LATE SPRING
Bespreking door: William - Geplaatst op: 2004-12-23
FILM
Japan 1945: de oorlog is vier jaar afgelopen en de Japanse samenleving herstelt zich langzaam van het oorlogsgeweld. Noriko (Setsuko Hara), een meisje van 27, woont in bij haar vader professor Shukichi (Chishu Ryu). Die is weduwnaar en heeft vier jaar lang zijn dochter verzorgd na haar uitputtende legerdienst bij de marine.
Noriko doet voor haar vader het huishouden en heeft geen andere ambitie dan bij hem te blijven. De zus van de professor ziet dat anders: meisjes van Noriko’s leeftijd behoren tijdig te trouwen. Zij maant haar broer aan om voor haar nichtje de gepaste partij te zoeken. Noriko voelt niets voor een gearrangeerd huwelijk. Het aantal beschikbare kandidaten is als gevolg van de oorlog sowieso beperkt. Professor Shukichi zwikt voor de druk van zijn zus en vertelt zijn dochter dat hijzelf een jonge weduwe op het oog heeft voor een huwelijk. Noriko wordt eerst boos en dan verdrietig, maar uiteindelijk beseft ze dat het haar plicht is om het huis uit te gaan. Ze trouwt met de haar voorgestelde kandidaat. Tijdens een drankje achteraf zegt de professor tegen Noriko’s beste vriendin dat het nooit zijn bedoeling is geweest om te hertrouwen, maar dat Noriko hem geen keuze liet.
Yasujiro Ozu is de chroniqueur van het hedendaagse Japan. Meer dan die andere grootmeester, Akira Kurosawa, heeft hij interesse voor wat er met de tradities en de oude waarden gebeurt in een samenleving die grondig door elkaar is geschud en heel snel evolueert naar westers model. De opvattingen van haar vader en tante vindt Noriko niet vanzelfsprekend en dat blijkt ook uit haar stil protest. Toch zijn de invloeden zodanig sterk dat ze nog niet definitief weerstand kan bieden.
Interessant is het beeld dat de kijker krijgt van het na-oorlogse Japan: eten is nog schaars en duur, de eerste betonnen woonblokken verschijnen achter de versleten traditionele houten huisjes, het interieur is nog helemaal Japans met matten op de vloer en lage tafeltjes, schuifdeuren en traditionele theeceremonies. De zeldzame westerse stoelen zijn eerder pronkstukken dan gebruiksvoorwerpen. De omgang met buitenstaanders is formeel en beperkt zich grotendeels tot standaardformules en buigingen, heel diepe en heel veel buigingen.
Met Noriko voert Yasujiro Ozu een personage op dat subtiel wordt gekarakteriseerd, niet alleen door wat ze zegt en doet, maar door de manier waarop ze in beeld wordt gebracht als lieve en toegewijde vrouw en dochter die het goed bedoelt met de wereld en die vrij wil zijn om haar eigen beslissingen te nemen. Zij is een metafoor voor de nieuwe geest die door het oude land waart, dat ook niet vrij is om z’n eigen toekomst te bepalen.
BEELD EN GELUID
Late Spring is een zwart-witfilm in 1.33:1-formaat. De film is helemaal schoongemaakt en er is geen sprake van vlekken of vuiltjes. Het is dan ook jammer dat niet alles in ondernomen om het trillen van het beeld gedurende 2 minuten omstreeks de 70ste minuut te voorkomen. Met het geluid is het erger gesteld: de muziekband klinkt goed voor z’n ouderdom, maar de stemmen zijn hol en dof, alsof ze in een toilet zijn opgenomen. De lipsynchronisatie is vaak fout.
EXTRA’S
Geen extra's op deze release.
CONCLUSIE
Late Spring is een intimistische film die zijn eigen tempo neemt en die alle kenmerken heeft van een Ozu: aandacht voor de natuur, voor de nieuwe technologische ontwikkelingen (uiteraard de trein die in al zijn werk terugkomt), voor herhalingen en fijne grappige effecten die de hand van de meester verraden. De regisseur maakt ons deelgenoot van het kleine persoonlijke drama van Noriko, maar doet ons ook begrip opbrengen voor de handelswijze van de antagonisten. Voor de liefhebbers.