Regisseur James Strong neemt het eerste deel van deze mini-serie voor zijn rekening en daarin reconstrueert hij minutieus de treinoverval aan de hand van wat nadien aan het licht is gekomen. We zien het uitgebreide voorbereidingsproces (dat ruim een jaar in beslag neemt), de zoektocht naar specialisten om de treinsignalen te manipuleren, de locomotief en de postwagon los te koppelen van de rest van de trein, en een gepensioneerde locomotiefbestuurder om de trein naar de plek te brengen waar de vele geldzakken kunnen worden overgeladen op vrachtwagens. Het resultaat is een spannende film, want ook al weet je dat het zaakje goed afloopt, toch besef je dat er veel durf en minstens evenveel geluk mee gemoeid is.

Maar de perfecte overval is net zo zeldzaam als de perfecte moord, en dat speelt de politie in de kaart, want in het vluchthuis waar de bendeleden zich een week lang schuil hebben gehouden, worden sporen gevonden die de rechercheurs op weg helpen om de betrokkenen op te pakken. Regisseur Julian Jarold mag dat onderdeel in beeld brengen en hij maakt er een al even spannende tweede helft van, waarin de hoofdrol weggelegd is voor de politiemannen die beetje bij beetje het mysterie oplossen.

Luke Evans, die u misschien herkent als Bard/Girion uit The Hobbit-trilogie (2012-2014) neemt de rol van Bruce Reynolds, het hoofd van de bende, voor z’n rekening, terwijl Paul Anderson in de huid van z’n maat Goody Gordon kruipt. Jim Broadbent, die fans van Harry Potter beslist herkennen als professor Horace Slughorn, is perfect gecast als de snuggere politieman Tommy Butler, die de affaire oplost met naar onze huidige normen zeer primitieve middelen. De rest van het gezelschap levert goed werk en draagt z’n steentje bij tot de spannende en vaak donkere sfeer.