Regie: Ulrich Seidl
Met: Margarete Tiesel, Peter Kazungu, Inge Maux, Dunja Sowinetz, Helen Brugat, Gabriel Mwarua, Josphat Hamisi, Carlos Mkutano, Melanie Lenz, Maria Hofstätter
Het is niet meteen duidelijk of Teresa met andere dan onschuldige bedoelingen (zon, zee en lekker eten) naar Kenia is gekomen, maar dat er meer te rapen valt verneemt ze ’s avonds uitgebreid aan de bar van vrouwen die schijnbaar vaker dit soort vakanties boeken en die haar in geuren en kleuren vertellen over de kokosgeur van zwarte mannen en de onvoorstelbare prestaties van hun forse lid. De dag nadien laat ze zich door een jonge zwarte meetronen naar een cafeetje en nadien naar z’n gammele huisje waar hij haar vertelt dat ze er jong en aantrekkelijk uitziet. Teresa voelt zich opgelaten, want dat soort complimenten heeft ze al te lang niet meer gekregen. Uiteraard komt van het één het ander, zonder dat de zwarte adonis om geld vraagt. De dag nadien ziet ze hem weer en dan vertelt hij haar na de daad over z’n broer die die ochtend een ongelukje heeft gehad met z’n motor en in het ziekenhuis ligt en of Teresa wat wil bijdragen om de rekening te betalen. Je hebt het als kijker aan zien komen, maar Ulrich Seidl heeft het moment lang genoeg uitgesteld opdat je zou gaan twijfelen. De klap komt des te harder aan.
Heeft Teresa haar lesje geleerd? Welnee, want de dag nadien laat ze zich op het strand meetronen door weer een andere jonge zwarte en hij blijkt een zusje te hebben dat onlangs door haar echtgenoot is verlaten en dat de ziektekosten van haar baby niet kan betalen. En een rondgang in het plaatselijke schooltje eindigt met het dringende verzoek om geld te doneren. Teresa doet wat van haar verwacht wordt, want de charmante en lieve Munga is het waard, maar als ze nog een dag later ontdekt dat z’n zusje eigenlijk z’n vrouw is en haar baby z’n dochtertje, is ze boos en teleurgesteld tegelijk, want Teresa is op zoek naar fysiek contact, maar veel meer nog naar liefde. Dat dát voor deze jonge zwarten een louter commercieel product is zoals kraaltjes en kettinkjes, het dringt schijnbaar niet helemaal tot haar door, en dat de geveinsde genegenheid alleen maar dient om op een makkelijke manier toegang te krijgen tot de portemonnee van eenzame blanke vrouwen, evenmin. Het is een zielig proces waarin alle betrokkenen daders zijn, en mocht u daaraan twijfelen omdat het hier om blanke vrouwen gaat, dan moet u zich de situatie maar eens voorstellen met een blanke man in de hoofdrol en jonge Thaise hoertjes die het louter om geld doen is als tegenspelers, en je dan afvragen of er ook sprake is van slachtoffers. Natuurlijk zijn er slachtoffers, nl. alle betrokkenen, want uiteraard worden de zwarte mannen op een neokoloniale manier misbruikt door de blanke vrouwen in kwestie, maar die zijn op hun beurt slachtoffers, niet in de eerste plaats van gehaaide geldjagers, maar veel meer van hun eigen op hol geslagen fantasie en een discrete, maar tegelijk zeer efficiënte financiële machtspositie.
Regisseur Ulrich Seidl hoor je in interviews wel eens vertellen dat hij vooral geïnteresseerd is in de menselijke trekken van z’n poersonages. In werkelijkheid zoemt hij bijna altijd in op de donkere kant van de menselijke soort en na Hundstage (2001) en Import/Export (2007), is Paradies: Liebe een nieuw cynisch hoogtepunt in z’n oeuvre waarin van menselijke waardigheid en solidariteit geen spaander heel wordt gelaten. De films van Ulrich Seidl worden hoe langer hoe wranger en sarcastischer, maar het is niet zeker of hij ook echt overdrijft, dan wel een realiteit zichtbaar maakt die meestal aan het oog onttrokken blijft omdat ze als moreel inacceptabel wordt ervaren of de grenzen van de welvoeglijkheid sowieso ver overschrijdt. Ter verdediging gebruikt Seidl trouwens elke keer de grondige research die hij voor z’n onderwerpen heeft verricht en waarvoor hij vaak verschillende jaren op pad was. Wellicht is het de opeenstapeling van feiten die voor een deel aan de basis ligt van het finale effect, maar dat neemt niet weg dat elk geval op zich redelijk aanstootgevend is en zelden gespeend van een immense bitterheid en spot.
Voor de hoofdrol in Paradies: Liebe doet Ulrich Seidl een beroep op een actrice die niet eerder in z’n films te zien was. Zoals hij zelf aangeeft in het interview in Extra’s moest de vrouw in kwestie zich op haar gemak voelen in het gezelschap van zwarte mannen, moest ze bereid zijn tot een minimale vorm van fysiek contact en in staat om via improvisatie een aantal cruciale scènes met niet-professionele zwarte acteurs tot een goed einde te brengen. De keuze viel op Margarethe Tiesel, een geroutineerde theateractrice met meer dan voldoende ervaring om de opdracht tot een goed einde te brengen en dat kan u zelf vaststellen in een aantal soms zeer intieme scènes die zeer realistisch en niet-geforceerd aanvoelen. Het leverde haar een European Film Awards-nominatie op en er is zelfs sprake van een internationale doorbraak. De zwarte mannen in de film zijn gewoon zichzelf en via de minimale aanwijzingen van de regisseur slagen ze erin om geloofwaardige personages neer te zetten. Voor de rest blijft Ulrich Seidl een meester in het uitzoeken van unieke locaties, die vervolgens op een al even unieke manier op film worden vastgelegd. Wat dat betreft is hij sinds Hundstage alleen maar gegroeid.
BEELD EN GELUID
De beeldkwaliteit is gewoon uitstekend en het prachtige licht van het exotische Kenia zorgt voor heel veel en felle kleuren. Van ongerechtigheden is overigens geen sprake. De muziek beperkt zich in hoofdzaak tot wat er in de fragmenten zelf te horen is.