OSTRE SLEDOVANE VLAKY (HOU DE TREIN IN HET OOG)
Bespreking door: William - Geplaatst op: 2005-12-14
FILM
Hou De Trein In Het Oog won in 1967 de Oscar voor Beste Buitenlandse Film in Los Angeles. Een verrassend succes voor een zwart/wit-film zonder grote sterren of veel actie uit Tsjecho-Slowakije, godbetert, op het hoogtepunt van de Koude Oorlog, toen Oost en West klaar stonden om elkaar om zeep te helpen met hun arsenalen nucleair oorlogstuig. In het licht van die tijd en de gespannen politieke situatie, werkte
Hou De Trein In Het Oog, wellicht als een katalysator, met een verhaal over een jonge stationsbediende die het tot held brengt in een filmproductie die lichtvoetig, humoristisch en zachtaardig tegelijk is, met een ferme brok absurde en Chaplineske situaties.
Milos (Václav Neckár) is een zachtaardige, naïeve en stille jongen. Zijn overgrootvader kreeg heel jong een werkongeval en werd vroegtijdig gepensioneerd. Als vergoeding kreeg hij elke dag een gulden waarmee hij bier en twee pakjes tabak kocht. Als ontspanning ging hij zijn oude collega's opzoeken en opscheppen over zijn zalig leventje. Milos' grootvader was een hypnotiseur, of althans dat beweerde hij. Toen de Duitse tanks zijn land binnenreden ging hij in het midden van de weg staan om ze met zijn bezwerende kracht tegen te houden. Milos' vader werd op zijn veertigste gepensioneerd en die ligt nu hele dagen op de canapé en chronometreert de treinen die voorbijrijden. Milos zelf heeft zich voorgenomen de arbeidsschuwe traditie van zijn voorouders alle eer aan te doen en heeft een opleiding treinwachter gevolgd. Op de ochtend dat we hem leren kennen past zijn moeder hem zijn treinwachterskostuum aan. Ze is fier op hem. Hij heeft nu een goede baan. Het hele dorp zal weten dat zijn familie belangrijk is.
Ongemakkelijk probeert Milos z'n nieuwe pak, neemt z'n tas en gaat op pad. In het station van Kostomlaty passeren hoofdzakelijk goederentreinen en af en toe een lokale trein voor het personenvervoer tussen de kleine dorpjes van het heuvelachtige landschap. Het is 1942 en Tsjecho-Slowakije is bezet door het Duitse leger. Maar daar merken ze weinig van hier op het land. De stationschef voert zijn duiven, de onderchef doet een dutje, een vrouwelijke collega doet wat schrijfwerk. Rustige baantjes allemaal, terwijl het land in oorlog is en alle jonge mannen aan het front zitten. Milos kijkt om zich heen en vindt dat het goed is zo. De onderchef leert hem de wissels te bedienen en toont hem hoe elke passerende trein moet worden begroet. Kinderspel allemaal, en dus is er veel tijd voor nietsdoen, dagdromen en kwebbelen over mooie vrouwen. De rust wordt af en toe verstoord door een
hiërarchische overste die van de stad komt om het personeel erop te wijzen dat meewerken met de Duitsers een bewijs is van vaderlandsliefde, want dat hun doel, nl. het vrijwaren van een vrij Europa, ook het doel is van alle burgers.
Afleiding is er genoeg: een trein vol verpleegsters die stilstaat in het station om god-weet-welke-reden, een groepje terugtrekkende Duitse soldaten dat stiekem op de trein klimt om de
meisjes wat afleiding te bezorgen, geruchten over treinen vol dode dieren, stieren met uitgestoken ogen, een lokale graaf die wagons komt opeisen om zijn koeien naar de slachterij te voeren, etc. Milos hoort en ziet het allemaal en blijft er een beetje gelaten onder. Hij heeft z'n eigen dromen. Sinds hij in het station werkt ziet hij elke dag Masa (Jitka Vendová), de conductrice van de lokale trein die vriendelijk tegen hem lacht en hem uitnodigt bij haar oom in de stad. Ze maken een afspraakje en Milos blijft bij de oom-fotograaf slapen. Het meisje kruipt stiekem bij hem in bed, maar verder dan wat
foefelen komen hij en Masa niet. Zij is ontgoocheld, hij gefrustreerd, gaat de dag nadien naar een bordeel, huurt een kamer en snijdt zich de polsen door. Milos heeft een probleem: volgens de dokter lijdt hij aan
ejaculatio praecox, een aandoening die vaker bij jonge gezonde kerels voorkomt. Hij krijgt de raad om zich door een oudere vrouw te laten inwijden, maar ook zijn Cassanova-achtige college, de onderstationchef Hubicka (Josef Somr), kan hem niet meteen iemand aan de hand doen.
