FILM
Een ploeg archeologen is bezig met de filmset van Cecil B. Demilles
The Ten Commandments op te graven in de woestijn van Guadeloupe, vooraleer ze overstroomd wordt door een kunstmatig meer. Het één na het ander
freak accident zorgt ervoor dat de stapel lijkenzakken met archeologen erin voortdurend wordt aangedikt, nadat een jonge archeloog, Mark Tevis (Victor Webster), en zijn grootvader (George Kennedy) een vervloekt medaillon uit de grond hebben gehaald, en Inla Ra, een beest met een Anubiskop uit zijn winterslaap hebben gewekt.
Een
guilty pleasure op tijd en stond moet kunnen, het is zelfs iets wat het leven van een filmrecensent aangenaam maakt zodat hij niet bij elke film noodzakelijk zijn grijze hersenmassa moet gebruiken. Deze uitspraak komt van iemand die zelfs de
Tomb Raider-franchise uitstekend pretentieloos tijdverdrijf vindt! Maar zelfs dan is het nog met gemak mogelijk om af en toe eens per vergissing een film in de dvd-speler te stoppen die op gebied van domheid alle grenzen overschrijdt. Wat je ongeveer overhoudt als je bij een film als
The Mummy de cynische humor achterwege laat, het budget tot het strikt noodzakelijke beperkt en de scenaristen vergeet te betalen, zien we in deze zielloze
direct to video-productie, waarbij zelfs de aanwezigheid van twee acteurs uit
Firefly, Morena Baccarin en Adam Baldwin, de meubels niet kunnen redden. Het scenario een rommeltje noemen (archeologische opgravingen naar een filmzet van Cecil DeMille? Hallo?) zou een belediging zijn voor alle zichzelf respecterende rommeltjes. DeMille (Dan Castellaneta) is blijkbaar lid van een vrijmetselaarsgenootschap dat in zijn verlichte maçonnieke wijsheid heeft besloten dat een ultragevaarlijk artefact het best kan begraven worden op de overblijfselen van een filmsite
in the middle of nowhere. Eens de geest uit de fles is worden er hier en daar een paar archeologen goedkoop uit de weg geruimd (gespietst door een bulldozer, overspoeld met schorpioenen, doodverveeld door ze te dwingen naar deze film te kijken, ...) terwijl er andere bezeten worden door de geest van de hyena-achtige Blakkie, zonder dat daarbij het verhaal nog maar in de kleinste mate coherent kan worden genoemd. Terwijl er een griezelig monster achter hun veren zit en de helft van hun studenten kierewiet is geworden door de vervloeking, halen de archeologen hun schouders op en gaan over tot de orde van de dag. De hoofdpersonages vinden in hun drukke agenda zelfs nog de tijd om nog gezellig in een hotelletje een douche te gaan nemen en een babbeltje te slaan. Chapeau. Bij één blik op het rijkgevulde palmares (als we tenminste direct to video-films en tv-films mee mogen rekenen) van regisseur David Flores, met daarop titels als
Boa Vs. Phyton en de dijenkletser
Lake Placid 2 hadden we de bui al moeten zien hangen; per slot van rekening hebben we in deze wereld al genoeg miserie met één Uwe Boll. Kortom: heel de productie is een afschuwelijke verspilling van mensen en middelen. Films waarbij de naald op onze kalkoendetector zo ver uitslaat, zijn zelfs nog niet bruikbaar om Ierland in het Songfestival te vertegenwoordigen.
BEELD EN GELUID
De print ziet er zoals de meeste recente producties van een zender als Sci Fi Channel erg proper uit, zonder printbeschadigingen. Door een single layer disk te gebruiken is de compressie niet overal even onmerkbaar, en de scherpte had best wat meer gemogen. De kleuren zien er niet overgesatureerd uit, maar zijn ook eerder aan de (te) zachte kant. De 5.1-geluidstrack is een voor een tv-film redelijk aanvaardbare ervaring, waarbij toch de surroundkanalen netjes worden aangesproken in de scènes met speciale effecten, maar algemeen is de impact toch maar beperkt.
EXTRA'S
Deze disc bevat geen extra's. Praise the lord!
Hopelijk belandt deze film inderdaad in het zand der vergetelheid. Maar laat ons dan hopen dat die niet meer opnieuw wordt opgegraven.