LONDON HOSPITAL
Bespreking door: William - Geplaatst op: 2010-03-02
TV-SERIE
In de vierdelige tv-serie London Hospital voeren de makers ons mee naar het begin van de vorige eeuw, naar East End, waar sinds 1740 één van de eerste grote ziekenhuizen in de Angelsaksische wereld zich ontfermt over het lot van zieken en havelozen. De plaats was goed gekozen door de zeven heren die in de Feathers Tavern in Cheapside besloten om iets te doen tegen de schrijnende situaties in Londens armste achterbuurt, want met één doodgeboren kind op zeven borelingen, behoorde die wijk tot de meest verwaarloosde en achtergestelde in West-Europa. Het geld voor de bouw van het ziekenhuis (£ 18.000), het verzorgen van de patiënten en de salarissen van het personeel, kwam uitsluitend van giften en vrijwillige bijdragen van de rich and famous (o.a. de Joodse familie Rothschild), want pas 200 jaar later, bij de invoering van de sociale zekerheid in 1948, nam de National Health Service het beheer over het complex voor z’n rekening.
Londen anno 1900 kunnen we ons niet meer voorstellen. Er waren uiteraard rijke buurten met prachtige heren huizen en particuliere paleizen, maar de meerheid van de bevolking leefde er in samengepakte wijken en smalle smerige stegen zonder elektriciteit of stromend water. De werkloosheid was er torenhoog en een massa gezinnen leefden er bij de gratie van de armenhuizen, liefdadigheidsinstellingen voor ouden van dagen, zieken, werklozen, weduwen en wezen, die er via particulier initiatief net voldoende steun verleenden om te overleven. De gemiddelde leeftijd in die buurten van Londen – net zoals in de rest van de West-Europese industriebekkens - was 45 jaar. Vuilnis werd er niet opgehaald, tenzij door de allerarmsten die er nog geld van wisten te maken. Toiletemmers en huishoudafval kwam er op straat terecht, waar ratten en ander ongedierte een hemel op aarde vonden. De stank was er om te snijden en allerlei kwalijke aandoeningen en besmettelijke ziekten waren er schering en inslag. Tuberculose, longontsteking, mazelen, syfilis en difterie waren wijdverbreid. Wie in het Londen Hospital terechtkwam, was vaak het slachtoffer van geweld, zelfmoord, drank en drugs. Tot overmaat van ramp stond de medische wetenschap nog in de kinderschoenen. Heel wat ziektes waren onbekend, schokkend en vervreemdend, andere makkelijk herkenbaar en behandelbaar, zij het met primitieve middelen en wegens het ontbreken van penicilline (dat werd pas 40 jaar later ontdekt) waren de overlevingskansen in vele gevallen gering. Bovendien liet de hygiëne te wensen over, want het verband tussen bacteriën en besmetting werd pas heel laat erkend.
Zo niet in het Royal London Hospital waar men er op het einde van de 19de eeuw in slaagde om ziekenzalen en operatiekamers netjes te houden. Bedden, beddengoed, vloeren, werkkledij en medische apparatuur werd er keurig en regelmatig schoongemaakt en ontsmet. Handenwassen was er de regel en harde zeep werd aangewend om de nagels van chirurgen en verpleegsters te desinfecteren. Maar de prijs was hoog: van het personeel werd uiterste discipline gevraagd. De opleiding was bikkelhard en alleen de allerbeste artsen en verpleegsters bleven er in dienst. Het personeel werkte 13 dagen zonder onderbreking en kreeg vervolgens 1 dagje vrij. Om 22.00 uur moest iedereen weer op z’n kamer zijn. De ochtenddienst begon omstreeks 05.45 uur en eindigde 12 uur later. Idem dito voor de nachtploeg. Bovendien was het de verpleegsters verboden om te trouwen. Men zag hun taak als een roeping en een zelfopoffering. Wie de regel overtrad en betrapt werd op een verhouding met een arts ging zonder pardon aan de deur (meestal de hiërarchisch lager ingeschaalde medewerker). Pas in 1940 werd de regel voor verpleegsters opgeheven.
