DERRICK BOX 02 - FOLGE 16-30
Bespreking door: Werner - Geplaatst op: 2015-12-31
SERIE
Op deze tweede
Derrick-box begeven we ons naar het gezegende jaar 1976 (op de laatste aflevering, uit 1977, na), wat ons terugkatapulteert naar een tijdperk voor de intrede van de computer, de mobiele telefoon en het rookverbod in publieke plaatsen. Nadat de makers wat kritiek hadden gekregen op het feit dat iets te vaak voor het
open book-format werd geopteerd, zoals in
Columbo, waarin je vanaf het eerste moment ziet wie de dader is, evolueren de afleveringen van
Derrick naar een eerder klassieke
whodunit-formule. De plots zijn echter wat ingewikkelder dan de latere afleveringen; er wordt in een aflevering als
Yellow He Agatha Christie-gewijs niet gefocust op één potentiële dader, maar op meerdere, waar het in latere afleveringen van
Derrick toch eerder een spel wordt waarin de inspecteur de dader zodanig tot de rand van de waanzin drijft, dat hij of zij tot bekentenis overgaat. De inspecteur zelf is in deze vroegere afleveringen ook een stuk minder ascetisch dan we hem kennen uit zijn verschijning uit de
nineties; Derrick drinkt al vaker een glas, valt al eens voor vrouwelijke charmes, en trekt al vaker zijn pistool. Dat en Harry's nektapijt verraden dat het hier niet om recente afleveringen gaat. Ook de milieu's waarin de inspecteur op zoek gaat naar de dader, zijn veeleer een stuk marginaler dan de
nieuwe aristocratie van de latere seizoenen.
AFLEVERINGEN
Disk 6:
16. Tod der Kolibris
Het echtpaar Gubeck (Hans Stetter en Rita Russeck) beleeft de schrik van zijn leven als na een nachtje stappen er een lijk van een Aziatische vrouw in de kofferbak blijkt te liggen. De politie tast in het duister totdat ze een anoniem telefoontje krijgen waarin een vrouw zegt dat de oplossing voor het mysterie te vinden is bij dr. Scheibnitz (Ernst Schröder), een politiek zwaargewicht dat al dadelijk Derrick bedreigt met het feit dat hij de hoofdcommissaris kent als de inspecteur met een huiszoekingsbevel op de proppen komt. De dame aan de telefoon blijkt Scheibnitz' 18-jarige, aan een rolstoel gekluisterde dochter Anita (Sylvia Manas) te zijn, die ook qua mentaal evenwicht compleet labiel lijkt. Kennelijk heeft dr. Scheibnitz niets met de moord te maken, maar het blijft wel opmerkelijk dat Anita aan de telefoon wél de dader perfect kon beschrijven. Het meisje moet echter met de nodige omzichtigheid aangepakt worden, anders klapt ze dicht.
17. Tod des Trompeters
Vlak voor hij 's avonds de deur achter zich wil sluiten, krijgt Derrick een telefoontje van een man die hem zonder uitstel wil spreken over een op handen zijnde ontvoering. Als Derrick met hem een plaats afspreekt, vindt hij daar zijn lijk, en op de koop toe schiet er nog iemand Harry in het been. De dode is Heinz Sorek (Alexander Stephan), trompettist bij een lokaal variétéorkestje. Het muziekkwartet werd benaderd om te assisteren bij een ontvoering in ruil voor 10.000 Mark per man, geld dat ze dringend nodig hebben om hun muziekinstallatie te vernieuwen. Diezelfde nacht loopt inderdaad nog de melding binnen dat de supermarktmagnaat annex multimiljonair Schrahl (Herbert Tiede) is ontvoerd; de kidnappers eisen van zijn broer 8 miljoen Mark. Wat Derrick vooral stoort is dat de ontvoerders die het geld eisen blijkbaar keiharde criminelen zijn, en de vier muzikanten een bende onbekwame amateurs...
