KARAKTER
Bespreking door: Werner - Geplaatst op: 2000-10-17
FILM
De Nederlanders hebben het ons Belgen verdomme toch drie keer geflikt om een Oscar te winnen, terwijl wij alleen maar langs de zijlijn konden staan kwijlen. Eerst was er De Aanslag, de verfilming van het boek van Harry Mulisch die elke middelbare schoolstudent waarschijnlijk heeft moeten lezen, dan was er Antonia in 1996, en het jaar daarop dus Karakter.
Waar ze in Nederland vooralsnog van kunnen dromen, is van een raspaard als Jan Decleir. Het grootste onrecht dat ons, Belgen, op de Hollywoodiaanse jaarlijks weerkerende beeldjesparade ooit is aangedaan, is dat de monumentale film Daens van Stijn Coninckx in de categorie beste buitenlandse film de duimen heeft moeten leggen voor Indochine, een mediocre film, maar ja, dat jaar moest en zou Catherine Deneuve met een Oscar naar huis gaan. Deze film is zo'n beetje Decleirs zoete weerwraak geweest; en het dient gezegd, Decleir speelt iedereen zonder verpinken van het doek af.
Het verhaal is een synthese van de boeken 'Dreverhaven en Katadreuffe' en 'Karakter' van Ferdinand Bordewijk, niet direct de vrolijkste literatuur om voorgeschoteld te krijgen. Het verhaal is opgezet als een grote flash-back, waarin Jacob Willem Katadreuffe (Fedja van Huet) zijn levensverhaal vertelt, en meer bepaald de pijnlijke relatie met zijn vader, gerechtsdeurwaarder Dreverhaven (Jan Decleir).
Arend Barend (!) Dreverhaven is een ijskouwe kikker zonder het minste spoor van menselijk gevoel; alleen al aan de naam merk je dat hij het gevoel voor humor van zijn ouders niet deelt. In de sloppenwijken van het Rotterdam van de jaren dertig is een van zijn geliefkoosde bezigheden het willekeurig uitdrijven van wanbetalende huurders. Voor hem geldt enkel de wet van de sterkste, en hij laat zijn rechten dan ook gelden op Joba (Betty Schuurman), zijn huishoudster die, zoals zoveel vrouwelijk dienstpersoneel in dit duister en nog niet eens zo heel lang geleden tijdvak, zonder veel boe of ba verkracht wordt door haar werkgever.
Wanneer Dreverhaven verneemt dat zijn huishoudster zwanger is - in de film gebruikt Betty Schuurman de ongelofelijk archaische uitdrukking 'in positie' - vraagt hij haar, meer uit een bizar eergevoel dan uit wat anders, ten huwelijk, als was het een 'fait accompli' dat boekhoudkundig moet worden afgehandeld. Joba beseft dat de schande van het ongehuwd moeder zijn te verkiezen is boven een liefdeloos huwelijk zoals Dreverhaven voor ogen heeft, en ze wijst zijn avances kordaat af. Ze weigert ook onderhoudsgeld van hem voor hun zoon, Jacob Willem Katadreuffe, tegen wie ze altijd verklaart: "We hebben niets van hem nodig", wanneer die voor de zoveelste keer naar zijn vader vraagt.
Zijn eerste ontmoeting met zijn vader is overigens zeer bijzonder: Dreverhaven is juist door een onwillige huurder in de gracht gegooid, en wanneer Jacob Willem wordt opgepakt voor vermeende diefstal van een brood, zegt hij dat hij de zoon van Dreverhaven is. Die wordt erbij gehaald, maar hij keurt zijn zoon geen blik waardig, en ontkent dat de jongen van hem is. Omdat hij altijd wordt uitgescholden voor bastaard, worden Katadreuffe en zijn moeder gedwongen te verhuizen. Het enige wat hem troost biedt is een stapel boeken die de vorige eigenaar in het nieuwe huurhuis heeft achtergelaten. Jacob Willem blijkt een pienter kereltje, en is al snel onder meer het Engels meester.
