Regie: Sam Raimi
Met: Tobey Maguire, Kirsten Dunst, Willem Dafoe, James Franco, Cliff Robertson, Rosemary Harris, J.K. Simmons, Alfred Molina, Donna Murphy, Thomas Haden Church, Topher Grace, Bryce Dallas Howard, James Cromwell
Spiderman 3
Sinds Mary-Jane Watson op het einde van het tweede deel uit de Spiderman-saga Peter Parkers Grote Geheim heeft ontdekt, gaat het Peter weer allemaal voor de wind. Het publiek draagt hem op handen, zijn studies lopen weer vlot en ook financieel kan hij het best rooien. Alleen kent Harry Osbor, die het masker en het Goblinkostuum van zijn vader heeft overgenomen, nu zijn geheime identiteit en probeert hij Peter van kant te maken. Gelukkig voor Peter krijgt Harry tijdens een spectaculair luchtgevecht een klap tegen zijn hoofd met geheugenverlies als gevolg.
Maar dan begint het allemaal verkeerd te lopen: MJ's carrière op Broadway is na één avond al zo goed als voorbij na een vernietigende kritiek. Als Spidey Gwen Stacy (Bryce Dallas Howard) redt, de domme blonde dochter van politiecommissaris Stacy (James Cromwell), wordt MJ zo jaloers op haar dat Peters huwelijksaanzoek in het water (of in de champagne) valt en tot overmaat van ramp krijgt Spidey niet af te rekenen met één, niet twee, maar met drie formidabele vieuwe vijanden. De eerste is Flint Marko (Thomas Haden Church), een crimineel die na het heropenen van het dossier over de moord op Ben Parker de echte moordenaar van Peters oom blijkt te zijn. Marko is het slachtoffer geworden van een wetenschappelijke proefneming waardoor hij in een morphende hoop zand is veranderd, waardoor hij fysiek nagenoeg onkwetsbaar is. Ook Harry is intussen weer bij zijn zinnen en heeft zich voorgenomen om nog iets ergers te doen dan Peter te vermoorden, namelijk zijn liefje afpakken. De derde vijand is mogelijk nog minder tastbaar. Een in de buurt ingeslagen meteoriet bevat een symbiont die bezit neemt van de (rode) Spiderman en die zijn persoonlijkheid zodanig aantast dat de nieuwe, van een flashy nieuw zwart kostuum voorziene Spiderman door de straten van New York slingert, ééntje die een veel grotere eigendunk heeft, veel aggressiever is en duidelijk minachting heeft voor alle lagere levensvormen.
Parker kan de strijd met zijn eigen duistere kant overwinnen, maar de donkere symbiont Venom neemt bezit van Peters nieuwste concurrent-fotograaf op de Daily Bugle, Eddie Brock (Topher Grace). Venom en Sandman sluiten een - excuseer de woordspeling - monsterverbond om samen Spiderman mores te leren. Peter heeft geen andere keuze dan bij zijn voormalige vijand Harry aan te kloppen omdat ze met zijn tweeën misschien de nieuwe dreiging aan kunnen. Misschien.
