op de kick van het avontuur en op de interesse van jonge meisjes voor uniformen. Weirs personages zijn fictief, maar de achtergrond van de vertelling is historisch correct, waarbij moet worden aangestipt dat deze regisseurs achtste bioscoopfilm (allemaal in Australië gedraaid met Australisch geld) niet zo zeer de nadruk legt op de oorlogshandelingen dan wel op de grote vriendschap tussen twee jonge Australiërs. Toentertijd, in 1981, werd gesuggereerd dat het hier om een gecodeerde homorelatie zou gaan tussen Archy en Frank, maar zover is Peter Weir niet gegaan, hoewel de vriendschap tussen zijn hoofdpersonages wel degelijk een uniek karakter heeft.
Gallipoli was in 1981 naar Australische normen de duurste film ooit. Gezien het niet zo ruime budget dat Peter Weir ter beschikking kreeg voor wat toch een bijzonder ambitieus project mag worden genoemd, was het dus een kwestie van zeer precies plannen. Hij lost dat op door de eerste driekwartier van zijn film op het Australische platteland te situeren, in de geboorteplaats van Archy en later in het aanwerflokaal in Perth. Het tempo is gemoedelijk en de sfeer ontspannen met de nadruk op de groeiende vriendschap tussen de jongemannen. Er is een uitgebreide scène over hun tocht door de Australische woestijn, een project dat ze volgens een Aboriginal nooit tot een goed einde kunnen brengen, en eentje over de aanvankelijk mislukte, maar via een list geslaagde aanwerving van Archy en vervolgens de afwijzing van Frank. Dan verplaatst Weir de camera naar Caïro, dat hij opnieuw met weinig middelen zeer efficiënt in beeld brengt met nogal wat aandacht voor de piramiden en de sfinx op de achtergrond, wat adembenemend beeldmateriaal oplevert. Het laatste halfuur van Gallipoli is gereserveerd voor de oorlogshandelingen op het Turkse schiereiland, scènes die in Zuid-Australië zijn opgenomen op een terrein dat grote overeenkomsten vertoont met de Turkse kust. Weir wissel ruime shots af met heel veel close-ups en opnamen in de smalle loopgraven, waardoor hij het budget in de hand kan houden en toch de indruk geeft een grote militaire operatie in beeld te brengen. Bovendien heeft hij de prachtige natuur met zachte en warme kleuren op z’n hand én een handvol goeduitziende jonge acteurs (met Mel Gibson uiteraard aan de kop). Scenarist David Williamson, die bekend staat voor zijn snedige dialogen, verrast voortdurend met humor en grappige situaties, zonder dat de sfeer van de film wordt aangetast. Het resultaat is een aantrekkelijke en sfeervolle productie met alleen op het einde een grimmige afwikkeling als de Australische officieren hun manschappen zonder verpinken een gewisse dood insturen. De planning van de operaties krijgt weinig aandacht en van het legerleiding komt alleen Major Barton (Bill Hunter) in beeld, die overigens een zeer goede beurt maakt.
Gallipoli was een nieuwe stap in de carrière van Peter Weir. De geheimzinnige en soms grimmige sfeer van zijn eerdere werk (
The Plumber,
The Last Wave,
The Cars That Ate Paris,
Picnic At Hanging Rock) dat veel ruime bood voor suggestie, maakt plaats voor films waarin de personages belangrijker zijn dan de mysterieuze omstandigheden waarin ze zich bevinden. Het legt hem geen windeieren, want na
The Years of Living Dangerously maakte hij met succes de overstap naar Amerika voor het erg geapprecieerde
Witness (1985) met Harrison Ford in de hoofdrol, waarvoor hij moeiteloos twee Oscars en zes nominaties in de wacht sleept, wat hij met
Dead Poets Society (1989, 1 Oscar, 3 nominaties) en
Master And Commander: The Far Side Of The World (2003, 2 Oscars, 8 nominaties) schijnbaar zonder moeite overdeed. Sindsdien doet de inmiddels 66 jarige regisseur het kalmer aan, al hoopt hij in 2010 met succes zijn comeback te maken met een op feiten gebaseerde film over de ontsnapping van soldaten uit een Russische goelag in Siberië in 1940.
