FULL METAL JACKET
Bespreking door: Pieter - Geplaatst op: 2007-11-20
FILM
Wanneer Lawrence, Brown, en andere jongeren gerekruteerd worden als mariniers tijdens de Vietnamoorlog, worden ze door de sadistische drilinstructeur Hartman omgevormd tot gevoelloze gevechtsmachines. Niet alleen hun humanisme moet wijken, ook hun namen worden geschrapt en vervangen door degenererende synoniemen. Als anonieme strijdkrachten, luisterend naar namen als Snowbal, Cowboy en Joker, ondergaan ze zware dagelijkse trainingen onder het waakzame oog van de meedogenloze Hartman. Wanneer één van de rekruten, de zwaarlijvige en ietwat achterlijke soldaat Gomer Pyle, de ene blunder na de andere begaat en het niveau van het corps naar beneden haalt, stelt Hartman zijn medesoldaten verantwoordelijk. Hij laat hen voor de fouten van Pyle opdraaien, stellende dat het hun taak is hun mederekruut te motiveren. Ondanks de hulp van collega-soldaat Joker blijft Pyle de schande van het korps en belandden al zijn straffen op de schouders van de anderen. Wanneer zijn mederekruten besluiten hem op een agressievere manier te "motiveren", slaan bij hem de stoppen door.
Full Metal Jacket, Stanley Kubrick's kijk op de Vietnamoorlog werd bij zijn verschijnen tweedrachtig onthaald. De critici richtten hun pijlen vooral op de structuur van de film die duidelijk uit twee afzonderlijke delen bestond. Het was niet noodzakelijkerwijs de onderverdeling zelve die op kritiek stuitte als wel de in het oog springende onevenwichtigheid in kwaliteit tussen beide delen. Zo zou het eerste deel, waarin we de rekruten volgen tijdens hun bikkelharde training, opmerkelijk beter zijn dan het ietwat geforceerde tweede, waarin de tot moordmachines omgevormde jongelui Vietnam onveilig maken. Het moet gezegd: na het herbekijken van deze film blijkt die kritiek gerechtvaardigd, al wil ik eraan toevoegen dat de tweede acte geenszins zo slecht is als men toentertijd beweerde.
Full Metal Jacket bespreken is dus zoiets als twee gebundelde middellange films bespreken. Goed, ik steek van wal: het eerste deel is, zoals eerder gezegd, het beste. Vanaf het eerste shot wordt de toon van de film gezet: de personages worden door middel van een tondeuse van hun hoofdhaar, en dus ook van hun persoonlijke uiterlijke kenmerken, ontdaan. Vanaf dat moment begint een harde training die tot doel heeft de individualiteit van de rekruten te breken en hen om te kneden tot uniforme vechtmachines. Aan de hand van een opeenvolging van eenvoudige maar krachtige scènes schetst Kubrick het verval van de individualiteit van de protagonisten en slaagt daar wonderwel in. We zitten de soldaten continu dicht op de huid. Eén enkele maal laat Kubrick ons zelfs door de ogen van een rekruut kijken. Alzo maakt hij ons deelachtig aan de angst, de afkeer en uiteindelijk de wanhoop die hen inkapselt en die één van hen te veel wordt.
Wat vooral opvalt zijn de acteerprestaties. Die zijn over de gehele lijn, maar vooral in de eerste acte, van uitmuntend niveau. Het is voornamelijk Lee Ermey als de genadeloze drilinstructeur die de show steelt. Zijn onophoudelijk spraakwaterval, doorspekt met vulgaire en spitse verwensingen, doet de rest van de cast (letterlijk) verbleken. Nochtans was deze rol oorspronkelijk voor een andere acteur weggelegd, namelijk Tim Colceri, die in het tweede deel eventjes opduikt als de sadistische geweldenaar die vanuit een helikopter onschuldige Vietnamese boeren neermaait. Lee Ermey was een ex-militair, had geen enkele acteerervaring en werd door Kubrick oorspronkelijk als technisch consulent bij het project betrokken. De regisseur was echter zo onder de indruk van zijn uitstraling en de onverbiddelijke manier waarop hij de acteurs tot militairen omvormde - met even veel vuilbekkerij als wat we in de uiteindelijke film te zien krijgen - dat hij hem de rol aanbood. Mijn inziens maakte hij de juiste keuze. Ook Vincent D'Onofrio, die de corpulente zondebok speelt, overtuigd door zijn ingehouden, maar langzaam ontluikende spel. Hij slaagt er in met zijn ietwat idiote blik en fletse glimlach om de empathie van het publiek voor zich te winnen. Zijn plotselinge omschakeling naar wraakzuchtige psychopaat is hierdoor des te aangrijpend. Bijna niet te geloven dat ook D'Onofrio, net als Ermey, voorheen geen enkele acteeropleiding genoot. De twee meest memorabele acteerprestaties worden dus geleverd door de enige twee non-acteurs in de cast. Tevens opmerkelijk is het feit dat die twee prestaties zich beiden in de eerste acte van de film situeren. Eén van de redenen waarom het eerste deel het tweede overtreft? Misschien. Mathew Modine en de rest van de cast acteren goed zonder meer, maar kunnen Ermey en D'Onofrio niet overtreffen. Dit blijkt toch een beetje problematisch voor het verdere verloop van de film.