Niet alle films waarvan er om de paar jaar een sequel wordt gebaard, kunnen er prat op gaan dat ze consistent zijn. Zo is de Batman van Tim Burton van een heel ander kaliber dan de gemaskerde die in Batman Forever te zien is, en beiden verbleken bij de Batman die Christian Bale neerzet in Batman Begins of The Dark Knight, omdat telkens een andere regisseur zijn visie laat doorwegen. Een filmreeks waarin minutieus is nagedacht over de nog te volgen sequels en de al gepasseerde prequels en waarin één regisseur dezelfde visie heeft én die doorgedrukt, is ongetwijfeld de Spiderman-trilogy. Regisseur Sam Raimi is duidelijk een fan van de franchise. Hij heeft met zijn drie films, waarmee hij zelfs James Cameron en David Fincher naar de zijlijn drukte omdat hij het project zo graag wilde doen, een ijzersterke mythologie uitgebouwd die ons enerzijds de transformatie van de knullige sukkel Peter Parker tot de ultrabehendige Spiderman laat zien, en anderzijds nauwgezet zijn privéleven uiteenrafelt, met flinke zenuwknopen, gesitueerd ter hoogte van Parkers amoureuze gevoelens voor zijn buurmeisje Mary Jane, zijn haat-liefdeverhouding met zijn beste vriend Harry Osborne, Peters familiale en niet al te geweldige financiële situatie én zijn voorliefde voor het bestrijden van de ene potsierlijke supermisdadiger na de andere. De verfilming van Spiderman stond zonder overdrijven tientallen jaren lang in de steigers; het is echter pas met de gedrevenheid van iemand als Raimi en het huidige niveau van speciale effecten dat de films konden groeien tot wat ze nu zijn. Ze sluiten naadloos aan bij de betere stripverfilmingen van de laatste jaren, maar ze hebben ook de verdienste dat ze zich hebben kunnen ontdoen van de cheeziness waarmee het genre jarenlang stiefmoederlijk is behandeld. En geef toe: na het zbekijken van draken van prenten zoals Super Mario Bros of Masters Of The Universe is het toch verbazend dat er nog filmproducenten zijn die één dollar willen investeren in alweer een stripverfilming met superhelden.
De eerste Spiderman had al een reputatie nog vóór het grootste gedeelte van de film geschoten was. Op het internet verscheen namelijk een teaser trailer waarin Spiderman een groep bankrovers in hun vlucht per helikopter belet om te ontsnappen door tussen de twee torens van het World Trade Center een gigantisch spinneweb te spannen. Maar dat was allemaal buiten Osama Bin Laden gerekend, die op 11 september 2001 hetzelfde World Trade Center tot een hoop smeulend puin herleidde. Op nog geen dag tijd was de trailer verdwenen, wat de cultstatus ervan, en in het verlengde de verfilming van Spiderman, alleen nog maar opkrikte. Een deel van het scenario en het filmwerk moesten daardoor uiteraard aangepast worden. Het paradoxale is dat het onzekerheidsgevoel dat na deze infameuze datum is ontstaan, mogelijk deels het succes van Spiderman verklaart: mensen hebben weer nood om zich op te trekken aan een al dan niet surrealistische held. Op die manier heeft de marketingmachine al deze tegenslagen toch een beetje kunnen ombuigen in hun eigen voordeel.
Van een pulpstrip van de hand van veelschrijver Stan Lee (die overigens in elk van de drie films in een cameo te zien is), die naast hopen hier onbekende stripreeksen onder meer ook Fantastic Four en X-Men tekende, is Spiderman geëvolueerd tot één van de belangrijkste iconen van de Amerikaanse superheldenstripscène. Raimi heeft de hele Spidermansaga van scratch weer opgebouwd en doet zijn ding op een manier die niet de minste voorkennis over het Spiderverse veronderstelt. Het is met een dergelijke film ook altijd balanceren tussen voldoende overnemen van elementen uit de originele stripreeks om niet alle hardcore-Spidermanfans op je dak te krijgen, en toch een verhaal te vertellen dat toegankelijk is voor mensen die nooit een Spiderman-strip hebben opengeslagen. Daarbij jongleert Raimi meesterlijk op het slappe koord tussen komedie en drama, en tussen actie en romantiek, zodat zijn films voor een groot publiek herkenbaar worden. Niet echt een liefhebber van Amerikaanse strips zijnde is voor mij persoonlijk met films als deze een wereld opengegaan. De plot bevat alle elementen voor een Shakespeariaans drama: intriges, verraad, onbereikbare liefde, monsters en toch wandelt de held bij het happy end met het meisje van zijn dromen naar buiten. Stripverfilmingen als deze zijn in elk geval more than meets the eye; de soms belachelijk eenvoudige premissen worden dankzij heldere verhaallijnen waarin niet veel van de rechte lijn wordt afgeweken, effectief op de kijker afgevuurd en missen daarbij hun doel niet.
