Regie: Martin Scorsese
Met: Leonardo DiCaprio, Jonah Hill, Margot Robbie, Matthew McConaughey, Rob Reiner, Jon Favreau, Joanna Lumley, Jean Dujardin
FILM
Als je sommige filmkenners mag geloven was de Amerikaanse cinema tijdens de jaren 70 op het hoogtepunt van zijn kunnen en strandde Tinseltown nadien in het grote niets. Het zijn harde woorden voor filmfans van vandaag die nog willen genieten van de onweerstaanbare aantrekkingskracht van Hollywoodcinema. Misschien is het inderdaad zo dat de filmstad zich tegenwoordig meer bekommerd om nichterige piraten dan kwaliteit, toch blijf ik deze stelling (nog) ontkennen. Een ding is wel zeker, Hollywood heeft zijn goden aan hun lot overgelaten. Een prachtig voorbeeld daarvan is Paul Schrader. Zijn laatste film The Canyons is minstens even sterk als zijn legendarische karakterstudie American Gigolo, maar er was geen mens geïnteresseerd waardoor de film uiteindelijk alleen maar via streaming op de computer te bekijken was, stel je voor! Gelukkig kan Martin Scorsese op een fervente Europese aanhang rekenen waardoor hij in Hollywood nog eens op tafel kan kloppen, want de grootste Amerikaanse regisseur van de laatste 3 decennia is niet bepaald geliefd in de stad der dromen.
De moraalridders waren helemaal niet opgetogen over het feit dat Scorsese met The Wolf Of Wall Street de Amerikaanse droom te kakken zette. Zelfs een paar leden van de Academy Awards verklaarden in interviews dat Scorsese zich diep moest schamen. Meteen wist hij ook dat hij nog maar eens naar een welverdiende Oscar kon fluiten. De Amerikaanse filmbonzen speelden op veilig en schopten zichzelf een geweten door de beeldjes aan een (evenwel subliem) slavendrama toe te kennen. Beeldjes of geen beeldjes, tijdens de allereerste week van januari wisten we dat The Wolf Of Wall Street één van de beste films van 2014 zou worden, misschien wel de allerbeste.
We kennen ze allemaal: die gladde jongens die lucht verkopen en er nog stinkend rijk door worden. Jordan Belfort (Leonard DiCaprio) is er ook zo eentje. Eigenlijk is hij een niemand, maar omdat hij het als geen ander kan uitleggen vergaart hij met zijn beursbedrijf Stratton Oakmont gigantische fortuinen. Zijn strategie is simpel: aandelen die niets voorstellen aan goedgelovige mensen tegen peperdure prijzen verkopen. In één van de interviews die je als extra op dit schijfje kan vinden vergelijkt DiCaprio The Wolf Of Wall Street met Caligula van Tinto Brass. Dat is de nagel op de kop, want ook hier zien we een man die geilt op macht en die krijgt en dat aan de wereld laat zien door orgiën te organiseren waarin seks en drugs zegevieren. Belfort is een uitzinnige klootzak die zichzelf verheerlijkt. Een vent waarvan je moet kotsen, maar die tegelijkertijd bij iedereen jaloezie opwekt, want ook al kent hij geen medelijden, hij profiteert als geen ander van dit eenmalig aardse bestaan.
Deze rollercoaster duurt net geen drie uur. Dat lijkt lang, maar voor je het beseft is deze filmtrip voorbij. Dat komt door zowel de regie, het verbluffende scenario als de uitmuntende vertolkingen. Het is ongelooflijk dat een man van 70 nog met zo'n verfrissende, eigentijdse cinema op de proppen kan komen. Scorsese heeft geen CG-effecten nodig om hip te zijn, zijn oog is de camera. Het is wel duidelijk dat Marty teruggrijpt naar zijn roots. Na het 3D-fabeltje Hugo herneemt hij gewoon zijn technieken van Goodfellas en Casino, het enige verschil is dat de gangsters deze keer de haaien uit Wall Street zijn.
Het is niet alleen Scorsese die uitblinkt, ook de acteurs doen dat. Zowat ieder personage is een schitterend voorbeeld van perfecte casting. DiCaprio speelt waarschijnlijk als Jordan Belfort de rol van zijn leven en bewijst zijn tegenstanders nog maar eens dat hij momenteel de beste Hollywoodacteur is. Maar, en dat is dan zo typisch voor Scorsese, dat kun je eigenlijk van alle andere acteurs (hoe klein hun rol ook is) zeggen. Zijn tegenspeler Jonah Hill die we normaal alleen maar in komedies tegenkomen, speelt als de nerd (maar even venijnige) Donnie Azoff de pannen van het dak. Margot Robbie die de echtgenote van Belfort vertolkt, lijkt misschien net iets te veel op een Barbiepop, maar zij is geschapen voor zo'n rol. Tel daarbij nog opmerkelijke rollen van Rob Reiner, Joanna Lumley, Jean Dujardin en Matthew McConaughey (ja, hij weer!) en je hebt een supercast.
BEELD EN GELUID
Vooraleer sommige mensen op forums moord en brand schreeuwen dat de beeldkwaliteit van deze transfer niet is wat ze ervan verwachten, moeten ze wel weten dat Scorsese weigerde om bepaalde scènes digitaal op te nemen, en dat hij ook met welbepaalde camera's wilde werken die de sfeer van de eighties benadrukken. Soms lijkt het er inderdaad op dat je naar een oude videotape kijkt, maar dat heeft niets met de transfer te maken, wel met het puike werk van cameraman Rodrigo Prieto. Het geluid is ook van zeer goede kwaliteit. Niet alleen omdat de dialogen perfect hoorbaar zijn, maar ook omdat een Martin Scorsese-film altijd garant staat voor een bonte mengeling van pop- en rocknummers. De selectie (van Umberto Tozzi tot Plastic Bertrand) is gemaakt door Robbie Robertson van The Band.
EXTRA'S
Een minpunt zijn de extra's. Niet dat die slecht zijn, wel omdat ze niet zijn ondertiteld en dat verwacht je toch van een Nederlandse release. Het lijkt misschien vanzelfsprekend, maar niet iedereen begrijpt Engels. Ooit zal er wellicht (bij de 25e verjaardag bijv.) wel een uitgave uitkomen die bol staat van de extra's, maar voorlopig moeten we het stellen met drie filmpjes die samen zo'n 40 minuten tellen. Martin Scorsese blijft natuurlijk het soort verteller aan wiens lippen iedere filmfan wil blijven hangen, toch mocht de inhoud wat meer zijn. Leuke interviews, een (kort) kijkje achter de scherm en een gesprek aan een ronde tafel.
CONCLUSIE
Uit respect voor de lezers (en voor mezelf) ben ik voorzichtig met het uitdelen van superlatieven. In een zeer korte tijdspanne zag ik The Wolf Of Wall Street driemaal en mijn mening is nog steeds dezelfde: een niet te missen meesterwerk. Film van 2014? Dat zou wel eens best kunnen!