Regie: Hayes Baxley
Met: Boone Smith
Doden of gedood worden, in de natuur behoort het tot de normale gang van zaken en uit Secrets of the Predators leren we dat dieren dat in de meeste gevallen doen om zich te voeden. Maar soms doden ze ook om hun territorium te beschermen tegen indringers, en dan lijken ze al veel meer op de mens met zijn eeuwige oorlogen en conflicten. Bovendien blijkt dat ze in vele gevallen ingenieuze technieken hebben ontwikkeld om hun doel te bereiken, en verrassender is het feit dat de natuur ze vaak met zeer vernuftige hulpmiddelen heeft uitgerust om het doden te vergemakkelijken. In de natuur bestaat geen medelijden, het gaat om de eeuwige strijd tussen leven en dood.
Aflevering 1
De bidsprinkhaankreeft in Indonesië is nauwelijks 15 cm lang, maar is door de natuur wel heel erg bevoordeligd. Het diertje heeft telescopische ogen waarmee het een overzicht over zijn terrein heeft van 360°. Bovendien is het een echte vechtersbaas, want het heeft poten die het als hamers kan gebruiken en waardoor het kraken van schelpen kinderspel wordt. De hengelvis doet het nog beter. Niet alleen ziet hij eruit als een bos zeewier waardoor z’n camouflage perfect is, op z’n onderste vinnen, die hij als poten gebruikt, schuifelt hij naar een plek met gelijksoortige begroeiing en met een stokje dat eindigt in wat op een worm lijkt en dat hij heftig heen en weer beweegt, lokt hij de niets vermoedende vissen tot vlak voor z’n enorme bek. Een reuzenkraak in rust, een 90 kg zware inktvis met tentakels van 9 meter lang en drie harten, is niet te onderscheiden van de rotsformaties waartussen hij een plekje heeft gevonden. Vissen en krabben die te dicht in de buurt komen worden in en flits overrompeld en met een dosis gif verdoofd. Z’n tentakels zijn een lekkernij voor haaien, maar de reuzenkraak geeft zich niet gemakkelijk gewonnen en desnoods spuit hij een flinke scheut inkt in de richting van z’n belager om vervolgens vliegensvlug te verdwijnen. De sebia latimanus lijkt een beetje op een lichtgevend ruimteschip. Het is een eerder kleine inktvissoort die z’n kleuren eveneens aan de omgeving aanpast, maar hij lokt de vissen met z’n geweldige lichtshow. Om ze te pakken te krijgen heeft hij bovendien 2 supersnelle en sterke tentakels waaraan nauwelijks valt te ontkomen.
Ringslangplatstaarten doden hun prooi met gif en zeilvissen in Mexico steunen op hun onwaarschijnlijk soepele wendbaarheid om sardines te verschalken, terwijl zonnebloemzeesterren snelheden tot 60 km/uur ontwikkelen tijdens de jacht en vooral uit de buurt van koningskrabben moeten blijven indien ze hun 19 tentakels niet kwijt willen geraken. Dé rovers van de zee zijn evenwel de zwart-witgekleurde orcas die zich in de wateren voor de kust van Alaska verzamelen in de hoop er een grijzewalviskalf van z’n moeder te scheiden. Ze doden het jonge dier door het te verdrinken en ze beperken zich tot zacht weefsel, lippen en tong, en laten de rest van het karkas voor de hongerige bruine beren die vanaf een hoger gelegen plateau het gruwelijke schouwspel met interesse volgen. Zij zullen zich de hele zomer tegoed doen aan de resten van het walviskalf.
Sitanehagedissen in India zijn gek op termieten en een oorlog tussen termieten en mieren is het uitgelezen moment om toe te slaan, al nemen de diertjes wel grote risico’s door zich op open terrein te wagen, want boomeksters kennen hun gewoonten en zitten uiteraard klaar om de makkelijke prooi te verschalken. Maar ook groefkopadders zijn gevaarlijke vijanden, want zij liggen vaak wekenlang op de loer terwijl ze met hun tong de geuren uit de omgeving analyseren. Hun beet is dodelijk voor dieren en mensen hebben een overlevingskans van 25 percent.
Mongoolse wolven voedden zich ooit met herten en wilde paarden, maar sinds schapenherders steeds meer de vrije ruimte inpalmen, zijn de grote viervoeters verdwenen en moeten de wolven zich tevreden stellen met knaagdieren. Hun aantal is in de voorbije 100 jaar drastisch teruggelopen, want de herders zijn niet gesteld op hun aanwezigheid en schieten de wolven dood als ze in de buurt van hun kuddes komen. De Mongoolse arend is voor z’n dieet aangewezen op marmotten. Vanuit de lucht scant hij de grond op urinesporen om de diertjes te lokaliseren, maar die hebben een waarschuwingssysteem ontwikkelt om tijdig aan hun belager te ontkomen.
