HENRY V
Bespreking door: Dieter - Geplaatst op: 2012-11-12
FILM
Shakespeare mag dan de meest verfilmde auteur van de laatste eeuw zijn, het aantal bekroonde adaptaties van zijn werk ligt relatief laag. Zo kreeg enkel Laurence Oliviers
Hamlet in 1948 de Academy Award voor beste film, terwijl amper een handvol andere adaptaties genomineerd werden in de meest prestigieuze van alle Oscar-categorieën. Tot dat selecte clubje behoort dan niet eens het regiedebuut van Kenneth Branagh,
Henry V, een prent die uittorent boven nagenoeg alle andere adaptaties van de bard. Het stuk is niet het meest toegankelijke dat Shakespeare ooit schreef - wie niet een beetje vertrouwd is met de Britse koninklijke geschiedenis, loopt al snel verloren tussen alle verwijzingen naar vorsten, prinsen en edellieden - maar in Branaghs handen wordt
Henry V een meesterlijke filmische ervaring, vol beklijvende karakters en indrukwekkende scènes. De grootste triomf van de acteur-regisseur is echter dat hij een stuk dat doorgaans focust op grootse, vaderlandslievende heroïek, injecteert met waarachtige ontroering en emotie op menselijke schaal.
De prent kon op dat vlak niet meer verschillen van de
legendarische filmversie die Laurence Olivier tijdens de laatste jaren van de Tweede Wereldoorlog draaide. Waar die prent oorlog nog verkocht als een ideologische daad die af en toe nodig is om de vrijheid te garanderen, toont Branagh vooral de vaak zinloze opoffering die oorlog vergt. Weg zijn de glorieuze Technicolor-kleuren en de somptueuze decors. Die maken plaats voor duistere kasteelkamers, vervallen herbergen en slijkerige slagvelden. Deze
Henry V bevat alle scènes die je kent uit eerdere versies - de keuze om ten strijde te trekken tegen Frankrijk, de incognito nachtelijke omzwervingen van de koning in het kamp, de verovering van het hart van prinses Cathérine na de slag om Agincourt - maar grondt die niet in het verleden maar in de realiteit, waardoor de kijker veel gemakkelijker de relevante raakpunten met de maatschappij van vandaag herkent.
Eén handigheid ontleende Branagh wel van zijn grote leermeester Olivier: de prominente plaats voor de verteller als brug tussen het publiek en het verhaal. Maar in plaats van op een schouwtoneel plaatst Branagh de verteller - vol overgave gespeeld door Derek Jacobi - op een filmset, en vervolgens in het midden van de actie. Voor de cast wist Branagh trouwens het kruim van de toenmalige Britse theaterwereld te strikken: Brian Blessed, Judi Dench, Paul Scofield en Ian Holm (dat zijn twee Sirs, één Dame en één overweldigende stem) maken allemaal hun opwachting. Ook mensen die minder ervaring hadden met Shakespeare kwijten zich uitstekend van hun taak. Emma Thompson is ronduit indrukwekkend als Cathérine. Met name haar Franse uitspraak klinkt fenomenaal goed. Een jonge Christian Bale heeft bovendien amper moeite met de jamben van de bard. Maar primus inter pares is zonder meer Branagh zelf, die de jonge koning zowel jeugdige arrogantie verleent als een kwetsbaarheid die het gevolg is van zijn gebrek aan ervaring op het slagveld.
Toch is het niet zozeer de acteur Branagh die bijblijft in
Henry V, maar de regisseur. Zelden krijg je het gevoel dat de prent gebaseerd is op een vier eeuwen oud toneelstuk: de camera breekt moeiteloos los van de theaterplanken. Zelfs in de vele dialoogscènes zoekt Branagh steeds de filmische oplossing: een nostalgische gloed overspoelt de scènes met Falstaff, de intriges aan het Franse en Engelse hof maken veelvuldig gebruik van camerabewegingen om de veranderende machtsverhoudingen weer te geven en de slag bij Agincourt oogt epischer en geloofwaardiger dan je van Shakespeare-verfilmingen gewend bent. Branagh gebruikt kortom alle mogelijkheden van het medium om het drama optimaal aan de kijker te verkopen. De meeslepende muziek van Patrick Doyle en de snedige montage dragen nog bij tot de overweldigende ervaring die de film biedt.
Veelzeggend is dat hét hoogtepunt van
Henry V ditmaal niet de beroemde St. Crispin-speech is - 'We few, we happy few, we band of brothers' - maar de scènes daarna, in de eerste plaats de beklijvend in beeld gebrachte slag bij Agincourt, maar meer nog de wijze waarop Branagh daarna een ode brengt aan degenen die hun leven gaven voor het vaderland. Met de dode Christian Bale over de schouder ploetert Branagh door de modder in een camerabeweging van enkele minuten. De scène wordt in het oorspronkelijke stuk summier beschreven, maar regisseur Branagh injecteert de sequentie met bakken emotie. Hoewel er daarna nog een erg geslaagde epiloog volgt waarin de koning de Franse Cathérine ten huwelijk vraagt - nog een scène die andere adaptaties doorgaans verkwanselen maar die hier volledig tot haar recht komt - is de nasleep van de slag bij Agincourt het kroonjuweel van deze film: de beste prent van 1989 en een van de beste films van de jaren tachtig tout court.
BEELD EN GELUID
Scherpte en contrast zijn de twee belangrijkste troeven van de beeldtransfer, maar op andere punten scoort het beeld iets minder. Zo is grain in diverse scènes duidelijk aanwezig en laat de helderheid van enkele sequenties te wensen over. Ook de kleurenweergave is niet optimaal, hoewel de artistieke keuze voor een grauw palet daar ook voor iets tussenzit. De stereosoundtrack focust voornamelijk op de dialogen en geeft die doorgaans helder en verstaanbaar weer (voor wie een beetje thuis is in Shakespeariaans Engels tenminste, want de schijf bevat geen ondertitels). De mix tussen de dialogen, de geluidseffecten en de muziek is degelijk, maar mist duidelijke accenten in belangrijke scènes.
EXTRA'S
De enige extra is een
Trailer voor de film.
CONCLUSIE
Kenneth Branaghs adaptatie van
Henry V is zonder meer de beste verfilming van Shakespeares koningsstuk en een van de beste verfilmingen van zijn werk tout court. De levendigheid waarmee Branagh het stuk op het scherm brengt, de uitmuntende cast, de prachtige muziek, de oprechte emotie: veel minpunten tref je niet aan in deze prent. Beeld en geluid halen wel niet het hoogste niveau op deze dvd en de bonussectie bevat louter een trailer.