ASYLUM
Bespreking door: Dieter - Geplaatst op: 2007-02-25
FILM
Zet regisseur David MacKenzie – de man achter het rauwe fifties seksdrama
Young Adam – en scenarist Patrick Marber – schrijver van het minder rauwe maar minstens even seksueel geladen
Closer – samen en er is geen genie nodig om uit vissen welk product je zal krijgen.
Asylum, de vrucht van hun samenwerking, is dan ook een perfecte hybride van de eerder genoemde films. De prent gaat dieper in op de verschillen tussen liefde en lust, schets een intrigerend portret van de seksuele moraal in de jaren vijftig en kruidt dat recept met een stevige dosis suspense en psychologische spanning. Het resultaat? Een verrassend interessante film, die weliswaar de clichés van het genre niet aan de kant gooit, maar toch meeslepend genoeg is om een goede indruk achter te laten.
De plot ontleenden Marber en zijn co-scenariste Chrysanty Balis aan het gelijknamige boek van Patrick McGrath, waarin de psychiater Max Raphael residentie neemt in een instelling die moordenaars en verkrachters heropvoedt. Willens nillens volgen echtgenote Stella en zoontje Charlie hem naar zijn nieuwe job. Een van de patiënten – beeldhouwer/vrouwenmoordenaar Edgar Stark – knapt de serre van hun huis op en meteen voelt Stella zich tot hem aangetrokken. Haar relatie met Max kent seksueel barre tijden en het vooruitzicht van een affaire met een man die in alle opzichten de tegenpool van haar echtgenoot is, spreekt haar aan. De clandestiene vrijpartijen volgen elkaar in ijltempo op en Edgars duistere verleden schrikt Stella niet langer af. Als hij erin slaagt uit de instelling te ontsnappen, en zij door iedereen met de vinger gewezen wordt hiervoor, dringt zich een keuze op. Ofwel een leven lang in een lusteloos huwelijk slijten, ofwel haar minnaar volgen naar de vrijheid. De verregaande en tragische consequenties van haar uiteindelijke beslissing kan Stella echter niet voorzien.
Zou het een toeval zijn dat de protagoniste van
Asylum dezelfde naam draagt als die uit
A Streetcar Named Desire? Waarschijnlijk niet, want er zijn duidelijke parallellen tussen de twee verhalen, niet in het minst de keuze tussen een veilig, onderdrukt leven en een spannend avontuur met een brute man. Het thema wordt overigens zeker zo goed uitgewerkt in deze film als in de klassieker van Tennessee Williams. Beter zelfs op sommige vlakken, omdat moraal en zeden anno 2007 nu eenmaal een stuk vrijer en confronterender mogen zijn dan in de censuurjaren vijftig. Vooral in het eerste deel van de prent, waarin de benauwende sfeer van de psychiatrische instelling als een loden gewicht op de plot weegt, worden de emoties van liefde, lust en seks efficiënt en krachtig geëxploreerd. De tweede helft houdt de aandacht minder vast, omdat de belangrijkste vragen waar je als kijker mee worstelt tegen die tijd als beantwoord zijn en de tocht naar de onvermijdelijke tragische ontknoping redelijk voorspelbaar geschiedt.
Dat neemt niet weg dat ook de laatste drie kwartier af en toe een ijzersterke scène herbergen, die met brute eerlijkheid op de kijker wordt losgelaten. Een klasuitstap waarin Stella met haar zoontje de prachtige natuur van Wales intrekt, is bijvoorbeeld een van de hoogtepunten van de film, omwille van de onverwachte horror die als een toeslaand serpent uit het niets opduikt. Hoedje af voor de regie van MacKenzie dus, die er met grote sprongen op vooruit gegaan is sinds zijn debuutfilm. Hij verstikt niet langer iedere sequentie met een onnodig zware sfeer, maar geeft het verhaal en de acteurs de ruimte om te ademen. De wijze waarop hij schijnbaar statische scènes extra weerklank geeft met subtiele camerabeweging roept soms zelfs herinneringen op aan het oeuvre van de grote Neil Jordan. De technische prestatie van de crew is overigens uniform uitstekend, met knappe beelden, toepasselijke art direction en een muzikale score die net niet over het randje gaat.