18. Angst
Bankdirecteur dr. Walter Hertel (Hans Dieter Zeidler) houdt er al geruime tijd een vriendin op na, Irene Kronach (Uschi Glas), die door hem volledig onderhouden wordt. Het botert echter niet zo goed meer tussen de twee, en zij ziet een andere man, Jürgen Kerwin (Bernd Herzsprung). Hertel ontploft dan ook zowat als hij het horloge van Kerwin op Irenes nachtkastje vindt, en hij wurgt haar. Daardoor is hij volledig overgeleverd aan de genade van zijn vrouw Franziska (Heidelinde Weis), een timide besje dat onvoorwaardelijk naar zijn pijpen danst en hem een alibi moet verschaffen voor het tijdstip van de moord. Haar getuigenis komt bij Derrick niet als geloofwaardig over. Als ze in de jaszak van haar man het horloge vindt, heeft Franziska een troef in handen waarmee ze onder het juk van haar man kan uitkomen. Het mag intussen echter duidelijk zijn dat de man een psychopaat eerste klas is.
Disk 7:
19. Tote Vögel singen nicht
Nadat een vrouwenlijk in een koffer op het stort wordt gevonden, begint voor Derrick een lange zoektocht naar de dader. Nadat haar vader (Wolfgang Stumpf) zijn dochter als vermist komt opgeven, heeft de vrouw ook een naam: ze heet Anni Rothe (Eva Bergmanova) en frequenteerde nogal vaak de nachtclub Mona Lisa, waar de uitbater Schermann (Harald Leipnitz) een ietwat dubieuze fotostudio exploiteert. De hospita van Anni, mevrouw Hager (Tilly Lauenstein) heeft nog een onderhuurder, Karl-Maria Reeke (Michael Hinz), die prompt het vuur opent op Harry. De politie zet de klopjacht in, maar vindt uiteindelijk in de kelder het lijk van Reeke, die als lastige getuige uit de weg is geruimd. In de club heeft natuurlijk niemand het minste idee over wat er met Anni gebeurd is, behalve dan de dochter van Frau Hager, Gerti (Doris Kunstmann) - tenminste, zo lang ze niet dronken is. Gerti houdt echter stijf de lippen op elkaar, duidelijk bang dat zij het volgende slachtoffer zal zijn. Derrick gooit het daarom over een andere boeg en opent de frontale aanval op Ewald Malenke (Hans Korte), eigenaar van het nachtclubimperium, die uiteraard zijn handen in onschuld wast (en dan ook genoeg acolieten heeft om het vuile werk voor hem op te knappen). Op de loonlijst van Malenke staat echter ook de advocaat dr. Schöne (Hans Caninenberg), die - toeval of niet - in het gebouw boven de nachtclub kantoor houdt.
Deze aflevering zorgde bij de eerste uitzending voor nogal wat controverse: er vallen niet minder dan vijf doden, wat misschien dagelijkse kost is voor
Inspector Morse, maar naar Derricknormen ongezien. Bovendien bevat de aflevering nogal wat fysiek geweld: Derrick molesteert in één van de scènes een verdachte, wat in die tijd
du jamais vu was.
