LEBEN DER ANDEREN, DAS
Bespreking door: William - Geplaatst op: 2007-10-28
FILM
Kapitein Gert Wiesler (Ulrich Mühe) staat bij zijn werkgever de Stasi, de Oost-Duitse Staatsveiligheidsdienst, bekend als een bekwaam vakman. Aan zijn leerlingen op de politieschool laat hij de geluidsopnamen horen die hij heeft gemaakt tijdens de ondervraging van dissidenten en hij legt hen gedetailleerd uit hoe ze een leugenaar kunnen onderscheiden van iemand die de waarheid spreekt. Wiesler doet het werk al heel zijn carrière lang en nooit heeft hij fouten gemaakt. Hij is perfect. Hij heeft een neus voor bedriegers en hij ontmaskert ze elke keer opnieuw, ook al moet hij zijn slachtoffers dagen- en nachtenlang wakker houden en ze tot in den treuren dezelfde vraag stellen. Gert Wiesler is de Partij onvoorwaardelijk trouw en hij zal alles doen om ze te laten zegevieren over de
vijanden van het communisme.
Via zijn directe baas, luitenant-kolonel Anton Grubitz (Ulrich Tukur), hoofd van het Departement Cultuur van Oost-Berlijn, raakt Gert Wiesler betrokken bij een afluisteroperatie in het kunstenaarsmilieu. Zijn prooi is de vooraanstaande schrijver en toneelauteur Georg Dreyman (Sebastian Koch), Oost-Duitslands grootste literaire talent, wiens boeken zelfs in de Bondsrepubliek worden gelezen. Grubitz is overtuigd van Dreymans loyauteit aan het regime, maar tijdens de première van diens nieuwste toneelproductie wijst Cultuurminister Bruno Hempf (Thomas Thieme) hem erop dat hun
kameraad nog regelmatig contacten onderhoud met zijn voormalige toneelregisseur Albert Jerska (Volkmar Kleinert), een kerel die het slachtoffer is geworden van het gevreesde
Berufsverbot na een aantal incidenten met de censuur. Bovendien heeft de minister zijn oog laten vallen op Dreymans minnares Christa-Maria Sieland (Martina Gedeck), Oost-Duitslands bekendste en meest succesvolle toneelactrice. Hempf fluistert Grubitz terloops in het oor dat bezwarende feiten tegen Georg Dreyman z'n carrière een gunstige wending kunnen geven. Diezelfde avond krijgt Gert Wiesler van zijn hiërarchische meerdere de opdracht om de auteur en zijn vriendin af te luisteren.
Een paar dagen later wordt Dreymans flat volgestopt met afluisterapparatuur, van de hall tot het toilet en van de keuken tot de slaapkamer. Op de zolder van het gebouw volgt Wiesler, alias
HGW XX/7, met een ondergeschikte dag en nacht wat er zich in de flat van Dreyman en Sieland afspeelt. Ze tikken de gesprekken die ze opvangen heel precies uit en suggereren conclusies in geval de gesprekken beneden niet meteen een bruikbare uitkomst of verklaring bieden. Dagen gaan voorbij zonder opmerkelijke incidenten. Op een avond ziet Wiesler hoe Christa-Maria door een dure auto aan de overkant van de straat wordt afgezet. Later blijkt de nummerplaat te corresponderen met de dienstwagen van minister Bruno Kempf.
