:: BESPREKINGEN ::
DVDInfo.be >> Bespreking >> BASQUIAT
BASQUIAT
Bespreking door: William - Geplaatst op: 2011-12-24
FILM
In Basquiat schets regisseur Julian Schnabel het leven van zijn collega en goede vriend Jean-Michel Basquiat, een 21-jarige graffitikunstenaar die omstreeks 1981 in New York opgemerkt wordt door de kunstscène en in geen tijd uitgroeit tot de nieuwste hype: de ene dag sliep de uit Haïtiaanse ouders geboren straatartiest nog in een kartonnen doos in Tompkins Square Park in de East Village, de volgende zat hij in een ruim atelier een reeks schilderijen te maken voor een grote tentoonstelling over zijn werk. Hij wordt de eerste belangrijke moderne kunstenaar van Afrikaans-Amerikaanse afkomst genoemd en de grote belofte van de rioolkunst, en volgens de legende begon het allemaal nadat hij Andy Warhol en een zakelijke relatie in een restaurant een aantal door hemzelf beschilderde prentbriefkaarten verkocht. In geen tijd gingen z’n doeken tegen astronomische prijzen van de hand en een schets op een papiertje, gemaakt om een hamburger van 2 dollar te betalen, verwisselde nog voor het einde van de maand van eigenaar voor 5000 dollar, wat Warhols opmerking uitlokte dat ie daar beter meteen mee ophield. Maar de paus van de New Yorkse kunstscène – verslaafd aan drugs en artistiek gesproken al ruim over z’n hoogtepunt heen – keek met ontzag naar de jonge creatieve geest die zich in z’n schaduw had gevestigd.
 
 
Basquiat zou een hoge prijs betalen voor z’n succes, want de druk was enorm en met de opdringerige galerijhouders die elkaar het gras voor de voeten probeerden weg te maaien, had hij totaal geen ervaring. Hun was het trouwens niet zo zeer om Basquiats artisticiteit te doen dan wel om het vele geld dat ze aan z’n werk konden verdienen. Na de dood van Warhol (februari 1987) – met wie hij heel nauwe banden onderhield (behalve seksuele) – raakte hij steeds meer geïsoleerd. Basquiat die altijd wel wat had gerookt en gebruikt, raakte verslaafd aan harder spul, moest door z’n vriendinnetje Gina Cardinale zelfs een keer uit een overdosis gered worden en was het slachtoffer van opeenvolgende depressies. Hij overleed als gevolg van een overdose in augustus 1988. De American Dream was voor hem in vervulling gegaan, maar kostte hem jammer genoeg kort nadien het leven.
 
 
Julian Schnabel schildert een interessant en warm portret van z’n vriend Jean-Michel Basquiat. Vanaf de allereerste scène mag hij rekenen op de goodwill van de toeschouwer en Jeffrey Wright (Angels in America, Syriana en W.) speelt de rol op een aantrekkelijke manier, zij het dat de kijker niet in z’n hoofd kan kijken, maar dat is een keuze die Schnabel maakt. Bovendien presenteert hij de biopic eerder als een verzameling impressies uit het leven van de artiest, waardoor het moeilijk is om een coherent beeld te krijgen van Basquiats visie op het leven en vooral op de kunststijl die hij vertegenwoordigt. Dat de commerciële wolven veel screentijd krijgen is wellicht een terechte keuze in het licht van wat er zich in werkelijkheid heeft afgespeeld, maar boeiende cinema levert het niet echt op. Maar misschien was de drugsverslaafde kunstenaar Jean-Michel Basquiat zelfs voor z’n onmiddellijke omgeving een zo goed als gesloten boek – wegens de naar binnen gerichte interesse die wel vaker voorkomt bij zware drugsgebruikers – en heeft Julian Schnabel er het beste van gemaakt. Het resultaat is in elk geval een biopic die de kenmerken heeft van een documentaire eerder dan van een film wegens een gebrekkige dramatisering en een niet altijd even beklijvend scenario.
 
 
Jeffrey Wright is zo goed als het enige karakter in de film dat de toeschouwer uitnodigt tot inleving. Behalve David Bowie (als Andy Warhol) zijn de overige castleden louter garnituur, bordkartonnen personages die nooit tot de verbeelding spreken en nog veel minder wat toevoegen aan de mythe. En wie niet vertrouwt is met het werk van Basquiat kan zich trouwens na het bekijken van deze film nauwelijks een kenner noemen, want het werk van de Amerikaan komt maar in zeer beperkte mate aan bod. Ja, het gaat om graffiti waarin tekst een belangrijke rol speelt, maar van z’n vele werken krijgt u zo goed als alleen “Untitled (Skull)” uit 1984 te zien, beslist te weinig om u een beeld te vormen van zijn oeuvre. De film is overigens dusdanig fragmentarisch dat je als kijker ook nauwelijks een indruk krijgt van de snelle opgang en het immense succes die Jean-Michel Basquiat te beurt vielen. Schnabel legt veel meer de nadruk op zijn wisselende stemming en zijn afhankelijk van drugs waardoor hij nauwelijks uit de marginaliteit weggeraakte ondanks het feit dat hij ondertussen de eigenaar was van een goedgevulde bankrekening. In het meest pakkende fragment zien we hoe hij op een avond bij het tehuis aanklopt waar z’n dementerende moeder verzorgd wordt. Hij vraagt of hij haar mee naar huis kan nemen, maar de bewaker zegt dat hij geen problemen wil en stuurt hem weg. Basquiat wordt boos, reageert zich af op de metalen hekken en slentert even later gelaten en versuft door de straten van New York als de eerste de beste dakloze. Het is één van de enige scènes waarin z’n drama efficiënt in beeld is gebracht.
 