Voor het camerawerk deed Peter Weir een beroep op z’n oude maat en landgenoot Russel Boyd die eerder ook al meewerkte aan
Picknick At Hanging Rock en
The Last Wave en die later de beide ‘Crocodile’ Dundee-films voor z’n rekening zou nemen. Omdat de regisseur in
Gallipoli veel ruimte laat voor de
couleur locale, kan z’n cameraman zich naar hartelust uitleven in portretten over het primitieve en snikhete Australische binnenland, het broeierige nachtleven in de smalle straten van Caïro, de prachtige omgeving van de piramiden en de sfinx en ten slotte de levensgevaarlijke, zonovergoten stranden en duinlandschappen van het Turkse schiereiland. De sfeer blijft altijd avontuurlijk, zelfs in de loopgraven in Gallipoli, waar we wel doden zien vallen, maar waar de camera nooit close-ups neemt en details van gewonden en verminkte lijken zoveel mogelijk vermijdt. Opnieuw komt de spanning vanuit de personages en veel minder vanuit de situatie op het terrein, want die kan op elk moment veranderen door een eenvoudige beslissing van het militair commando. Dat het tot een schokkende afloop komt is het gevolg van een beoordelingsfout en wellicht zelfs van een gebrekkig humanisme ten opzichte van ondergeschikten.
BEELD EN GELUID
De film staat in de originele beeldverhouding en Paramount heeft er alles aangedaan om het beeldmateriaal onder de beste voorwaarden op dvd te zetten. Dat betekent dat alle beschadigingen van de originele print weggewerkt zijn en we hier te doen hebben met een gave transfer. De kleuren zijn mooi en warm van beige tot goudachtig bruin, de beeldscherpte en het zwartniveau zijn acceptabel of gewoon in orde. Alleen in de woestijnscènes is er sprake van een zekere verbleking. Er zijn momenten dat de personages haast tegen een witte achtergrond bewegen en de nuances van het landschap nog nauwelijks zichtbaar zijn. Dat is het geval in de scène met Archy en Frank tijdens hun tocht door de Australische woestijn en later tijdens de troepenbeweging in de Egyptische woestijn, waarbij de zandduinen in een panoramische opname nauwelijks van het zand te onderscheiden zijn. Dat het beter kan bewijst de regio 1-transfer die u jammer genoeg alleen via internet in huis kan halen.
De film is oorspronkelijk gereleaset met een monogeluidstrack, maar voor de dvd-uitgave heeft Paramount een 5.1-versie laten maken waardoor u de subtiele geluiden in het begin van de film, maar vooral ook de hevige kanonsalvo’s en het ratelen van de geweren op het einde vanaf het puntje van uw stoel mee kan maken. Het surroundeffect is evenwel matig, maar de subwoofer heeft de handen meer dan vol. De
Canon van Albinoni – nu een beetje uit de mode – dient als leitmotiv in de film, met af en toe sneren uit Jean-Michel Jarres
Oxygene – nu gewoon uit de mode. Een vreemde combinatie, maar het werkt perfect. Om onverklaarbare reden staat er ook een Duitse 1.0-track op deze dvd.
EXTRA’S
In de afdeling Extra’s niet veel soeps: een Originele Bioscooptrailer en een veel te kort Interview met Peter Weir (8 min.) uit 1999 over het moeilijke evenwicht tussen budget en draaiproces en over de participatie van de toen nog jonge en veel minder grote Mel Gibson.
CONCLUSIE
Gallipoli van Peter Weir is een a-typische oorlogsfilm, want alleen in het laatste halfuur komt het conflict in zicht en krijgt de productie een grimmige toon. Meer dan een uur lang bouwt de regisseur aan de vriendschap tussen zijn hoofdpersonages en schenkt daarbij heel veel aandacht aan de omgeving en de sfeer waarin ze zich bewegen, waardoor Gallipoli lange tijd het midden houdt tussen een avonturenfilm en een roadmovie. Pas in het laatste kwart van de film speelt de oorlog echt een rol, maar ook dan houdt Peter Weir de camera op z’n twee belangrijkste acteurs gericht, want ondertussen heeft de toeschouwer Andy en Frank in z’n hart gesloten en telt alleen nog hun lot. Voor de dvd-release is de film flink onderhanden genomen en voorzien van een 5.1-geluidstrack. De bonussectie stelt niet veel voor. De dvd zit in een mooi goudkleurig kartonnen hoesje.
Studio:
Paramount
Regie:
Peter Weir
Met:
Mark Lee, Bill Kerr, Harold Hopkins, Mel Gibson, Robert Grubb, Heath Harris, Ron Graham, Tim McKenzie, David Argue, Charles Lathalu Yunipingli, Bill Hunter
Beeldformaat:
2.35:1 anamorfisch PAL
Geluid:
Engels Dolby Digital 5.1
Duits Dolby Digital Mono 1.0
Ondertitels:
Nederlands, Engels, Duits, Deens, Fins, Noors Zweeds, IJslands, Pools, Tsjechisch, Hongaars, Bulgaars, Roemeens, Arabisch, Turks, Engels CC
Extra's:
• Originele Bioscooptrailer
• Interview met Peter Weir (8 min.)