20. Schock
Weduwnaar dr Schöller (Dieter Eppler) en zijn zoon Ralf (Jörg Matthias Förster) hebben opnieuw het geluk gevonden bij een nieuwe vrouw, Helga Hoffman (Christine Wodetzky). Het paar trouwt binnen vier weken en het enige punt waarover ze nog overeenstemming moeten bereiken is, in wiens woning ze met zijn allen zullen intrekken. Als de doctor 's avonds in zijn (dure) wagen wil stappen, betrapt hij daar de autodief Alfred Recke (Vadim Glowna), die hem prompt voor de ogen van zijn zoontje neerschiet. Derrick komt ter plaatse, maar de jongen is in shock. Zijn vriendin Renate (Johanna von Koczian) ontfermt zich over de jongen. De inspecteur herkent intussen in de modus operandi het werk van gangster Lusseck (Dirk Galuba), die voor een soortgelijke autozwendel een half jaar in de gevangenis heeft gezeten, maar zijn schuld aan de maatschappij nu als afbetaald beschouwt. Voor Alfred Recke komt de klap ook hard aan, want hij heeft een zoontje, Heinz (Alexander Hertel), van ruwweg dezelfde leeftijd. Als Derrick het volledige personeelsbestand van Lusseck wil ontmoeten, vreest die laatste natuurlijk dat Recke zal doorslaan. Hij belooft zijn ondergeschikte daarom dat hij het probleem van de lastige getuige voor eens en altijd uit de wereld zal helpen.
21. Kalkutta
Van in een telefooncel voor de deur van de louche bar Flamingo belt Anita Wenger (Cornelia Boje) naar de noodcentrale. Ze vraagt om afgehaald te worden met een poltiiewagen met sirene; de planton van dienst oordeelt echter dat het om een flauwe grap moet gaan; als de onopvallende wagen vervolgens enkele minuten later arriveert, kunnen de twee agenten alleen maar vaststellen dat Anita in een steegje in de buurt op nogal grafische manier is overreden met een gestolen auto. De politie houdt de bar in de gaten, en merkt al gauw dat er véél meer volk binnen gaat dan dat er effectief binnen zit. Derrick vermoedt dat in de kelders een illegaal speelhol wordt uigebaat. Met een anonieme identiteit probeert de inspecteur zelf poolshoogte te gaan nemen. Daar papt een zekere Irene Wiloff (Eva Christian) met hem aan, duidelijk met de bedoeling Derricks nieuwsgierige blikken af te leiden, en op de koop toe blijkt ook nog Anita's man (Josef Fröhlich) in de illegale bar als kelner te werken. Interessant wordt het als blijkt dat Irene onderdirectrice is in een bejaardentehuis voor zéér begoede Duitsers, en dat Anita daar als verpleegster heeft gewerkt. De directeur, Keppler (Karl Michael Vogler) speelt in het tehuis regelmatig zielige filmpjes af waarin Indiërs in Calcutta creperen van de honger, om vervolgens aan de begoede bejaarden een gebaar van liefdadigheid te vragen. Uiteraard kunnen de arme Indiërs op hun kin kloppen en komt het geld op de bankrekening van Keppler terecht. De enige die deze versie zou kunnen bevestigen is Herr Wenger, maar dat is niet zo makkelijk als je al drie dagen dood in de Isar ligt rond te dobberen...
Disk 8:
22. Kein schöner Sonntag
Tot zijn grote schande moet boekhouder Hans Schirmer (Ullrich Haupt) bekennen dat hij door de jaren heen de winst van zijn bedrijf voor een slordige 100.000 Mark heeft afgeroomd. Maandag komt de bedrijfsrevisor de boeken doorlichten, en dan zal Schirmer met 100 % zekerheid hangen. Hij bekent tegen zijn zoon Jürgen (Andreas Seyferth) dat hij van plan is geweest om een zware jongen in te huren om een inbraak in het bedrijf te plegen, zodanig dat hij een verlies van 100.000 Mark gemakkelijk aan de dief zou kunnen toeschrijven; anderzijds heeft de dief hem dan in de morele tang, en dat is dan ook de reden waarom Hans van het plan heeft afgezien. Jürgen meent echter dat hij de rol van inbreker perfect ook kan vervullen, alleen moeten hij en zijn vader een goed alibi in elkaar boksen. Op zaterdagavond gaan de Schirmers, vader, zoon, moeder Margot (Gudrun Thielemann) en dochter Helga (Claudia Golling) naar het theater; "toevallig" zijn er nog maar drie plaatsen op een zelfde rij en moet zoon Jürgen genoegen nemen met een plaats enkele rijen naar achteren. Vóór de pauze breekt hij in het bedrijf in en kraakt de brandkast; helaas komt het tot een vechtpartij met de nachtwaker (Herbert Weissbach) die van een afbrekende trapleuning naar beneden stort. De man is niet dood maar wel bewusteloos, alhoewel het niet zeker is dat hij het zal halen. En áls hij het haalt, of hij zoon Schirmer zou herkennen of niet. U ziet het dilemma dat hierdoor ontstaat.