De casting van de film is ook zoiets merkwaardigs. Toch voor de eerste drie films heeft Raimi dezelfde cast kunnen behouden, tot en met alle nevenfiguren, en hij kan daardoor zijn karakters elke keer op vertrouwde basis laten voortbouwen. Tobey Maguire, die zich vóór zijn intrede in de Spiderwereld voornamelijk onledig hield met het spelen van ongelukkige sukkeltjes o.a. in The Cider House Rules, Pleasantville en Wonder Boys, heeft zich in de films achter zijn bijzonder ontrendy uiterlijk ontpopt tot een stoere actieheld, voor wie fysiek geen inspanning te veel is. Alhoewel er in het begin zeker nog geen sprake was van een trilogie, heeft Raimi toch ongeveer de helft van zijn eerste film gewijd aan het fatsoenlijk opbouwen van de premisse en duurt het een poosje vooraleer Spiderman zijn eerste crimineel in een spoeltje spinrag op het politiecommissariaat aflevert - eer het zover is zijn er toch wel enkele interessante confrontaties gepland, zoals die met Bone Saw.
Ook James Franco als Peter Parkers antipode heeft zijn marktwaarde zien stijgen en kan het zich tegenwoordig permitteren om selectiever te zijn qua rollen. Toen men Kirsten Dunst als Mary Jane castte, werd bij de casting ongetwijfeld getest welke actrice het hardst kon gillen. Zij won die dag. Ze brengt haar rol echter met overtuiging en charme, en miss Dunst heeft nu eenmaal een bijzondere sexy-girl-next-door-uitstraling die voor een rol als Mary Jane Watson noodzakelijk is. Enkele kleinere rollen zijn altijd dezelfde, en dan denk ik natuurlijk in de eerste plaats aan de beroepskankeraar J. Jonah Jameson (meesterlijke acteur J.K. Simmons) die er op één minuut in slaagt om zijn bijzonder complexe personage compleet hatelijk voor te stellen.
Een bijzondere vermelding verdienen ook de diverse schurken die film na film opnieuw worden opgevoerd. Met stip is de grootste verdienste daarbij weggelegd voor Willem Dafoe, die het schizofrene element van zijn Norman Osborne/Green Goblin nadrukkelijk weet te onderstrepen. Ondanks het feit dat hij in de eerste film al het loodje legt, was zijn opvoering zo captiverend dat hij in de twee sequels nog telkens te zien is in de gedachten of hallucinaties van andere personages. Hij heeft in elk geval ook de gestalte van alle na hem komende slechteriken bepaald, want ze hebben allemaal een schizofreen trekje waarmee ze hun goede en slechte kant in evenwicht houden. Alfred Molina is als doctor Otto Octavius eigenlijk een verbitterde wetenschapper die door de tragische omstandigheden is geworden wie hij is zonder dat hij daar eigenlijk greep op heeft en ook Thomas Hayden Church als Sandman is iemand die het slechtste in zich boven laat komen voor het goede doel - zijn zieke dochter. Alleen voor de door Topher Grace gespeelde Venom in het derde deel schijnen er geen verzachtende omstandigheden te pleiten; hij past eigenlijk niet in het rijtje en om hem te introduceren hebben de scenaristen een buitenaards element in het script moeten stoppen ten einde zijn wereldvreemde aggressie te verklaren. Niet iedereen was er laaiend enthousiast over dat Spiderman in de laatste film het tegen twee vijanden, Sandman en Venom, tegelijk moet opnemen - feitelijk drie, want we mogen Goblin Junior niet vergeten - maar toch is dit iets wat zeker in een derde deel van een franchise mogelijk is, waarbij er eigenlijk geen uitleg meer nodig is over de hoofdpersonages - hun voorgeschiedenis wordt nog eens op 2 minuten samengevat tijdens de openingcredits; allicht moet elke film de vorige een klein beetje overtreffen om kijkers te lokken.
