Regie: Jan Matterne
Met: Thieu Croonenberghs, Jos Willems, Frans De Clerck, Jos De Man, Dominique van Dorpe, Bert Aerts, Jan Uyttersprot
Als je je afvraagt of het materiaal vandaag nog bekijkbaar is, dan kunnen we u geruststellen, niet alleen omdat de acteerprestaties vaak uitstekend waren, maar ook omdat Jan Matterne voor zijn definitieve montage alleen de beste fragmenten uit de opnamesessie gebruikte en desnoods zelf tussenbeide kwam met ontbrekende informatie. Een beetje een vreemd procedé, maar het komt de afleveringen ten goede omdat er op die manier geen sprake is van zwakke momenten. Bovendien zijn de drie afleveringen uitstekend gerestaureerd qua beeld en geluid en blijft het aantal niet weggewerkte ongerechtigheden tot een minimum beperkt.
De Zaak Leah Bergmans
Voor het hof van Antwerpen staat de 52-jarige Leah Bergmans te recht wegens poging tot moord door vergiftiging. Zij pleit schuldig, maar ze blijft erbij dat ze niet anders kon omdat er sprake was van een onweerstaanbare drang. Als jonge vrouw zat Leah anderhalf jaar in het concentratiekamp van Auschwitz. Haar moeder werd er vergast, zijzelf kwam in een speciale vrouwenafdeling terecht waar sterilisatie-experimenten werden uitgevoerd onder de leiding van SS-arts Wieland Looman. Na de oorlog bleek er sprake te zijn van een onomkeerbaar proces en dus adopteerde ze een zesjarig meisje dat ze Brigitte noemde. 20 jaar later is de aangenomen dochter werkzaam als tolk bij de EEG in Brussel. Daar ontmoet ze ene Carl Looman die als arts betrokken is bij een internationaal onderzoek naar de oorzaken van kanker. Brigitte en Carl beginnen een relatie en hij vertelt haar over zijn vader. Zij beseft dat het om de zoon van de beul van haar moeder gaat, maar ze misrekent zich in de reactie van haar mama: die vlucht het huis uit als Brigitte op een keer met haar Duitse verloofde voor de deur staat. Er gaat een tijdje over vooraleer Brigitte opnieuw op een ontmoeting tussen Carl en haar moeder aanstuurt en die reageert deze keer positief: de kop thee die ze Carl een tijdje later voorzet bevat evenwel een dodelijke dosis arsenicum. Carl beseft wat er gebeurd is en wordt ijlings naar een ziekenhuis gebracht waar ze z’n maag leegpompen. Hij moet anderhalf jaar revalideren vooraleer hij weer aan de slag kan.
Tijdens het assisenproces zegt Leah dat ze nog elke dag nachtmerries heeft over haar tijd in Auschwitz en dat Duitsers haar nog altijd de stuipen op het lijf jagen. Bovendien lijkt Carl als twee druppels water op zijn vader en kan ze de idee niet verdragen dat haar kleinkinderen ook Wieland Loomans’ kleinkinderen zouden zijn…
Tijdens het vooronderzoek bleek Mariannes versie van de feiten niet overeen te komen met die van één van de getuigen. Zij beweert dat de baby nooit heeft geleefd, terwijl een cafévriendin beweert dat het kind niet alleen bewoog maar ook huilde. Ze kan het weten, want ze ving de baby op toen die ter wereld kwam. Een moeilijke zaak voor de verdediging, want het is wel duidelijk dat de jonge vrouw in paniek was omdat Anton het kind nooit in huis zou willen nemen. Dus gooit Mariannes advocaat het over een andere boeg en probeert de jury te overtuigen met argumenten over de zwakke sociale positie van het gezin en over Mariannes vrees dat Anton haar zou verlaten waardoor ze niet meer voor haar drie kinderen zou kunnen zorgen. Hij wordt in zijn pleidooi gesteund door het verslag van de psychologen die Marianne sociaal afhankelijk, traag van begrip en eerder passief noemen…
Zoals eerder vermeld is dit het enige wat overblijft van een serie van 12 afleveringen. Dat is heel erg jammer, want deze drie (toevallig) bewaarde episodes zijn stuk voor stuk ijzersterk, maar niet meer dan een korte indruk van de sublieme kwaliteit van Beschuldigde Sta Op. Dat heeft te maken met het grote talent van de acteurs die in de huid van de voorzitter van de rechtbank, het openbaar ministerie en de advocaat van de verdediging kruipen, maar beslist in dezelfde mate met de spontaneïteit en de naturelle speelstijl van de amateurs die de rollen van de beschuldigden, de getuigen en de onderzoeksrechters voor hun rekening nemen. Jan Matterne en Louis De Lentdecker (research) zorgden bovendien voor ijzersterke scenario’s waardoor de afleveringen geen moment vervelen en de informatieve tussenkomsten van Jan Matterne geven de indruk alsof het om echte i.p.v. nagespeelde rechtszaken zou gaan. De zorg om het taalgebruik – de rechtbankmedewerkers en specialisten spreken Belgisch-Nederlands, de beschuldigden en getuigen doen hun verhaal in hun eigen dialect – komt het realisme eveneens ten goede. Pittig detail: het dialect werd destijds nog niet ondertiteld, zelfs het voor Brabanders en Limburgers zo goed als onverstaanbare taaltje van de Gentse getuigen niet!
De beide eerste episodes dateren uit het begin van de serie, de derde aflevering van na 1976, want de ondertussen overleden Thieu Croonenbergs is als voorzitter van de rechtbank vervangen door Frans De Clerck, een strengere en minder minzame rechter dan zijn voorganger, maar daarom niet minder goed op dreef. En ook de eedaflegging is in de later afleveringen aangepast: het zo helpe mij God (dat de getuigen uitspreken vooraleer aan het woord te komen) is nu vervangen door het eenvoudige en niet meer religieus getinte ik zweer.