Centraal staat echter de acteerprestatie van Natasha Richardson. De vertolkster smijt zich met volle overgave in de rol van Stella en draagt daardoor moeiteloos het gewicht van de prent op haar schouders. Het is cruciaal dat haar acties logisch lijken om de kijker geloofwaardig doorheen
Asylum te loodsen, en op een enkele uitzondering na – gelukkig pas in de laatste tien minuten van de film – slaagt ze met glans hierin. Als Edgar is Marton Csokas op zijn best wanneer hij ambigu is: deels de ruwe, aantrekkelijke verleider, deels de man die op barbaarse wijze zijn echtgenote afslachtte. Eenmaal het mysterie rond zijn persoon opklaart en er vaker een Hyde onder zijn Jekylluiterlijk opduikt, verliest Csokas helaas de grip op de diverse dimensies van het karakter. De grootste naam uit de cast zit opgezadeld met de meest ondankbare rol. Ian McKellen duikt enkel op wanneer de plot nood heeft aan een schier emotieloze antagonist en de rol verzandt bijgevolg al snel in een opeenstapeling van oninteressante boutades. Hetzelfde probleem plaagt Hugh Bonneville, als Richardsons echtgenoot, maar de jonge Gus Lewis laat een goede indruk na als hun zoon.
Asylum is bijgevolg best een goede film geworden, met een prima spanningsboog en een thematiek die intrigeert. Dat de prent desondanks niet voor de volle honderd procent een hoogvlieger genoemd kan worden, ligt aan de voorspelbaarheid waarmee de plot zich in het laatste half uur ontrafelt en aan de nogal bruuske karakterevolutie van Csokas' personage. Niettemin kan de prent als boegbeeld dienen voor wat elitistische cinefielen wel eens ongeïnformeerd als 'de betere film' omschrijven: goede acteerprestaties, een setting in het verleden, een vleugje controverse en wat stoute seks.
BEELD EN GELUID
Een nagenoeg gave print, goede kleurenweergave, knappe scherpte, nauwelijks grain en een prima contrast dragen ertoe bij dat op het beeld van
Asylum weinig aan te merken valt. Releases van recente maar obscure films durven wel eens de middelmatige route kiezen, maar hier gaat DFW resoluut voor een prima beeldkwaliteit: chapeau! Het geluid is iets minder indrukwekkend, ook al omdat de dialoogcentrische prent weinig ruimte biedt om de boxen een goede work-out te geven. Toch valt ook de soundtrack op door zijn sublieme degelijkheid. Voor dvd-liefhebbers zonder een multiboxset-up is er tevens een stereotrack.
EXTRA'S
Waarom DFW nog steeds hardnekkig
Film Clips (6 min.) als extra op zijn releases propt, mag een raadsel heten, aangezien ik de eerste persoon nog moet tegenkomen die hier een boontje voor heeft. De 8 pagina's
Liner Notes zijn interessanter: ze geven summier weer hoe de prent tot stand kwam. Een
Trailer (2 min.) slaagt er goed in de film aan een zo breed mogelijk publiek te verkopen, maar de
Interviews (12 min.) met cast en crew geraken niet verder dan de gewoonlijke promotionele nietszeggerij.
Behind The Scenes (4 min.) gunt een B-rollachtig blikje achter de schermen, en een
Fotogalerij toont 10 stills uit de film. Afsluitend bevat de disc een sextet
Cross-promotionele Trailers. Net zoals de andere Essential Cinema-uitgaven is er tevens een
Infoboekje bijgevoegd.
CONCLUSIE
Asylum Mag dan op papier generisch en sensationalistisch klinken, het eindresultaat op het scherm is een aangename verrassing. Zolang je geen wereldschokkende originaliteit verwacht, zal je meegesleurd worden door het goede script, de prima regie en enkele gelaagde vertolkingen. Jammer alleen dat de climax niet aan de verwachtingen voldoet. Beeld en geluid zijn bovendien van uitstekende kwaliteit, maar de bonussectie is leger dan de lijst extra's doet vermoeden.