BEELD EN GELUID
De vorige versie van de Spiderman Trilogy was eigenlijk al nagenoeg perfect qua beeld- en geluidsnormen, dus het is bijna niet mogelijk om die te overtreffen. Het is er nauwelijks aan te zien dat de eerste Spiderman-film vijf jaar ouder is dan de laatste. De paar softe spots in de eerste film - overigens de enige van het drietal die in 1.85:1 is geschoten - vergeven we met plezier. De zeer bonte en kleurrijke sets die eigen zijn aan het genre van de stripverfilming, worden goed tegen elkaar uitgespeeld, detaillering aan bijvoorbeeld de exuberante kostuums van de Green Goblin en Doc Ock springt in het oog en de hele film oogt heel natuurlijk, tot en met de (geverfde) rode lokken van Kirsten Dunst. De kleuren zien er helder en licht uit, de zwarttinten in de minder voor kinderen geschikte scènes, zoals die waarin Doc Ock te keer gaat met zijn kettingzaag, dan weer heel inktig. Echt grote verschillen met de vorige uitgave zijn er niet. In plaats van een Dolby TrueHD 5.1-track krijgen we nu een Engelse DTS-HD MA 5.1-track, samen met enkele anderstalige dubbingen en een Engelse Dolby Digital 5.1-audiodescriptieftrack voor blinden en slechtzienden. De hogedefinitietrack is indrukwekkend en barst van de speciale effecten als we Spidey volgen op zijn wilde zwiertochten door de jungle van New York, tussen de donderende ontploffingen, de gierende en voorbijscherende gyro-glider van de Green Goblin en het metaal dat kraakt onder Doc Ocks oncontroleerbare energiebron. De warme en natuurlijke dialogen blijven goed verstaanbaar, alhoewel nogal wat van de personages voortdurend maskers dragen, en de soundtrack van Danny Elfman is nog steeds een mooi werkstukje. Voor de derde film moeten we het echter nog steeds stellen met dezelfde Dolby TrueHD 5.1-mix als bij de vorige uitgave, die op zich natuurlijk niet fout was.
EXTRA'S
Hier wordt het een beetje tricky. De versie uit 2009 bevatte kale versies van de eerste twee films en een dubbeldiskversie voor de derde. Nu krijgen we daarentegen drie enkeldiskversies, maar bevatten de eerste twee films wél redelijk wat substantieel bonusmateriaal. Bij film 1 zijn er zelfs enkele gloednieuwe featurettes, maar niet al het materiaal van de dvd-versie is overgedragen. Disk 2 bevat via seamless branching zowel de theatrical cut van de film als de extended cut (de zogenaamde versie 2.1), maar qua bonusmateriaal krijgen we een deel wel en een ander deel niet. Vooral enkele features van de 2.1-versie zijn gesneuveld. Voor film 3 is de 2-diskversie uit elkaar getrokken en krijgen we gewoon een exemplaar van de eerste disk van de vorige versie. Wat dus impliceert dat we ook een deel van het bonusmateriaal kwijt zijn. Completisten die ál het bonusmateriaal willen hebben, zullen dus niet moeten doubledippen en de vorige Blu-rayversie kopen, maar zich dus ook nog ergens delen 1 en 2 én 2.1 omp dvd moeten aanschaffen, wat dus neerkomt op een triple dip.
Spiderman 1:
De disk bevat maar liefst drie audiocommentaartracks. Vooreerst is er een audiocommentaartrack met regisseur Sam Raimi, producer Grant Curtis, afgewisseld met interventies van Kirsten Dunst en producer Laura Ziskin. Het commentaar is leuk en informatief, maar bereikt nergens diepgang. De bijdragen van de deelnemers zijn duidelijk apart opgenomen en er wordt ook niet gedaan alsof dat wel het geval is. Heel veel verder dan het wederzijds bewierroken van elkaars prestaties komen de deelnemers niet. Op technisch gebied is de tweede commentaartrack, door een team van drie visuele-effectenmedewerkers, interessanter om horen, maar er vallen hier en daar wat meer stiltes, in het bijzonder in bijvoorbeeld de liefdesscènes tussen Peter Parker en Mary Jane. Deelnemers zijn visual effects designer