JESUS OF NAZARETH
Bespreking door: William - Geplaatst op: 2017-04-10
TV-MINISERIE
Met Pasen vieren de christenen het feit dat Jezus Christus is opgestaan uit de dood, drie dagen na zijn kruisiging in Jeruzalem. Het feest vindt zijn oorsprong in het Joodse
Pesach, waarmee het einde van de slavernij in en de uittocht uit Egypte worden herdachten. Op het Concilie van Nicea (325) kreeg het paasfeest z’n huidige betekenis voor de christenen.
De kruisiging en de verrijzenis zijn door de apostelen gedocumenteerd in het Nieuwe Testament, en deze verfilming steunt op het zgn. evangelie volgens Johannes, die het op hoge leeftijd zou hebben neergeschreven in Efeze, althans dat is wat Irenaeus, de bisschop van Lyon, beweerde, die het verhaal had van Polycarpus van Smyma, die in 155 op 85-jarige leeftijd overleed en die Johannes persoonlijk had gekend. De toewijzing is evenwel omstreden, o.a. omdat Johannes pas in de 2de eeuw als auteur van het evangelie wordt genoemd. Tegenwoordig gaat men ervan uit dat het evangelie volgens Johannes in de periode 90-110 is geschreven en dat de auteur zich minstens gedeeltelijk op twee eerdere bronnen heeft gebaseerd, nl. de evangeliën van Marcus en Lucas. Opvallend is overigens dat de auteur vaak feiten en geografische referenties door elkaar haspelt en dat zijn tekst ook afwijkt wat betreft het optreden van Johannes de Doper, die bij hem gewoon Johannes wordt genoemd.
De Engelse auteur Anthony Burgess (A Clockwork Orange, 1971) werd aangezocht om het script voor de film te schrijven, maar dat bleek geen gemakkelijke opdracht, want zijn scenario werd een paar keer door regisseur Franco Zeffirelli en zijn theologische adviseurs afgewezen omdat ze niet geïnteresseerd waren in Burgess’ poging om de drijfveren van Jezus’ keuze te achterhalen. Zeffirelli wilde in de eerste plaats een letterlijke versie van het Jezus-verhaal inblikken met de nadruk op de highlights uit het evangelie en met flink wat pathos en romance, waarin hij ook is geslaagd, en Jesus Of Nazareth mocht dan ook rekenen op de goedkeuring van het Vaticaan (en de financiële steun van General Motors en IBM). Pittig detail voor muggenzifters: omdat volledigheid werd nagestreefd, zag Burgess zich verplicht om leentjebuur te spelen bij de andere evangelisten, want in het evangelie volgens Johannes wordt Jezus niet gedoopt door Johannes de Doper, terwijl die scène wél in de film is gemonteerd.
De biografie van Jezus Christus is u wellicht bekend. Ze behoort tot ons culturele erfgoed en zelfs als je ongelovig bent is het zo goed als onmogelijk om niet via het een of andere medium minstens een ruwe kennis te hebben van de inhoud. De film begint op het moment dat Maria wordt bezocht door de engel die haar meedeelt dat haar nicht Elisabeth zwanger is en dat zij zelf ook van een kind zal bevallen. Het is opnieuw een verhaallijn die Burgess bij de andere evangelisten heeft gehaald, want Johannes begint zijn verhaal bij het publieke optreden van Johannes de Doper, die volgens Lucas zes maand ouder was dan Jezus, maar die schijnbaar veel vroeger begon te prediken, waardoor hij al een bekende figuur was toen Jezus aan zijn publieke carrière begon. Via de wijzen uit het oosten, de kindermoord en de vlucht naar Egypte evolueert het verhaal naar de jonge Jezus die predikt in de Synagoge en vervolgens naar de figuur van Johannes de Doper, waarmee de film pas echt in lijn komt met het evangelie van Johannes: de eerste prediking, Jezus’ doopsel door Johannes de Doper (uit Lucas), de confrontatie met de joodse geestelijke overheid, de roeping van de apostelen, de toetreding van Judas Iscariot, de onthoofding van Johannes de Doper en uiteindelijk de confrontatie met het Romeinse gezag in Jeruzalem dat uitmondt in de kruisiging.