Aflevering 4
In Afrika volgt het National Geographic-team een roedel van 9 leeuwen en hun kroost. Ze jagen op de 500 kg zware kafferbuffels die naar goede gewoonte felle weerstand bieden. Eén van de oudere leeuwinnen uit de groep kan de muil niet meer sluiten als gevolg van een slecht genezen kaakbreuk. Het lijkt een wonder dat het dier nog leeft want het kan beslist geen prooi meer vangen, laat staan een prooi verslinden. Maar dan is het team getuige van een wel heel bijzonder tafereel: een jongere leeuw pakt de poot van een kafferbuffel beet en kantelt het kadaver zodat de oudere leeuwin van het zachte weefsel in de buik van het dier kan eten. Samenwerken, ook voor dieren lijkt het een doodgewone zaak te zijn…
In een groep van 200 bavianen loopt de spanning hoog op, want de mannetjes zijn voortdurend in een hiërarchische strijd verwikkeld. Jongere apen blijven beter uit de buurt, want de woede van de kemphanen kan zich ook tegen hen keren en het gebeurt wel eens dat een onvoorzichtig jong wordt doodgebeten tijdens een gevecht. Meestal eten bavianen noten, maar af en toe willen ze wel eens vlees op het menu en dan wordt de jacht geopend op antilopen, die ze via een gecoördineerde jacht in het nauw drijven. Ethiopische wolven zijn tegenwoordig zeldzaam. Naar schatting zijn er nog 500 exemplaren in een berggebied waar ze ooit met duizenden waren. Niet de komst van de mens heeft hun aantal doen slinken – de dieren voeden zich bijna uitsluitend met reuzenmolratten – maar de hond, want die heeft de hondenziekte naar de streek gebracht…
Het gedrag van de roodhalsreigers in Texas is al even bizar als dat van de secretarisvogel in de Afrikaanse savanne. Als hij in het lage water van een lagune op jacht gaat, maakt hij kleine dansjes en klapt tegelijk met z’n wieken. Op die manier creëert hij schaduw in het water waarin vissen wel willen schuilen, maar dat wordt ze uiteraard fataal. En voor de kust van Seabrook Island (South Carolina, VS) speelt zich regelmatig een al even vreemd schouwspel af: een groep dolfijnen gooit er zich op het strand, waarbij ze allemaal kort op de rechterzij liggen vooraleer weer in het zeewater te verdwijnen. Waarom ze allemaal op de rechterzij liggen is onduidelijk, niet waarom ze dat doen. In het ondiepe water houdt zich nl. een grote hoeveelheid vis schuil. Tijdens een gecoördineerde actie drijven de dolfijnen hun prooi in de richting van het strand en verplichten de vis om uit het water te springen. De meesten worden in de vlucht gevangen, maar vissen die spartelend het water proberen te bereiken, zijn een nog veel makkelijkere prooi. Het laatste fragment uit deze documentaire is gewijd aan de varanen op het eiland Komodo (Indonesië). Het zijn reuzenhagedissen die hun prooi met gif doden. Het zijn territoriumdieren, wat betekent dat ze geen concurrenten verdragen en desnoods een dodelijke confrontatie met een soortgenoot aangaan.
Meer dan 3 uur wordt u in deze vier afleveringen geconfronteerd met het leven van roofdieren en daartoe heeft het National Geographic-team honderdduizenden kilometers afgelegd. Sommige fragmenten komen u wellicht bekend voor uit gelijksoortige documentaires van de BBC, maar ze bevatten ook materiaal dat u nooit eerder gezien heeft en dat zelfs nieuw is voor wetenschappers. Hoe men erin is geslaagd om zo dicht bij de dieren te komen, het grenst bij momenten aan het ongelofelijke, en in één geval – een bruine beer die door parkwachters uit een val wordt bevrijd – blijft er van de camera niet veel meer over dan schroot, al was de cassette schijnbaar wél bruikbaar, want we zien hoe de beer de camera mishandelt en uiteindelijk weggooit. En ook de bavianen uit aflevering 4 zijn zeer geïnteresseerd in een camera die op hun pad is neergezet, maar zij worden door oudere exemplaren tot de orde geroepen en laten het apparaat staan waar het is opgesteld.
In ons overzicht van de verschillende afleveringen hebben we nauwelijks aandacht besteed aan de helft van de behandelde onderwerpen. In werkelijkheid krijgt u nog veel meer diersoorten te zien, die elk hun eigen specifieke manier hebben om aan levend voedsel te geraken: krokodillen wasberen, schorpioenen, boommarters, reuzenroggen, zeewolven, hardy-arenden...