John Dykstra, visual effects supervisor Scott Stokdyk en animatieregisseur Anthony LaMolinara. Het voornaamste onderwerp van gesprek is het veelvuldige gebruik van visuele computereffecten. De derde track is een gezellige babbel tussen acteurs Tobey Maguire en JK Simmons en is duidelijk toegevoegd voor de fun. Maguire neemt voornamelijk het woord, wat niet echt verwonderlijk is. Wie zin heeft in een leuk kwisje, zal zijn gading vinden in de Spider-sense trivia challenge. Tijdens de film moet je occasioneel enkele vragen beantwoorden en afhankelijk van je antwoorden en je snelheid krijg je 1 tot 5 als eindbeoordeling op het einde van de film. De interactieve featurette The Spiderman cutting room geeft u de kans om zelf met de montage van de film aan de slag te gaan, maar uw speler moet wel uitgerust zijn met een harde schijf. De documentaire Spider-Man: The mythology of the 21st Century (25:29) is een extensieve documentaire over de ontstaansgeschiedenis van Spiderman, waarin we onder meer vernemen wat de huidig generatie tekenaars denkt over de verfilming. De promotionele documentaire HBO Behind the Scenes: The making of Spider-Man (24:41) is eerder een aangedikte trailer, maar bevat toch nog interessante informatie, zoals een blik achter de schermen bij enkele van de stuntsequenties. An E! Entertainment special: Spider-Mania (40:31) is daarentegen een redelijk uitgebreide blik achter de schermen, iets beter gesubstantieerd dan de meeste van dergelijke featurettes. In het Director Profile Sam Raimi (7:05) mogen Tobey Maguire, Bruce Campbell, Willem Dafoe, Kirsten Dunst, en Rosemary Harris zeggen hoe goed ze Sam Raimi wel niet vinden; een analoog documentje is Composer Profile: Danny Elfman, waarin we de impact van het werk van deze componist op deze film te zien krijgen, gelardeerd met enkele interviewfragmenten van onder meer Tobey Maguire en Sam Raimi. Ook deze reportage is voornamelijk één grote bewierook-elkaar-sessie. Daarna volgen nog een zevental korte documentaires Behind the scenes of Spiderman, waarin we wat b-rolachtig materiaal te zien krijgen. We zien onder meer Costume design (8:27), Designing the world of Spiderman (6:20), Spider wrangler (1:31), Wrestling match (2:48), World unity festival (2:19), Oscorp lab (3:24) en Goblin's arsenal (7:28). 6 webisodes (20:36) bevatten de zes korte documentaires die je op de dvd kon bekijken via een whit rabbit-achtige feature en hier nu gewoon zonder poespas op te roepen zijn. De filmpjes handelen over The Spider Wrangler, Bonesaw McGraw, The Model Maker, Creating The World of Spiderman en Designing the world of Spiderman en The Prop Maker. Dan volgen 4 screen tests (5:18): een test van Tobey Maguire, één van J.K. Simmons, een demonstratie van een computergegenereerde Spiderman die een muur beklimt en een showcase van de verschillende kostuums, gaande van Tobey Maguires eerste niet 100 % gelukte Spider-kostuum tot de helm van de Green Goblin. De Gag reel/outtakes (3:04) bevat een presentatie aan bloopers van mediocre technische kwaliteit. Dan volgen er twee videoclips, "Hero" door Chad Kroeger van Nickelback en Josey Scott van Saliva, en het onuitstaanbare rapnummer "What We're All About" van de al even onuitstaanbare Beastie Boys-would be's Sum 41. Tot slot worden we vergast op 11 TV-spots (5:22) die de hype nog wat hebben aangezwengeld tot enkele dagen voor de première, een als "original theatrical trailer" aangekondigde trailer (1:19), maar het is jammer genoeg niet de gecensureerde waarin Spidey enkele bankovervallers te grazen neemt door tussen de torens van het World Trade Center een spinnenweb te spannen, en onvermijdelijk eindigt de disk met een Cross-promotionele trailer voor The Amazing Spiderman (2:29).
