Regie: Vincent Rouffaer
Met: Lucas Van den Eynde, Guy Van Sande, Karen Vanparys, Els Dottermans, Dennis Rudge
Hélène kan intussen maar niet wennen aan de Kongo-mentaliteit: dat zij de enige is die op haar eerste dag in de kolonie vol afgrijzen opmerkt dat het huis vergeven is van de kakkerlakken, is al geen goeie aftrap. Luks werkers op de koffieplantage spelen danig met haar voeten - alhoewel we voor hun verdediging moeten opmerken dat Hélène gewillig met haar voeten láát spelen - en na een incidentje met een verdwenen geweer gaat ze helemaal de racistische toer op, en ziet ze in elke zwarte een beest dat haar ter plekke zou willen bespringen. Terwijl Luk zich kapotwerkt, ergert ze zich te pletter aan de mentaliteit waarin ze haar zoontje Thomas moet opvoeden, en begint het bij haar ook enorm te jeuken om terug naar België te keren. Bij gebrek aan een beter alternatief zoekt ze troost bij een industriële hoeveelheid whisky.
In Kongo tracht regisseur Vincent Rouffaer een realistisch en objectief tijdsbeeld te schetsen van de woelige periode die aan de onafhankelijkheid van het land voorafging. De sfeer in de reeks is er één waar zowel de kolonisator als de gekoloniseerden er niet bepaald rooskleurig uitkomen. De blanke bezetters steken hun minachting voor de "minderwaardige zwarten" niet onder stoelen of banken; variërend van een schurk als Jean Roland, die met ijzeren hand de zwarten uitbuit om zijn goudmijn zo hard mogelijk te laten renderen - en daarbij niet kijkt op een leven meer of minder - tot de lokale overste van de Witte Paters, vader Alexis (Roger Bolders), die meent dat hij een laagje vernis over de zwarten kan heenstrijken zodat het allemaal brave christenen worden, maar die zich duidelijk geen illusies maakt, want voor hem blijven het wilden. Zijn de blanken meedogenloze, wrede, schaamteloze koloniale paternalisten, dan zijn de zwarten bijgelovig, corrupt en al even wreed. Guy's boy Clément gelooft bijvoorbeeld zonder enig voorbehoud dat, zoals de aanhangers van de dipenda hem hebben wijsgemaakt, de blanken van de zwarte kindjes corned beef (!) maken. Maar in de beide bevolkingsgroepen zitten er nog idealisten die geloven dat het verschil tussen blank en zwart met een beetje goede wil overbrugd kan worden. Guy Moeyaert is zo'n witte raaf: na zijn uren geeft hij de zwarte bevolking les in al wat voor hen van belang kan zijn, staatkunde, recht en economie, waar de Paters zich beperken tot het laten aframmelen van het Onze Vader. Ook zijn assistent, Gabriel Ndazaru (Dennis Rudge) heeft het hart duidelijk op de goeie plaats zitten, alhoewel hij de loyauteit ten opzichte van zijn stam en zijn verlangen om door te groeien in het Belgische wetssysteem met elkaar in een delicate balans moet trachten te brengen, en dat is niet altijd even eenvoudig. De plaatselijke arts is zelfs met een zwarte vrouw getrouwd, wat hem de afkeuring oplevert van zijn landgenoten. De goeie wil van de paar enkelingen weegt echter niet op tegen de steeds groter wordende kloof tussen de twee bevolkingsgroepen, waarbij de spanning incident na incident escaleert, en uiteindelijk uitmondt in bloederige moordpartijen.
Kongo is objectief omdat de makers duidelijk geen stelling hebben genomen. De technische ontwikkeling van de Kongolese bevolking is er duidelijk gekomen dankzij de kennis van de blanken, maar even goed hebben de blanken schaamteloos van hun machtspositie geprofiteerd. Moreel eindigt de reeks op een status quo: aan beide zijden vallen er vermijdbare doden, de blanken keren gepluimd terug naar België, en de zwarten hebben hun felbevochten onafhankelijkheid maar kunnen er even weinig mee doen als een struisvogel met een brommer. Kongo is ook realistisch in uitwerking: de tijdsgeest klopt helemaal, vanaf het einde van de Tweede Wereldoorlog over de koningskwestie tot en met de schoolstrijd, het bezoek van Boudewijn aan de kolonie, alles speelt zich ergens op de achtergrond af terwijl in Masisi het leven intussen onvermijdelijk zijn gang gaat. "Nog nieuws uit België?" is de gebruikelijke groet van de inwijkelingen onder elkaar, meestal gevolgd door één of ander belegen nieuwsfeit dat voor de situatie in Kongo niet echt relevant is. Zo wordt het referendum over de terugkeer van Leopold III gehouden op dezelfde dag als het jaarlijkse bal, omdat er anders geen hond op zou afkomen.