23. Auf eigene Faust
Inspecteur Winterstein (Siegfried Rauch) van de valsmunterijbrigade wordt voor de deur van het commissariaat neergeschoten. Tegenover zijn ondergeschikten hield hij de lippen stijf op elkaar, maar hij had contact gezocht met de gepensioneerde agent Euler (Karl John), die nochtans ook niet danig loslippig is. Op aanwijzen van Wintersteins collega's zoekt Derrick contact met één van de beste bekende valsmunters, Achim Schenke (Horst Frank), die al drie jaar in de gevangenis zit weg te rotten. Derrick biedt hem een deal aan: vervroegde invrijheidsstelling in ruil voor informatie. Schenke gaat akkoord en neemt zijn intrek in een chique hotel. Hij huurt er een zaaltje en nodigt al zijn oude bekenden uit om zijn vervroegde invrijheidsstelling te vieren. Uiteraard zijn die wantrouwig over het feit dat Schenke uitgerekend nù de gevangenis kan verlaten. De daders van de moord sturen een blonde
femme fatale, Barbara (Barbara Nielsen), op hem af, die al snel te weten komt dat Schenke voor Derrick werkt.
24. Ein unbegreifliger Typ
De ietwat sjofel uitziende Herr Koller (Carl-Heinz Schroth) nodigt op straat de eerste de beste
clochard Pöllmann (Walter Gross) uit om op zijn hotelkamer een glas te komen drinken; hij stelt hem zelfs voor dat hij op zijn kosten de minibar mag leegzuipen. Terwijl Pöllmann zich aan diverse flessen te goed doet, moet Koller even weg voor zaken. In een nabijgelegen café krijgt Koller van een zekere Schündler (Jürgen Goslas), een hoteleigenaar in Tunesië, een koffer geld toegeschoven, een aanbetaling voor een nieuwe investering. Koller heeft duidelijk de bui zien hangen, want als hij naar zijn hotelkamer terugkeert kan hij nog nét iemand mijden die op zijn kamer de clochard in zijn plaats doodschiet. Het lijkt Derrick duidelijk dat Koller gespeculeerd heeft op de fysieke gelijkenis tussen zichzelf en de dakloze. Het is maar de vraag of Koller enige schuld in de schoenen kan worden geschoven, want het uitnodigen van een clochard voor een borrel is tot nader order niet strafbaar. Alleen moet hij eerst Koller zien te vinden! Schündler is natuurlijk
pissed omdat zijn geld weg is. Koller heeft nog een ex (Hilde Krahl) en een dochter (Michaela May) in München wonen, maar die weten al evenmin waarom Koller plots de afgelopen week weer bij hen is opgedoken en al even snel verdwenen. Schündler verdenkt de weduwe ervan met het geld ervandoor te zijn. Maar dan komt de kat op de koord: Koller was een spion die altijd heeft gewerkt voor de meestbiedende, en hij heeft nogal bezwarende documenten als levensverzekering voor zijn oude dag!