Op een dag verneemt Milos van Hubicka dat als gevolg van sabotage aan de rails alle Duitse treinen via Kostomlaty zijn omgelegd en dat de dag nadien een Duitse trein boordevol springstof het station zal aandoen. De partizanen willen dat het personeel van het station, met name de onderstationchef zelf, de trein tot ontploffing brengt. Samen bekijken ze waar de bom het best kan worden geplaatst, maar 's anderendaags wordt de onderstationchef opgehouden door een onderzoek naar zijn misdragingen met een jonge typiste. Milos ziet geen andere uitweg dan het initiatief over te nemen. Maar hij vertrekt onder een slecht gesternte: zijn overgrootvader werd zwaar verwond bij een handgemeen met arbeiders en stief een paar dagen later en zijn grootvader, de hypnotiseur, werd door de Duitse tanks doodgereden toen hij hun de weg bleef versperren.
Jiri Menzel toont ons het leven in en rond het station op bijna poëtische wijze. Er zijn de geluiden van de treinen, het gepuf van de locomotieven, de onvermijdelijke windvlaag als ze voorbijrazen als traag stijgende transportvliegtuigen, het gestommel van op- en afstappende reizigers, het knipperen van de lichtjes en het getik van de telexmachine in het seinhuis. Het zachte grijs van de omgeving verdwijnt regelmatig in de donkere wolken van stoom en rook; er is het puzzelachtig patroon van wissels, sporen en balken en het regelmatig geklepper van de stationsklok telkens wanneer er wat op handen is. Het station van Kostomlaty is een vredige plaats, lieflijk bijna. Er hangt een ongedwongen sfeer van kameraadschap, maar ook van rivaliteit en uitgesproken afkeer tussen de stationchef Max (Vladimír Velenta) en Hubicka als het om de vrouwtjes gaat. De onderstationchef bespiedt ze van achter zijn kleine ziekenfondsbrilletje, geniet van hun wulpse vormen en goedgevormde benen en leidt ze allemaal naar het intieme bureautje van de stationchef dat tussen de middag leeg is, wanneer de chef op de eerste verdieping zijn kwezelige vrouw gezelschap houdt. De frustraties laaien hoop op en ze zijn het onderwerp van humoristische en bij momenten slapstickachtige situaties. Milos maakt het een beetje verdoofd mee en probeert de onderstationchef te vermijden wanneer die weer eens informeert naar de capaciteiten van de aantrekkelijke conductrice in bed.
Hou De Trein In Het Oog is een film met een traan en een snik en vervolgens een onverwachte glimlach. Jiri Menzel weet zijn productie goed te doseren qua humor en verdriet en houdt de toeschouwer in het ongewisse over het lot dat hij voor Milos in petto heeft. Hij tekent zeer menselijke personages waarmee de kijker zich gauw identificeert. De regisseur laat geen moment onbenut en plaatst tegenover de monotonie van het plattelandsstationnetje steeds nieuwe kleine anekdotes, sfeertjes, charmante details en menselijke warmte. Zelden groeit een
low key film van dit formaat uit tot een dergelijke aandoenlijke en hartverwarmende productie. We leven mee met Milos die koortsachtig een oplossing zoekt voor zijn probleem
waardoor hij minder man is dan de anderen. We delen zijn onmacht en zijn verdriet terwijl in het bureautje de onderstationchef van bil gaat en twee flinke scheuren in de canapé achterlaat. We zijn verbaast over de openheid waarmee hij aan zijn collega’s zijn probleem meedeelt en uiteindelijk wordt hij onze held wanneer hij in de voetsporen van zijn overgrootvader en grootvader treedt om zijn land te redden.
BEELD EN GELUID
Hou De Trein In Het Oog is in zwart/wit gedraaid, maar het beeld is overwegend licht grijs. Menzel heeft een heel eigen stijl om omgeving en personages in beeld te brengen en trekt op die manier voortdurend de aandacht. Alleen de opnamen in het donker zijn wel bijzonder donker, tot het niveau dat er nauwelijks iets van de actie te zien is. Op zulke momenten steken de witte ondertitels heel erg af tegen de achtergrond en blijft er nog slechts een schimmenspel over. Het geluid is opvallend aanwezig in de vorm van mars- en fanfaremuziek met veel koper, iets wat op een nationale hymne lijkt en vervolgens zachte violen, soldatenritmes en vrolijke deuntjes. Ruis is duidelijk aanwezig. In het begin van de film
springt de geluidsband een tweetal keer en hapert ook het beeld heel even. Wellicht was er geen betere kopie voor handen. Af en toe zijn er witte vlekken en verkleuring.
EXTRA'S
De extra's zijn beperkt. Er zijn
Production Notes (tekst) over de film en de regisseur en het ondertussen welbekende
NRC Handelsblad Overzicht van de hele
Moderne Europese Klassieken-reeks en een
Homescreen Overzicht van de uitgaven van de verdeler.
CONCLUSIE
Hou De Trein In Het Oog is een lieftallige en prettige film met af en toe een absurde of lichtjes perverse ondertoon en een verhaallijn die altijd luchtig blijft ondanks de tragiek die voortdurend aanwezig is en de film uiteindelijk naar een verrassende en schokkende finale leidt. De perfecte afsluiter voor deze 12-delige NRC Handelsblad-reeks.