Van het rustige tempo en de lange looptijd maakt Zeffirelli gebruik om hier en daar een karakter in een ruimer daglicht te stellen. Christenen worden niet geacht om de onbevlekte ontvangenis van Maria in vraag te stellen, dat is nl. een axioma uit hun geloof, maar de jonge Maria heeft het er moeilijk mee, want ze weet niet hoe ze dat verhaal aan haar omgeving of aan haar verloofde Jozef kan verkopen. Haar familie moet ze nl. overtuigen dat ze tijdens de ondertrouw (een periode van 1 jaar waarin de geliefden aan elkaar waren beloofd maar zich niet noodzakelijk als gehuwden gedroegen) geen seksueel contact met (de veel oudere) Jozef heeft gehad, terwijl ze haar toekomstige partner (en zijn familie) ervan moet overtuigen dat ze niet met een andere man heeft geslapen. Als zou blijken dat dat wel het geval is, dreigen de beide geliefden te worden gestenigd! En Jozef, meestal afgeschilderd als een schaapachtige goedgelovige timmerman, heeft er in Zeffirelli’s versie van het verhaal wél problemen mee. Hij voelt zich verraden en consulteert zijn vader die hem wijst op de mogelijke strenge gevolgen. Zover wil Jozef evenwel niet gaan, maar er is uiteindelijk toch een goddelijke interventie nodig om hem gerust te stellen dat er geen sprake is van overspel. Het zijn fijne miniatuurtjes in een verhaal dat voor de rest de tekst netjes volgt.
Met een voor die tijd exuberant budget slaagt Franco Zeffirelli er evenwel in om van Jesus Of Nazareth zonder veel digitale poeha een boeiend schouwspel te maken met indrukwekkende massascènes, inspirerende locaties en prachtige opnamen van het ommuurde en versterkte Jerusalem met z’n drukke straten en monumentale architectuur. Bovendien dringt z’n camera ook door in de paleizen en dehuizen van de Romeinse bezetters, waar de overdadige luxe in schril contrast staat met de povere levensomstandigheden van de joodse bevolking. Visueel is Jesus Of Nazareth m.a.w. een hoogstandje, mede omdat een grote authenticiteit is betracht inzake de primitieve behuizing in Nazareth en inzake de aankleding van de diverse joodse en Romeinse personages.
Als gevolg van de aard van het bronmateriaal is er in de eerste helft van de film nauwelijks sprake van spanning en drama, behalve dan in de kindermoordscène in opdracht van Herodes. Hij laat alle mannelijke baby’s jonger dan twee jaar door zijn soldaten vermoorden in de hoop dat hij daarmee ook het jongetje uitschakelt dat door de wijzen uit het oosten de koning van de Joden wordt genoemd, een weinig uitgewerkte passage uit het evangelie volgens Mattheus, die door latere legendevorming is uitgegroeid tot het Driekoningenfeest (gevierd op 6 januari). Jozef is evenwel in een droom door God gewaarschuwd en hij vlucht met vrouw en kind naar Egypte waar de familie zich schuilhoudt tot na de dood van Herodes. Zeffirelli bespaart ons de doodbloedende en met speren doorboorde babylichaampjes, maar de suggestie is weinig verhullend en het hysterische gehuil van de moeders doet de rest.
Pas halverwege de tweede helft komt de miniserie op dreef als de in Jeruzalem gearriveerde jonge prediker uit Nazareth op de radar van het Sanhedrin (de Hoge Raad van Joodse geestelijken in Jeruzalem) verschijnt. Dat hij de kooplui en de geldwisselaars uit de tempel heeft verdreven is niet onopgemerkt gebleven (want het tast hun inkomsten aan), maar zij vrezen dat zijn optreden de openbare orde zal verstoren met een reactie van de Romeinse bezetter tot gevolg. De evangelist raffelt het proces van Jezus voor de leden van het Sanhedrin in een paar regels af, maar Franco Zeffirelli en Anthony Burgess maken er een lange scène van waarin de voor- en tegenstanders in de schoot van de Hoge Raad aan het woord komen en waaruit blijkt dat er grote verdeeldheid heerst over de schuldvraag, de te volgen procedure en het uiteindelijke doel. Uiteindelijk besluit hogepriester Kajafas, de voorzitter van de vergadering, dat Jezus te ver is gegaan met zijn bewering dat hij de zoon van God is. Hij noemt de uitspraak godslasterlijk, maar omdat hij zelf geen doodstraf uit kan spreken (verboden door de Romeinse bezetter), verwijst hij de beschuldigde door naar Pontius Pilatus die daartoe wél gemachtigd is. De hellenistische filosoof Philo van Alexandrië (20 v. Chr. - 50 A. D.) beschreef Pilatus als een harde en onbuigzame man, maar omstreeks 31 A. D. was diens positie verzwakt wegens een opstand in Caesarea die hem tot toegevingen had gedwongen, en een complot tegen het gezag in Rome waarin hij misschien niet helemaal vrijuit ging. Hij moest dus voorzichtig zijn en zag zich in de Jezus-affaire verplicht om de joodse religieuze leiders te vriend te houden en het volk gunstig te stemmen. Het gevolg is bekend: hij liet ze de keuze tussen de gegeselde koning der Joden en de Zeloot en patriot Barabbas. Over het feit dat Pilatus z’n handen in onschuld wast en dat het tempelkleed doormidden scheurt op het moment dat Jezus overlijdt, reppen Zeffirelli en Burgess met geen woord. Ze blijven voor een keer trouw aan de tekst van Johannes. Bovendien maken ze ook nauwelijks gebruik van de dramatiek van de kruisdraging, want die scène wordt bijna terloops afgehandeld, waarbij ze zich overigens aan de historische bronnen houden en Jezus alleen het dwarshout van het kruis laten dragen.