Disk 9:
25. Das Bordfest
Ernst Kettwig (Wolfgang Reichmann) en Werner Solms (Ernst Schröder) bezitten een textielfabriek. Ze hebben respectievelijk 80 en 20 procent van de aandelen, Het voltallige personeel is uitgenodigd voor een feestje op een riviercruiser. Wanneer de cruiser aanlegt, blijkt echter Ernst Kettwig niet meer aan boord te zijn. 's Anderendaags spoelt hij op de oever aan, met in zijn rug een messteek. De dader moet zich stellig aan boord bevonden hebben, maar er waren niet minder dan 212 opvarenden. De meest voor de hand liggende verdachte is de zoon van Werner Solms, Walter (Matthieu Carriére), die een verhouding heeft met Kettwigs veel jongere vrouw Hetty (Herlinde Latzko). Een week geleden is namelijk Ernst op de hoogte geraakt van deze relatie, en Walter heeft hem voorgesteld om van zijn vrouw te scheiden. Vader Solms komt echter meer en meer
in the picture als mogelijke dader, want Ernst heeft na Walters bekentenis het idee opgevat om Werner met zijn minderheidsaandeel uit de firma te knikkeren. Net wanneer Derrick Werner het vuur aan de schenen legt, wordt die óók het slachtoffer van een moordpoging, en liggen de kaarten compleet anders.
26. Das Superding
De werkloze Eberhard Witte (Horst Sachtleben) belt directeur Veicht (Ullricht Haupt) van een bank op, en doet de mededeling dat iemand van plan is om hem ettelijke miljoenen lichter te maken. Hij is bereid om verdere details te geven - echter niet gratis - en maakt een afspraak. Bij de ingang van de bank wordt hij echter in koelen bloede neergeschoten. Bij een buurtonderzoek blijkt dat Witte nogal eens de discotheek frequenteerde die pal tegenover het bankgebouw gelegen is. De eigenaar, Gerke (Horst Buchholz) is een opvallend type: hij was ooit wiskundeleraar, maar na een ongeval is hij niet meer in staat om les te geven, en heeft hij zich omgeschoold tot discotheekeigenaar. Hij heeft echter een plannetje uitgedacht om snel rijk te worden: terwijl elke avond in de discotheek de muziek loeihard staat, boort hij samen met twee mottige maten een tunnel naar de kluizenzaal...
27. Risiko
München wordt geplaagd door een reeks diefstallen van vrachtwagens. Een vrouw veinst autopech en vraagt de chauffeur om hulp, terwijl haar twee kompanen de onfortuinlijke chauffeur buiten westen slaan en de vrachtwagen stelen. Eén keer loopt het echter fout: in de cabine zit nog een bijrijder, die de bivakmuts van één van de daders kan aftrekken. Het blijkt Horst Habinger (Christian Reiner) te zijn, een laatstejaars middelbaar. Zijn kompaan schiet de getuige in koelen bloede neer. Horst woont die avond een familiefeestje bij, samen met zijn ouders (Werner Bruhns en Maria Sebaldt) en zijn zus Vera (Michaela May). Voor de ogen van die laatste krijgt Horst zelf, op het einde van de avond, als alle gasten naar huis zijn, een kogel door het lijf. Tussen de persoonlijke spullen vindt Derrick de sleutel van de vermiste vrachtwagen. Hij doet navraag op de school waar Horst les volgde en hij krijgt van Alex Schech (Wolfgang Müller), die beweert dat hij de beste vriend van Horst was, een tip over de
wherabouts van de dader. Daarbij implicerend dat hij zélf wat met de zaak te maken heeft.
Disk 10:
28. Pecko
Jacob Lange noemt zichzelf Pecko (Pierre Frankh) en hij vult zijn dagen met
Radball, een door hem zelf ontworpen sport die zowat het midden houdt tussen wielrennen en voetbal - het is niet dadelijk een commercieel succes. Als een kwade buurman zijn bal over de muur trapt en Pecko erover klimt om hem terug te halen, ziet hij hoe in een deuropening Inge Biebach (Evelyn Palek) met een mes in de rug wordt neergestoken. Zeer waarschijnlijk heeft Pecko het gezicht van de dader gezien; de jongen is echter zodanig apathisch en leeft alleen maar voor zijn zelf uitgevonden sport, dat Derricks haar er bijna van uitvalt. Nochtans kan hij zich niet van de indruk ontdoen dat Pecko de dader moet kennen - Pecko beweert alleen een schaduw gezien te hebben, alhoewel uit de reconstructie het tegendeel blijkt. Ook is er iets compleet niet pluis met de balletschool waar Inge les volgde, en heeft Pecko's broer Holger (Karl Walter Diess) een strafblad. De daders zelf zijn intussen plannen aan het smeden om de lastige getuige om zeep te helpen.