Niet meteen een prettige omgeving voor een onderhoudende tv-serie, zal u denken, want uiteraard is er sprake van veel bloed, zware verwondingen en onvoorstelbare menselijke ellende. Wat dat laatste betreft is overigens alles in het werk gesteld om de historische context zo getrouw mogelijk te reconstrueren. De serie dankt evenwel haar belang aan de vele kleine en grotere verhalen die aan bod komen en die de scenaristen opgediept hebben uit dagboekverslagen en authentieke patiëntendossiers uit de archieven van het Londense ziekenhuis. We zijn getuige van de immense opofferingsgeest die er door de zalen waait, de betrokkenheid van het personeel bij het lot van de patiënten, het verdriet van eenlingen bij het verlies van een weerloos kind, het drama van een arbeidersgezin omdat de enige kostwinnaar van zes de beide benen wordt afgezet, de aanblik van een vrouw die een verschrikkelijke dood sterft nadat ze zich zelf heeft geprikt met een breinaald om en nieuwe baby te voorkomen, een operatie die mislukt omdat de foute diagnose is gesteld, etc. Allemaal verhaallijnen die zeer realistisch worden uitgewerkt en voor dramatische effecten zorgen zonder dat er sprake is van overdreven sentimentaliteit, want eer het zover komt wordt er vrij makkelijk overgeschakeld naar een andere verhaallijn die nodig opgevolgd of afgewerkt dient te worden.
Ook over het personeel bevatten de archieven van het Royal Londen Hospital uitgebreide mededelingen waarop de scenaristen zich gedeeltelijk hebben gebaseerd voor hun verhaallijnen over onderlinge spanningen en concurrentie, sancties en disciplinaire maatregelen, liefde en romantiek in vaak zeer moeilijke omstandigheden. Heel vroeg in aflevering 1 maakt de kijker kennis met Matron Eva Luckes, de directrice van het ziekenhuis, een niet onaantrekkelijke ouwe vrijster die van het London Hospital haar leven gemaakt heeft ten koste van een relatie met één van haar filantropische weldoeners. Ze is een strenge, maar menselijke bewaarster van de regels van het huis, maar de huwelijksplannen van dokter James Walton en verpleegster Ada Russell kan ze niet door de vingers zien, ook al gaat het om twee van haar beste en meest toegewijde medewerkers. Sydney Holland, vijftiger, grijzend en financieel manager van het Londen Hospital, heeft andere problemen: het geld is op en zonder nieuwe inkomsten moet het ziekenhuis over ten hoogste zes weken de deuren definitief sluiten. Nu al worden de hoofdchirurgen niet meer betaald en werkt de rest van het personeel voor belachelijk lage salarissen. Hij besluit om gefortuneerde Londenaren een brief te schrijven over de penibele financiële toestand in de hoop dat ze hun groot hart zullen tonen. Een batterij vrijwilligers rukt aan met een schrijfmachine en zet zich aan het werk, want van fotokopiemachines was uiteraard nog geen sprake. Hollands grootste tegenslag is evenwel de mededeling dat de joodse gemeenschap van East End – goed voor 20 procent van het budget van London Hospital - besloten heeft om een eigen ziekenhuis te bouwen omdat haar leden zich niet op hun gemak voelen tussen het plebs van East End en de vele buitenlanders.
De affaire Walton/Russell komt tot een ontknoping. Hij verlaat vrijwillig het ziekenhuis en gaat op zoek naar een andere aanstelling. In afwachting van hun huwelijk schenkt hij Ada Russell een prachtige ring. De aangelegenheid kost Londen Hospital evenwel één van z’n twee voortreffelijk chirurgen en de goedhartige en een beetje breedsprakige oudere chirurg Dr. Fenwick moet dus op zoek naar een nieuwe collega. Hij nodigt twee jonge artsen uit voor een dineetje, maar eigenlijk heeft hij z’n keuze al bepaald, hoewel het niet duidelijk is waarom hij de ene wél en de andere niet geschikt vindt. Misschien gewoon omdat de ene hem wél en de andere hem niet onder tafel kan drinken? Er hangt meteen spanning in de lucht. Ondertussen is er een kleine ramp gebeurd in een fabriek waar rum gedistilleerd wordt uit het sap van suikerriet. Twee arbeiders overlijden ter plekke, de rest wordt met lichte en zware verwondingen naar het London Hospital gebracht. Spoedarts Dr. Culpin en leerling-verpleegster Ethel Bennett verzorgen de gewonden ter plaatse en vatten sympathie voor elkaar op. Vooraleer het tot wederzijdse bekentenissen komt, wordt Ethel evenwel besmet door een patiënt die kort nadien overlijdt als gevolg van mazelen. Ze wordt in de quarantaineafdeling ondergebracht. Hoofdverpleegster Ada Russell biedt zich bij Matron Eva Luckes aan als vrijwilligster om de onfortuinlijke collega te verzorgen.