 
David Bowie kruipt in de huid van Andy Warhol en heeft een hele film lang een afschuwelijk lelijke grijze pruik op het hoofd. Zijn Warhol is niet de flamboyante kunstenaar en bezieler uit de beginperiode, maar een aan drugs verslaafde en twijfelende artiest, een sukkelachtige oude man die zit opgesloten in z’n eigen maniërisme. In een grappige scène zien we hem in z’n atelier met Basquiat, waar Warhol aan een doek werkt met gevleugelde zwarte paarden die hij via de zgn. stenciltechniek aanbrengt. Basquiat neemt een dikke kwast met witte verf en trekt een brede streep over één van de paarden: dat ziet er al een stuk beter uit, zegt hij gedecideerd. Warhol bekijkt z’n geruïneerde schilderij en zegt: vind je? Ik weet het nog zo niet… Bowie is onderkoeld en tegelijk zweverig en hij karakteriseert Warhol als een personage dat de trappers tenminste gedeeltelijk en z’n creativiteit compleet kwijt is. Hij noemt Basquiat een natuurtalent en hij herkent een bezieldheid en een bezetenheid die hijzelf niet meer bezit. En Basquiat voelt zich goed in z’n gezelschap, want Warhol is een van de enigen die niets van hem verlangt, maar die hem puur bewondert wegens z’n talent. Na Warhols dood blijft de jonge artiest zo goed als alleen achter in de miljoenenstad, maar niet voor lang, want 18 maanden later overlijdt hij ten gevolge van een te hoge dosis drugs. Voor de rest bevat de cast nog een aantal grote namen zoals Dennis Hopper, Gary Oldman en Benicio del Toro die de film een zeker gewicht en belang moeten geven.
 

 
Na z’n dood gingen sommige van Basquiats doeken pas echt tegen astronomische prijzen van de hand: in 1998 werd bij Christie’s een doek geveild voor ruim 3,3 miljoen dollar. In 2002 liet Metallica-drummer Lars Ulrich het doek Profit (220 x 400 cm) veilen. Opbrengst 5,5 miljoen dollar. In 2008 verkocht Christie’s New York het doek “Untitled (Boxer)” – eveneens eigendom van Lars Ulrich – aan een anonieme bieder voor 13,5 miljoen dollar en eerder in 2007 werd bij Sotheby’s in New York een Basquiat geveild voor 14,6 miljoen dollar.
 
BEELD EN GELUID
Het beeld is acceptabel van kwaliteit met felle kleuren en een goed zwartniveau, maar tegelijk ook een beetje grof en korrelig. Van ongerechtigheden is gelukkig geen sprake.
De geluidsband is in orde en een dergelijke rustige film behoeft ook niet meer dan een stereotrack. De soundtrack bevat een brede waaier van stijlen en composities, o.a. van John Cale, Gavin Friday, Leiber en Stoller, Brenda Lee, David Bowie en Julian Schnabel.
 

 
EXTRA’S
De Originele Bioscooptrailer en een aantal Andere Trailers.
 
CONCLUSIE                               
Basquiat van regisseur Julian Schnabel is een eigenzinnige biopic met heel veel documentaire karakteristieken en te weinig dramatische accenten om te overtuigen. Het scenario is niet meer dan een verzameling van impressies die tijdens de montage zo goed mogelijk aan elkaar geklonken zijn met als gevolg dat het portret dat de toeschouwer te zien krijgt heel erg onvolledig is en bij momenten zelfs oninteressant, ondanks een aantal goede performances. Schnabel houdt z’n personages jammer genoeg altijd op een afstand en bijgevolg maakt het de kijker uiteindelijk niet veel uit wat er met het hoofdpersonage gebeurt. Technisch is de dvd in orde, de bonussectie is leeg.



cover




Studio: RCV

Regie: Julian Schnabel
Met: Jeffrey Wright, Michael Wincott, Benicio Del Toro, Claire Forlani, David Bowie, Dennis Hopper, Gary Oldman

Film:
6,5/10

Extra's:
1/10

Geluid:
7,5/10

Beeld:
7,5/10


Regio:
2

Genre:
Drama

Versie:
Benelux (NL)

Jaar:
1996

Leeftijd:
16

Speelduur:
112 min.

Type DVD:
SS-DL

Barcode:
8713045209551


Beeldformaat:
1.85:1 anamorfisch PAL

Geluid:
Engels Dolby Surround 2.0


Ondertitels:
Nederlands
Extra's:
• Originele Bioscooptrailer
• Andere Trailers

Andere recente releases van deze maatschappij