Spiderman 2:
Ook deze disk bevat drie audiocommentaartracks, twee voor de theatrical version en één voor de extended cut. De eerste track is ingesproken door regisseur Sam Raimi, producenten Avi Arad en Grant Curtis, en Spidey zelf, Tobey Maguire. Deze track is zeer gevarieerd en omvat onder meer de karakterontwikkeling, het filmen op locatie en een uitgebreide discussie over het feit dat men de tweede film anders wilde maken dan de eerste. Een film zoals deze smeekt natuurlijk om een tweede, meer technische commentaartrack, die ingesproken is door een uitgebreide selectie medewerkers die onder meer de tentakels van Doc Ock, het stuntwerk en de CGI nader toelichten. De audiocommentaartrack op de 2.1-versie is ingesproken door producente Laura Ziskin en screenwriter Alvin Sargent, die een andere kijk op de film bieden dan wanneer Sam Raimi zijn oude audiotrack had gehermonteerd en stukjes ertussen gevoegd. Er zijn documentaires en documentaires. De eerste soort is een samenraapsel van filmfragmenten en promotionele praat die alleen maar moet dienen als voorgekauwde merchandise voor de filmpreview-magazines. Dan is er nog een tweede soort die een oprechte kijk in de diepte verschaft over de ideeën achter de film, de diverse aspecten van het verhaal en een uitgebreide uitleg over de gebruikte filmtechnieken. De documentaire Making The Amazing (2:06:26) voldoet ruimschoots aan de tweede definitie en kwalitatief benadert die in twaalf onderdelen haast de intussen legendarische kwaliteit van de making-of-documentaire van de Star Wars Trilogy. Alles, maar dan ook alles wat je ook maar zou willen weten over deze film wordt tot op de draad uitgelegd: de visuele effecten, de kostuums, de montage, de muziek, noem maar op. Als dat nog niet genoeg was, dan zijn er nog altijd twee kortere featurettes die specifieke personages uit de film nader belichten. Hero In Crisis (14:50) gaat over de morele dilemma's waarmee Peter Parker in deze film te maken krijgt, Ock-Umentary: Eight Arms To Hold You (22:10) beklemtoont hoe men heeft geprobeerd om Doctor Octavius zowel een menselijk als een verdorven kantje te geven. Uit de dvd-versie van Spiderman 2.1 halen we dan nog het vijfdelige Visual Effects Breakdown (32:38), waarin specialeffects-supervisor John Dykstra zijn ideeën over speciale effecten uiteenzet,en die aan de hand van een paar case-studies illustreert. De disk bevat nog een blooper reel (7:30) en nogmaals dezelfde cross-promotionele trailer voor The Amazing Spiderman (2:29).
Spiderman 3:
Hier gaat het goed fout. De extra's van disk 1 van de 2-diskversie staan weliswaar op deze versie, maar de superieure disk 2 is met de noorderzon verdwenen. We krijgen twee audiocommentaartracks voorgezet. In het eerste nemen de regisseur Sam Raimi, acteurs Tobey Maguire, James Franco, Topher Grace, Thomas Haden Church en Kirsten Dunst de hoofrollen voor hun rekening, alhoewel de bijdrage van Kisten Dunst duidelijk pas van latere datum is. We leren dat de rol van de Sandman eerst bedoeld was voor Ben Kingsley, die zich tegenwoordig meer in Uwe Boll-achtige producties laat zien. De track bevat echter nog wat dode momenten, maar als er weer wat wordt verteld, is het meestal heel interessant, alhoewel de wederzijdse liefdesverklaringen me soms (lees: altijd) wel wat de keel uithangen. De tweede audiocommentaar bevat wat meer bijdragen van de immer onmisbare mensen achter de schermen: Avi Arad, Grant Curtis, en Laura Ziskin, iniddels allemaal gespecialiseerd in het schrijven van superheldenscripts, editor Bob Murawski en Scott Stokdyk. Hun commentaar is misschien iets meer gericht op de echte movie buffs en verzandt (!) wel eens in techniciteiten over de speciale effecten, maar het geheel blijft leuk beluisterbaar. Disk 1 bevat ook nog bloopers (6:44) en 5 galerijen met foto's en conceptuele schetsen, waarvan vooral de ontwerpschilderijen vrij mooi zijn, maar helaas niet helemaal tot hun recht komen omdat niet het hele scherm ervoor gebruikt wordt. De directory special features wordt aangevuld met een videoclip (4:36) van Snow Patrol en een paar cross-promotionele trailers.
CONCLUSIE
Slimme jongens, daar bij de marketing van Sony. Alweer brengen ze Spiderman uit op Blu-ray, en alweer is de versie qua bonusmateriaal niet volledig. Met de film en de transfer daarentegen is er uiteraard niks mis.