Een heel interessant nevenaspect van de tv-serie London Hospital is de blik die de kijker gegund wordt op de stand van de medische wetenschap in het begin van de 19de eeuw. Het oprichten van dergelijke instellingen was mede ingegeven door de overtuiging dat ze de beste plekken waren om sociaal werk, wetenschappelijk onderzoek en humanitaire motieven te combineren. De spoedafdeling van London Hospital was uniek in de wereld: jaarlijks werden er ruim 250.000 patiënten behandeld. Het ziekenhuis stond in de eerste linie van het wetenschappelijk en medisch onderzoek. Men stelde er diagnoses met een primitief röntgenapparaat dat werd aangedreven door een gasturbine. Mr Wilson, de man die jarenlang de röntgenapparatuur bediende, verloor in de loop van zijn carrière bijna alle vingers. Z’n handen waren zwartgeblakerd en onbruikbaar. Het gevaar van overmatige blootstelling van het menselijk lichaam aan x-stralen was nog onbekend. Het ziekenhuis zorgde voor zijn oude dag. Bovendien beschikte men in het London Hospital al over een voorloper van de latere lasertechnologie voor het behandelen van huidaandoeningen. Men schrok er niet terug om hersen- en longoperaties uit te voeren, terwijl wondroos en mazelen nauwelijks geremedieerd konden worden door een gebrekkige kennis ter zake en nauwelijks aangepaste medicatie. Zelfs dyfterie was in vele gevallen dodelijk, want dat een oplossing van zout en suiker een afdoend remedie bood, dat ontdekte men pas in de jaren zestig van de 20ste eeuw.
De cast van
London Hospital moet het doen zonder de grote namen die vaak terugkeren in dergelijke BBC-tv-series. Maar daar heeft de serie weinig last van. Inspirerende acteerprestaties zijn er in elk geval van Cherie Lunghi (
Hotel Babylon), Charity Wakefield (
Sense & Sensibility, 2008), William Houston (
Puffball, 2007) en de eerder onbekende Sarah Smart en u herkent vast ook Nicolas Farrell (
Torchwood, 2006), David Troughton (
Fingersmith, 2005) en Hywel Simons (
Enigma, 2001), die allemaal aardig hun mannetje staan. Bij de nieuwe namen vestigen we graag de aandacht op Alfie Allen (als Nobby Clark) en Tom Riley (als Dr. James Walton) in niet onverdienstelijke rollen.
BEELD EN GELUID
Regisseur Bryn Higgins kiest voor een kleurenpalet dat de tijd van toen helemaal laat herleven: sepiatinten voor de interieurs, koele blauwtinten voor de zalen in het ziekenhuis, wit, lichtblauw en lichtgrijs voor de kleren van de verpleegsters en donkerbruin tot zwart met een kleine kleurtoets als versiering voor de dames van de betere stand. De nachtelijke scènes zijn bewust donker gehouden om de sfeer van toen tot z’n recht te laten komen: er is de gele schijn van de olielamp en er zijn de lange schaduwen op vloeren en muren. Het zwartniveau is in orde en van ongerechtigheden is er geen sprake. In Aflevering 3 zitten er jammer genoeg wel tot drie korte digitale storingen, hoewel het nauwelijks opvalt, vooral niet op kleine schermen. Het geluid staat in een 5.1-versie, zij het dat daar nauwelijks behoefte aan is in een serie als deze. De stemmen klinken en de muziek heeft een pure ondersteunende functie.
EXTRA’S
Geen
CONCLUSIE
London Hospital is een verdienstelijke vierdelige tv-serie aan de hand van dagboekverslagen en authentieke patiëntendossiers uit de archieven van het Londense ziekenhuis dat al ruim 250 jaar instaat voor de opvang van zieken en armen in de Londense East End. Tussen de ontberingen van het leven in een ziekenhuis anno 1900 en de vaak schrijnende sociale toestanden daarbuiten, gloort evenwel altijd een zekere hoop op een beter leven. Voor artsen en verpleegsters is het soms hard om zich neer te leggen bij de nukken van de natuur, die ook Matron Eva Luckes probeert te sturen door relaties tussen haar ondergeschikten te verbieden. De acteerprestaties zijn goed tot uitstekend, het scenario aantrekkelijk, het production design om van te smullen.
In Engeland zijn ondertussen nog twee reeksen van London Hospital uitgezonden. Verrassend genoeg slaat dvd-releaser Just Entertainment serie 1 (2006) over om ons meteen te trakteren op serie 2, wat overigens geen problemen is omdat de personages stuk voor stuk opnieuw voorgesteld worden. Maar het blijft een vreemde manier van doen. De fans kijken ondertussen beslist ook uit naar Londen Hospital Serie 3 die de BBC in de loop van 2009 heeft uitgezonden.