Wanneer snelle resultaten uitblijven, krijgt Wiesler een uitbrander van zijn baas Grubitz die hem op het hart drukt dat men van hogerhand geen mislukking van het project zal aanvaarden. Voor het eerst verschijnt er twijfel is Wieslers ogen. Ondertussen heeft Dreyman, onder druk van zijn dissidente schrijversvrienden, besloten om in
Der Spiegel een anoniem artikel te laten verschijnen over het hoge aantal zelfmoorden onder intellectuelen in de DDR. Op zolder blijven zijn activiteiten niet onopgemerkt. Via zijn talrijke microfoons hoort Gert Wiesler evenwel dingen waardoor hij steeds meer in het privé leven van Dreyman en Sieland wordt gezogen en die zijn objectiviteit en zijn beoordelingsvermogen gaan beïnvloeden, over Christina-Maria bijvoorbeeld die met minister Bruno Kempf van bil gaat om problemen voor haar eigen carrière en die van Georg te vermijden. Gert Wiesler hoort en ziet de afpersing die de jonge vrouw tot wanhoop drijft en die haar relatie met Dreyman dreigt te vernietigen. Hij besluit in te grijpen en zorgt er voor dat Dreyman zijn vriendin op een avond uit Kempfs auto ziet stappen. Wat er dan gebeurt treft Gert Wiesler als een donderslag bij heldere hemel en verandert zijn kijk op de mensen en
het systeem van het ene op het andere moment. Net als de slachtoffers van het zgn.
Stockholm Syndroom gaat hij Dreyman en Sieland in bescherming nemen, ook al beseft hij daarmee zijn positie, carrière en zelfs zijn eigen leven in gevaar te brengen.
Das Leben Der Anderen is de verpletterende debuutfilm van Florian Henckel von Donnersmarck die in december 2006
Volver van Pedro Almodóvar passeerde tijdens de EFA-Awarduitreiking in Warschau (de European Film Academy Award als tegenhanger van de Amerikaanse Oscars) en geheel onverwacht het goud mee naar huis nam. Eerder maakte Von Donnersmarck een aantal korte films. In 2001 verliet hij zonder diploma de Filmhogeschool van München om zich te concentreren op het script en het scenario van
Das Leben der Anderen. In tegenstelling tot het nostalgische beeld dat in de uitstekende films
Sonnenallee en
Good Bye, Lenin! over de DDR wordt opgehangen, kiest de regisseur voor een compromisloze afrekening en schetst hij een bikkelhard portret van de activiteiten van de DDR-Staatssicherheit, een apparaat dat er zich op beroemde alles te weten over de inwoners van Oost-Duitsland. Daarvoor deed de inlichtingendienst een beroep op een fijnmazig netwerk van tienduizenden spionnen tot in de kleinste dorpjes en de verst afgelegen gehuchten. Het gevolg was een sfeer van wantrouwen en paranoia, ten opzichte van vreemden, het overheidsapparaat en de eigen familieleden. Iedereen was bang voor verklikking, want het systeem functioneerde zoals de moderne versie van de Inquisitie: wie aangegeven werd had beslist wat op zijn kerfstok.
Via de afluisterpraktijken van zijn hoofdpersonage Gert Wiesler borstelt Von Donnersmarck met kleine toetsen een omstandig portret van Georg Dreyman, een intellectueel die binnen de restrictieve grenzen van wat wel en niet kan probeert om zinvol bezig te zijn en die zijn geloof in Lenin niet heeft opgegeven, ook al vinden zijn dissidente vrienden dat ie te traag en vooral te vaag blijft in zijn werk en zijn publieke standpunten. Op zolder luistert Gert Wiesler aandachtig naar de gesprekken die de schrijver voert met zijn vrienden, naar zijn intieme gesprekken met Christa-Maria, hun liefdesspel, en langzaam groeit er verwondering en respect. De hypochonder Gert Wiesler leert een wereld kennen van mensen die van elkaar houden, om elkaar geven en voor elkaar opkomen. Het contrast met zijn eigen fantasieloze bestaan, humorloos en ascetisch, is hemelsbreed. Wanneer hij een paar dagen later verslag uitbrengt bij zijn baas, valt hem diens inhaligheid en onvoorwaardelijke trouw aan partij en ideologie op voor eigen gewin. Gert Wiesler aarzelt en voor het eerst in zijn leven ruikt hij de corruptie van een systeem dat hij met hart en ziel heeft verdedigd. Verdoofd en teleurgesteld gaat hij naar huis, naar zijn zielloze en ongezellige flat. Hij staat voor een verscheurende keuze, maar die is eigenlijk al gemaakt. Wanneer hij de volgende dag wél belastende informatie opvangt ten huize van Georg Dreyman, aarzelen zijn vingers op de aftandse schrijfmachine.