Vele van de Kongobelgen zijn avonturiers pur sang, die net als Luk Vermarcke alleen maar trachten snel rijk te worden, of die in Kongo een gezagsrol komen invullen waar ze in België alleen maar van zouden kunnen dromen. Net als de Witte Paters zien ze voor zichzelf een rol weggelegd die bijna als roeping kan gecatalogeerd worden, maar uit de praktijk blijkt dan toch dat de Kongolese gewesten zich nauwelijks in het keurslijf van netjes functionerende gewesten laten dwingen zoals de Belgen het graag zouden willen.
Deze reeks was een samenwerking van het toenmalige betaalkanaal Filmnet met de VRT en nog een paar buitenlandse partners. Waarom er overigens op de dvd uitvoerig staat dat dit een samenwerking met Canvas was, is me een raadsel, want ik ben wel héél zeker dat de serie in 1997 deel uitmaakte van de doorgaans sterke zondagavond-lineup van TV1. De reeks mocht duidelijk een centje kosten: zowat het hele verhaal is op locatie in Zimbabwe geschoten, voertuigen, kleding en attributen moesten allemaal overeenkomen met wat er in de jaren '50 bestond, dus is door het departement rekwisieten denkelijk een half museum leeggeroofd, en voor de cast werd een redelijk solide keuze gemaakt uit wat er aan talent in acterend Vlaanderen rondloopt. Nog een opmerkelijke keuze was om de muziek uit te besteden aan Henny Vrienten, de frontman van de Nederlandse punkband Doe Maar, die toch een soundtrack bij elkaar heeft gepend die niet echt aansluit bij de rest van zijn carrière, maar daarentegen wél de reeks cachet meegeeft. Minpunt is dat het verhaal met schokjes gaat, door elke aflevering te presenteren als een afgerond geheel dat in één welbepaald jaartal thuishoort, waardoor de rest van een aflevering soms moet worden opgevuld met wat filler material in de vorm van niets ter zake doende nevenverhalen. De personages worden ook niet zichtbaar ouder met het verstrijken der jaren, wat een beetje contrasteert met de zorg die voor de rest wél aan het detail is besteed.
Naar verluidt waren er ooit plannen voor een Kongo II, over de koloniale periode onder Leopold II, maar die reeks is er uiteindelijk nooit gekomen.
BEELD EN GELUID
Alhoewel de serie nog maar 11 jaar oud is, is er toch al een duidelijk verschil te merken tussen deze reeks, die nog tot de begindagen van het Actieplan 16:9 van de Europese Unie teruggaat, en recenter kwaliteitsdrama zoals Katarakt. De scherpte is uitgesproken minder, wat enerzijds wel aan het bronmateriaal kan liggen, maar anderzijds nog een frequent opduikend ziektebeeld is bij reeksen van deze leeftijd. Hier en daar is de print lelijk beschadigd door witte ruis en af en toe eens een lelijke witte barst in het beeld. Een gezamelijk probleem van beeld en geluid is dat je soms de personages niet ziet articuleren, waardoor het niet altijd even duidelijk is wie er wat zegt. Qua dynamiek is de 2.0-surroundtrack OK, en krijgen we binnen het kader van het mogelijke toch een aangename stereobeleving, maar de dialogen zijn vaak ongericht, alsof ze allemaal overgedubd zijn zonder met richting rekening te houden. De reeks is in drie talen (Vlaams, Frans en Shona) opgenomen, waarbij Nederlands ingebrande ondertitels in de Frans en Afrikaans gesproken stukken verschijnen. Een Nederlands ondertitelingsspoor heeft een compleet ander lettertype, wat het lezen bemoeilijkt, en er is ook een Engelse ondertiteling aanwezig.