Het tweede deel bevat niet minder urgentie dan het eerste, maar heeft vooral te lijden onder het gebrek aan een overtuigende spanningsboog en aan Kubricks te ver doorgedreven pogingen om de waanzin van de oorlog te illustreren. Een mooi voorbeeld is de scène waarin de soldaten door een televisieploeg worden geïnterviewd. De toon van hun antwoorden, waarin doorschemert dat ze de oorlog als een soort spelletje ervaren, komt te geforceerd over. Het mechanisme achter deze scène, zijn doel zo u wil, ligt er te vingerdik op. Dit gebrek aan subtiliteit nekt de overtuigingskracht van dergelijke sequenties. Kubrick doet hier te hard zijn best om de boodschap over te laten komen, en die boodschap luidt (te) eenvoudigweg: oorlog is waanzin. Ook maakt Kubrick hier en daar enkele foute regiekeuzes. Met name de slowmotionshots van het schietende Vietnamese meisje aan het einde van de film, hebben een hoog "Rambogehalte". Of dit bedoeld is als ironiserende commentaar op de Hollywoodiaanse aanpak weet ik niet, maar overtuigender zou het er sowieso niet op worden.
Nu, maakt deze negatieve kritiek brandhout van
Full Metal Kacket? Het antwoord luidt: neen. Want ondanks de gebreken van het tweede deel, blijft Kubrick een begenadigd verteller die je met zijn uitgebeende stijl aan het scherm kluistert, zelfs wanneer daarop onvolmaaktheden te zien zijn. Ook voor deze film geldt dat, zoals Spielberg ooit eens zei, “je hem onmogelijk kan stopzetten eens je bent begonnen met kijken”. Goed, tegen het midden van de film begint de eerst zo strakke boog een klein beetje door te hangen, maar zeker niet genoeg om van een mislukking te spreken.
In het kort:
Full Metal Jacket is één van de beste Vietnamfilms ooit gemaakt, ook al is de tweede helft minder overtuigend dan de spetterende eerste.
BEELD EN GELUID
Deze nieuwe uitgave van
Full Metal Jacket verschilt op enkele punten van de eerder verschenen dvd. Ten eerste werd het oorspronkelijke 4:3 formaat herknipt tot een 1.78:1 ofte 16:9 aspect ratio teneinde de bezitters van 16:9 schermen te plezieren. Het beeld is op dit schijfje dus iets breder dan zoals de film in de bioscopen verscheen (in een 1.66:1 formaat) en een stuk breder dan de vorige dvd-uitgave (1.33:1). Er gaat dus informatie verloren aan de boven - en onderkant van het beeld. Als er iets is waar de gezamenlijke dvdinforedactie een hekel aan heeft, dan zijn het wel verminkte beeldformaten. Bij een film van Kubrick, die gekend stond om zijn exacte composities, valt deze verminking des te meer op. Op een vreemde manier voelt het beeld dus minder strak aan dan op de vorige 4:3 release. Spijtig, maar hier worden toch punten voor afgetrokken. Gelukkig is er op de kwaliteit van het beeld niet veel aan te merken. Filmgrain is slechts miniem aanwezig en nooit storend, vuiltjes en vlekjes slechts heel sporadisch, en het contrastniveau is uitstekend uitgebalanceerd, met solide zwarten en heldere, frisse kleuren. Het 5.1 geluid klinkt schitterend. Vooral in het tweede deel van de film worden de luidsprekers ten volle benut, waardoor een gedetailleerd, ruimtelijk klankbeeld ontstaat. De kogels suizen om je oren en de vele explosies zullen je subwoofer doen pompen. Vooral het gevecht in de vernietigde stad Hue maakt indruk. Zeer overtuigend dus.
EXTRA'S
Op het eerste schijfje van deze 2-disc special edition staat een halfuur durende documentaire over het maken van
Full Metal Jacket waarbij het accent ligt op interviews met de cast en crew, pittige anekdotes en het obligate verheerlijken van Amerika’s boeiendste regisseur. We komen tevens te weten waarom Kubrick Lee Ermey inhuurde als drilinstructeur en waarom de productie zoveel tijd vergde. Naast deze docu vinden we een trailer en een matig interessante audiotrack met commentaren van Adam Baldwin, Vincent D'Onofrio, Lee Ermey en filmcriticus/schrijver Jay Cocks. Op het tweede schijfje staan geen extra's die rechtstreeks betrekking hebben op
Full Metal Jacket, wel de integrale, fantastische documentaire
A Life In Pictures waarin een fascinerend beeld wordt geschetst van Kubrick's leven en werk, inclusief zelden vertoond beeldmateriaal en info over niet gerealiseerde projecten. Om de vingers bij af te lekken dus.
CONCLUSIE
Full Metal Jacket, Kubrick's voorlaatste film, is een beklijvend oorlogsdrama en één van de beste filmische uitingen in het genre. Het tweede deel doet nogal conventioneel aan in vergelijking met het meesterlijke eerste, maar kan de film als geheel gelukkig niet kelderen. Hij wordt immers gestut door een schitterend acterende cast en het stilistische talent van Kubrick. De film staat in een foute beeldverhouding van 1.78:1 anamorf op het schijfje en dit zal voor echte cinefielen misschien een struikelblok zijn. Beeld - en geluidskwaliteit zijn uitstekend. De extra's die verband houden met de gepresenteerde film zijn beperkt tot een halfuur durende documentaire, maar dit gebrek wordt ruimschoots goedgemaakt door de aanwezigheid op het tweede schijfje van de avondvullende documentaire
Stanley Kubrick: A Life In Pictures.