29. Der Mann aus Portofino
Op het moment dat hij voor de onderzoeksrechter moet verschijnen voor autodiefstal, heeft iemand Max Sieburg (Karl Renar) een pistool in de handen geduwd, en de man kan op vrij spectaculaire wijze ontsnappen uit de gevangenis. Zijn vlucht is evenwel van korte duur, want hij wordt als een hond afgeknald aan de oever van de Isar. De gestolen auto was eigendom van een Italiaanse arts, dr. Pinaldi (Amedeo Nazzari), die zelf spoorloos verdwenen blijkt te zijn. In de buurt waar de man laatst werd opgemerkt, ontmoeten Derrick en Harry de nurkse boer annex cafébaas Backler (Alexander Golling), die ei zo na zijn dochter Luuise (Maresa Hörbiger) kastijdt wanneer die iets over de zaak wil lossen, alsook de ietwat aristocratischere eenzaat Ingo Parenge (Kurt Meisel), wiens dochter Margot (Eva Rieck) aan de poort van het internaat benaderd werd door Pinaldi.
30. Yellow He
Dr. Georg Rabes (Wolf Ackva) wordt aan de deur van het ziekenhuis neergeschoten, vlak nadat hij zijn terminaal zieke vader is gaan bezoeken. Hierdoor is het zo goed als zeker dat zijn anders incompetente broer Albert (Karl Lieffen) aan het roer van het bedrijf komt. Ook zijn weduwe Erika (Maria Schell) kan haar vreugde nauwelijks onder stoelen of banken steken, want de man die haar bedroog met zijn secretaresse (Liane Hilscher) verdiende in haar ogen niet beter. Derrick heeft de verdachten maar voor het uitpikken. Echter, de zoon van Albert, Ali (Martin Semmelrogge), een vrij simpele jongen van geest, pakt plots uit met het nieuwtje dat hij net een
quickie wedding achter de rug heeft met de nogal flamboyante nachtbraakster Annemarie Gelbert (Susanne Beck), die zich Yellow He laat noemen.
BEELD EN GELUID
Ook deze intussen bijna veertig jaar oude afleveringen zijn niet gespaard door de tand des tijds. Printbeschadigingen en excessive hoeveelheden ruis zijn alomtegenwoordig;
Schock en
Kalkutta spannen wat dat betreft de kroon, en ook in de openingsscène van
Der Mann aus Portofino zit er in het begin een scène waarin het beeld nagenoeg volledig verwordt tot een onidentificeerbare vlek (zie screenshot 5). Dat een deel van dit materiaal uiteindelijk nog überhaupt in een vertoonbare versie kan worden getoond, mag al een klein wonder heten. Hopelijk verstaat u goed Duits, want ondertitels zijn er niet te vinden. In het algemeen wordt er in
Derrick keurig Duits gesproken, met uitzondering van een keuterboertje hier of daar (zoals in
Der Mann aus Portofino) dat zich bedient van het lokale streekdialect.
EXTRA'S
Extra's zijn niet aanwezig; er is wel bonusmateriaal gemaakt, maar dat is allemaal opgespaard voor de 19de box uit de reeks.
CONCLUSIE
Met deze set stappen we in de teletijdmachine naar het München van de jaren 70, geen evocatie maar
the real deal, en volgen we Derrick in zijn jonge jaren, toen hij nog een pistool mocht trekken en een verdachte mocht molesteren zonder dat iemand daar iets tegen inbracht.