Het dramatische hoogtepunt bewaren Zeffirelli en Burgess voor de kruisiging en voor de scène waarin het lijk van het kruis wordt gehaald en beweend door Maria en haar vrouwelijke familieleden. Het is een hartverscheurend fragment dat boven geloof en ongeloof uitstijgt, want hier is een unieke en vredelievende man opgeofferd aan de ambitie van een paar angstige oude schriftgeleerden… Nooit eerder (of later) is de scène op een zo schokkende en pakkende manier in beeld gebracht.
De cast van Jesus Of Nazareth leest als een nominatielijst voor de Oscars, want alle grote namen uit die periode treden aan in wat we stuk voor stuk uitstekende rollen mogen noemen, van Laurence Olivier (als Nicodemus), Anthony Quinn (als Kajafas), Rod Steiger (als Pontius Pilatus) en Peter Ustinov (als Herodes) tot Anne Bancroft (als Maria Magdalena), James Farentino (als Petrus), Ian McShane (als Judas Iscariot), Michael York (als Johannes de Doper), Claudia Cardinale (als de overspelige vrouw) en James Mason (als Jozef van Arimathea). De rol van Jezus wordt gespeeld door Robert Powell, die eerder de aandacht had getrokken met zijn optreden in Tommy (1975) naar de gelijknamige rockopera van The Who, en als Gustav Mahler in Ken Russells film Mahler (1974). Met zijn blauwe ogen en mistroostige gelaatstrekken is hij de perfecte acteur voor de rol van Jezus, maar omdat hij opgesloten zit in een personage dat nooit verder komt dan de woorden uit de Schrift, heeft hij nauwelijks de kans om te schitteren, al overtuigt hij wel degelijk in de kruisingsscène.
BEELD EN GELUID
Wij keken naar wat wellicht de meest recente release van deze film is, nl. de Video Film Express-versie uit 2001, en die bevat af en toe een ongerechtigheid (wit puntje, zwart streepje), maar van grote beeldstoringen of grove beschadigingen is geen sprake. Het kleurenpalet is veelzijdig, maar niet echt verrassend, wat wellicht te maken heeft met de overheersende toon van beige (het landschap, de architectuur) en de eerder donkere aankleding van de personages (zwart voor de vrouwen, bruin en donkergrijs voor de apostelen, een combinatie van wit en zwart voor de joodse schriftgeleerden). Alleen de Romeinen vallen op met een combinatie van metaalblauw en bruin leer voor de militairen, met veel rode en goudkleurige accenten in de kostuums van centurions en prefecten. De geluidsband bevat heel veel semitische volksmuziek (ze klinkt nog niet zoals Joodse muziek vandaag) met voorzichtige ondersteuning van klassieke fragmenten van de hand van de Franse componist Maurice Jarre (
Dead Poets Society, 1989;
Lawrence Of Arabia, 1962).
EXTRA’S
Geen
CONCLUSIE
Beslist de beste biografische film die ooit over Jezus Christus is gemaakt en waarvoor regisseur Franco Zeffirelli een uitstekende cast op de been bracht, terwijl scenarist Anthony Burgess netjes binnen de lijntjes kleurt, maar toch eigen accenten legt die het verhaal diepgang en perspectief bieden.