Von Donnersmarck situeert zijn verhaal minder dan vijf jaar vóór de val van de Muur. Het repressieve DDR-systeem is nog helemaal intact en Stasispion Gert Wiesler is er een trouwe exponent van. Via zijn microfoons is de kijker medeplichtig aan voyeurisme. Maar dat verandert voorzichtig wanneer de camera Gert Wiesler volgt op weg naar huis, naar zijn onaantrekkelijke en kale woning en even later naar een sinister cafeetje waar hij zich een ruime portie dubbele wodka's bestelt. Het signaal is duidelijk: Gert Wiesler heeft een probleem en hij is minder onkreukbaar dan de kijker vermoedt, wat hem meteen een stuk interessanter maakt. De actie, die tot op dat moment grotendeels rond Dreyman en Christa-Maria was geconcentreerd, verplaatst zich geruisloos naar het personage Gert Wiesler. De jager wordt prooi, door z'n eigen afluisterpraktijken en nog meer door een emotionele en psychische crisis die z'n zekerheden ondermijnt.
In
Das Leben Der Anderen hekelt Florian Henckel von Donnersmarck de onmenselijke praktijken van het repressieve Oost-Duitse communistische systeem. Hij bestrijdt de nostalgische hang naar romantisering die na het opdoeken van de DDR een eigen leven is gaan leiden. Von Donnersmarck toont de druk, de compromissen, de angst voor verklikking en de dagelijkse stress waarmee de gewone Oost-Duitse burger dag na dag moest leven. Wie te veel wist, te veel zag, mocht zich meteen aan een waarschuwing verwachten, een bedreiging in verband met de toekomstperspectieven van zichzelf of z'n kinderen. Gedetineerden werden gefolterd en getreiterd. Men verweet ze ondankbaarheid jegens een systeem dat hun maximale kansen had geboden. Ze werden gedreigd met jarenlange opsluiting, verleid met gunsten en voordelen die alleen de
happy few genoten, etc. Von Donnersmarck bouwt een lange scène in over het verraad door familieleden en intimici om de toeschouwer een tastbare indruk te geven van de verscheurende barbaarsheid waartoe burgers werden gedreven. Sfeer en omstandigheden zijn perfect gereconstrueerd en het effect is beklemmend, verschroeiend en intriest.
BEELD EN GELUID
Grijs – volgens Von Donnersmarck de lievelingskleur van Brecht – domineert het straatbeeld en de interieurs van de Stasigebouwen, waarmee de regisseur de sfeer van Berlijn in de DDR-tijd perfect weet te vatten. Voor de rest veel donkergroen struikgewas op straat als enige afwisseling, want de regisseur liet elke ochtend de post-DDR-grafitti op gevels en muren verwijderen. Dat was goedkoper dan 's nachts bewakers de straat op te sturen om de filmlocaties te bewaken. De nachtbeelden zijn gewikkeld in beige en vuilgeel voor de schaarse lichtvlekken op het tarmac. Voor het Dreymanappartement kiest Von Donnersmarck warme bruine tinten (meubilair en houten vloeren) en laat ze contrasteren met het koele en onpersoonlijke kleuren in Gert Wieslers flat. Felle tinten zijn in
Das Leben der Anderen totaal afwezig, wat overeenstemt met de herinneringen van de Oost-Duitse burgers uit die tijd: Oost-Berlijn was vooral grijs en grauw, zonder franje. Het beeld van deze productie is mooi, zij het soms een beetje flou, maar de gedempte kleuren geven de film karakter en serieux. Vooral de zolderkamerscènes met een subtiel belichte Gert Wiesler onder de hoofdtelefoon zijn bijzonder goed geslaagd. Het zwart-witcontrast is in orde en de detaillering is ruim voldoende. Er zijn geen sprake van ongerechtigheden of beschadigingen.