Op gegeven moment kan hij de stilte tussen hem en zijn moeder niet meer kan verdragen, en neemt hij een sigarenwinkeltje over, en gaat hierbij een lening aan bij een bank. Hij blijkt echter bedrogen door de vorige eigenaar, en zit tot over zijn oren in de schulden. Als toemaatje blijkt zijn vader de eigenaar van de bank te zijn. Om de eindjes aan elkaar te knopen, gaat Katadreuffe werken bij het prestigieze advocatenkantoor Stroomkoning. Daar maakt hij onmiddellijk een positieve indruk bij meester De Gankelaar (Victor Low), die zich als verdediger van de jongen opwerpt. Wanneer zijn schulden zijn afbetaald, heeft Jacob Willem, intussen jongste bediende op het kantoor, en heimelijk verliefd op zijn vrouwelijke collega Lorna te George (Tamar Van den Dop), nog maar een droom voor ogen: zelf advocaat worden. En de enige manier om zijn studies te financieren is opnieuw bij zijn vader geld gaan lenen, diezelfde vader die hem op alle manieren kapot tracht te maken.
Jan Decleir speelt het klaar om bij elke intrede de kijker te doen rillen van angst, alleen al door zijn fysieke verschijning. Zijn rol is dan ook lijnrecht de tegenovergestelde van de titelrol in Daens: een brutaal, onmenselijk monster zonder scrupules. Ook Fedja van Huet levert een meer dan behoorlijke prestatie als de getormenteerde Jacob Willem Katadreuffe. De sensatie van de film is echter Victor Low, die als advokaat De Gankelaar tegengewicht biedt aan het inhumane element dat Jan Decleir vertegenwoordigt. De Gankelaar probeert ten dele als mentor van de jonge Katadreuffe de rol te vervullen van de vader die deze laatste nooit gekend heeft, en Low speelt zijn rol met veel animo en overtuigingskracht.
BEELD EN GELUID
De film had een betere transfer naar DVD verdiend. Het beeldformaat houdt het midden tussen gewone 4:3 en cinemaformaat. Ik ben zelfs uit nieuwsgierigheid de verhouding op mijn scherm met een lintmeter gaan nameten, want zoiets heb ik nog nooit gezien. Ik hou de verhouding op 1.5:1. Bij zo'n hybride beeldformaat hebben ze uiteraard de moeite niet gedaan om het beeld anamorf te coderen, en dit heeft als gevolg dat je ofwel met vervelende zwarte banden opzij zit opgescheept (op een breedbeeld-televisie bij gebruik van het tussenformaat 14:9), ofwel een deel van het beeld onderaan en bovenaan verdwijnt. Dit laatste is dan nog de beste optie, vermits de film toch niet ondertiteld is, maar dit maakt het beeld wel danig onscherp. Op het geluid is dan weer niets aan te merken; zelfs voor een vrij statische film wordt er toch gratuit gebruik gemaakt van de mogelijkheden van Dolby Surround, zoals in de beginscene wanneer Katadreuffe wordt gearresteerd.
EXTRA'S
Er staan een viertal summiere biografieen van Mike Van Diem, Jan Decleir, Fedja Van Huet en Betty Schuurman op, een Amerikaanse en een Nederlandse trailer, en dan hebben we het zowat gehad. Een spijtige zaak; een commentaarsspoor of achtergrondinformatie over de aandoenlijk realistische locaties was zeker tot zijn recht gekomen.
CONCLUSIE
De film staat natuurlijk als een huis, en had vast en zeker een betere DVD-uitvoering verdiend. Het is overigens een van de weinige Nederlandse films die ik zonder irritatie heb doorstaan; van Nederland zijn we immers, althans op DVD, voornamelijk rotzooi gewoon zoals Flodder (bweik) of Bassie en Adriaan. Heren DVD-producenten, als U dit leest een goeie tip: wacht niet langer en breng Daens uit op DVD, liefst in de vier-uursversie. Maar maak alsjeblieft een presentabele DVD-versie. Jan Decleir verdient beter.