Het geluid en dan vooral de soundtrack is van fundamenteel belang in deze film.. De prachtige en sfeervolle composities die de Fransman Gabriel Yared (geboren in Libanon) heeft geschreven sluiten perfect aan bij de vrije, artistieke en gecultiveerde sfeer in de flat van Dreyman en zijn vriendin. Ze zijn mooi uitgevoerd en tillen sommige scènes moeiteloos naar een hoger niveau. Het echte
geluid wint aan belangrijkheid tijdens de afluisterscènes, want daarom is het uiteindelijk allemaal te doen in deze film. De stemmen zijn perfect verstaanbaar via het midden met de muziek en de spaarzame bijgeluiden van opzij. Echt heel diepe klanken zijn schaars in
Das Leben Der Anderenen dus wordt de rest van uw home cinemasysteem gespaard.
Toch een paar vermijdbare foutjes in de montage van deze film: Dreyman die twee keer kort na elkaar dezelfde kraag omvouwt, en Wiesler die na een scène met een Stasihoertje de sluiting van zijn pantalon veel te gauw weer dicht heeft.
EXTRA'S
Bij de extra's vinden we een
Making of Das Leben Der Anderen met voornamelijk interviews met de regisseur, de producers en de belangrijkste acteurs over het scenario en de authenticiteit van het verhaal. De uitreiking van de Duitse Filmprijzen mocht uiteraard niet ontbreken. In de afdeling
Verwijderde Scènes vindt u een zevental scènes die zijn weggeknipt uit de film en waarvan geen enkele een verlies betekent voor de coherentie of de voortgang van het verhaal. In het
Prime Interview vertelt Von Donnersmarck eigenlijk zo ongeveer hetzelfde als in de
Making of, zij het in vlekkeloos Engels. Zijn
Audiocommentaar, in april 2007 in Londen opgenomen voor deze release, bevat bijzonder veel informatie over de acteurs en hun achtergronden, over de werkomstandigheden en het zoeken, vinden en
restaureren van de locaties in Berlijn, een stad die de sporen van de DDR na meer dan 15 jaar haast definitief heeft uitgewist. Von Donnersmarck vertelt het allemaal met enthousiasme en blijft tot op het einde boeien met leuke anekdotes en weetjes allerhande. Niet op de hoes van de dvd vermeld maar wél aanwezig op de dvd zijn twee
Andere Trailers waaronder die van
Die Fälscher. De eerder sobere zwarte dvd-case zit in een kartonnen verpakking samen met een
Boekje met Achtergrondinformatie, een zeldzaamheid, maar beslist een
must have voor de fans.
CONCLUSIE
Das Leben Der Anderen, de debuutfilm van de Duitse regisseur Florian Henckel von Donnersmarck en bekroond met de Oscar voor de Beste Buitenlandse Film 2007, maakt brandhout van de nostalgie die vooral in het oostelijke deel van Duitsland al jaren opgang maakt omtrent het reilen en zeilen van het maatschappelijk project en de politieke situatie in de voormalige DDR. In zijn personages kapitein Gert Wiesler, luitenant-kolonel Anton Grubitz en minister Bruno Kempf concentreert de regisseur alle ondeugden van het totalitaire communistische regime waarmee de Oost-Duitse bevolking in 1989 komaf maakte, ondeugden en misbruiken die haast in de vergetelheid zijn geraakt tegen de achtergrond van aanhoudende economische malaise en hoge werkloosheid.
Das Leben Der Anderen kan bogen op een perfect scenario, een sublieme verfilming en sterke, beklijvende acteerprestaties. Het verhaal is rechtlijnig en eenvoudig zonder overbodige zijsprongetjes. De kijker weet heel gauw welke richting het allemaal uitgaat. Desondanks slaagt Von Donnersmarck erin om een verrassende en originele finale te bedenken en de spanning onafgebroken vol te houden gedurende meer dan twee uur. Indrukwekkend en niet te missen.