BATMAN COLLECTION, THE
Bespreking door: Werner - Geplaatst op: 2005-07-03
FILMS
Batman werd voor het eerst op het scherp gekatapulteerd in de gedaante van Adam West, wat mogelijk de slechtste televisie ooit opleverde: telkens de schurken een pak mot kregen, werd het beeld ingenomen door pancartes met kitcherige uitroepen als "KA-POWW!" of "GUSH!" of voor mijn part "MOSSEL" (voor de Nederlandse lezer: "KROKET") op.
Let us never speak of these again.
Toen op het einde van de jaren '80 plannen gerijpt waren om de televisieheld van weleer een volwassen (nu ja...) bioscoopavontuur te laten beleven, werd regisseur Tim Burton aangezocht, niet dadelijk de meest in de pas lopende regisseur aller tijden. Er volgden tussen 1992 en 1997 nog drie sequels, één van de hand van Burton, en twee van de hand van Joel Schumacher. Drie verschillende Batmans - Michael Keaton, nog eens Michael Keaton, Val Kilmer en George Clooney - kropen achtereenvolgens in de huid van de gemaskerde wreker. De kruim van Hollywood stond aan te schuiven om bijrollen - liefst van slechteriken - te mogen vertolken, zeker nadat Jack Nicholson na de eerste film met een onzedelijk hoog percentage van de royalties mocht naar huis wandelen.
Nu, om maar meteen met de deur in huis te vallen: het verhaal stelt niet veel voor, voor geen van de vier films. Critici hebben
Batman Forever en vooral
Batman & Robin hard aangepakt omwille van de plot die zo dun is als een sigarettenblaadje. Misschien niet helemaal onterecht, maar de eerste twee films zijn in hetzelfde bedje ziek. Want zelfs onder de comicverfilmingen zijn deze vier
Batman-film buitenbeentjes die zó excentriek zijn dat het laatste restje
sérieux weggeblazen wordt. Zo lijken zowat alle tegenstanders van Batman afgewezen loten uit een derderangs travestietencabaret, en is elke schurk perfect inwisselbaar met de vorige: de zeer kleurloze bevolking van Gotham City gaat er even zeer voor op de loop. Wat er van de film dan nog aan genietbaars overblijft, is de actie, en dan durven we toch stellen dat Joel Schumacher nét iets meer strepen op zijn vest heeft - op dat vlak dan toch - dan Tim Burton. Die laatste heeft dan wel weer zijn zeer apart gevoel voor humor mee, alhoewel de twee Batmanfilms die hij op zijn naam heeft staan zeker niet tot de betere helft van zijn oeuvre moeten gerekend worden. Burton speelt wat dat betreft met deze twee films duidelijk een divisie te laag. Er wordt ook heel wat acteertalent vermorst in deze prenten: Nicholson en DeVito zijn soms eerder belachelijk dan angstaanjagend, in het geval van Carrey kunnen we dit niet zeggen omdat om je talent te verspillen, je dat eerst moet hebben, en tot onze grote schrik moeten we vaststellen dat de sympathiekste schurk nog
Dehr Guvvenator Arnie is. Qua Batmannen maakt Val Kilmer de meest koele en berekende indruk, gevolgd door Michael Keaton die niet altijd schijnt te weten of hij zich nu serieus moet houden of niet, en op ruime (!) afstand gevolgd door George Clooney. De enige echte uitschieter in de cast is Michael Gough, die als Batmans trouwe butler Alfred Pennyworth één van de enige twee acteurs is die de vier Batmanfilms heeft overleefd.
Met de bioscooprelease van de prequel
Batman Begins van Christopher Nolan met in de titelrol alweer een nieuwe batsloef, ditmaal Christian Bale, heeft Warner het ijzer gesmeed terwijl het heet was, en de eerste vier Batmanfilms van een nieuw doosje voorzien en tegen een dumpingprijs op de markt gebracht. We gaan in deze bespreking even na of er verschil is met de reeds eerder uitgebrachte, losse releases.
Batman (1989)
Regie: Tim Burton
Acteurs: Michael Keaton, Jack Nicholson, Kim Basinger
De straten van Gotham City worden schoongeveegd door een gemaskerde man in een vleermuispak. De wreker, Batman (Michael Keaton), is eerder het soort superheld dat liever het gespuis uitroeit dan tracht tot inkeer te brengen. In het dagelijkse leven is Batman Bruce Wayne, een ietwat excentrieke miljardair annex filantroop, die helemaal alleen op zijn heel heel heel heel groot kasteel leeft, wat de interesse wekt van journaliste Vicki Vale (Kim Basinger). Wanneer de onderwereldkoning Grissom (Jack Palance) merkt dat zijn luitenant Jack Napier (Jack Nicholson) rampetampt met zijn vriendin Alicia (Jerry Hall), laat hij hem tijdens een opdracht in een chemisch fabriek tegen de vliegenvanger lopen. Napier wordt echter door Batman in een vat met zuur gegooid, en doordat hij zijn mondhoeken niet meer naar beneden krijgt en met een smile zo groot als morgen heel de dag op zijn smikkel moet rondlopen, transformeert Napier zichzelf tot de Joker, een mentaal instabiel schertsfiguur dat graag als wraak iedereen in de stad wil verminken zoals hijzelf. Joker beslecht op een redelijk bloedige wijze de gangsteroorlogen in Gotham City, en bestookt de bevolking met het gifgas Smilex, waardoor ze allemaal zo'n mottige smoel als hijzelf krijgen en vervolgens - weliswaar al lachend - de pijp uitgaan...
De eerste uit de reeks
Batman-films draagt de typische stempel van Tim Burton: Gotham City ziet er uiterst
gothic uit, en de hele film is doorspekt met Burtons soms bizarre humor. Alhoewel er nog ruimte genoeg blijft voor actiespektakel, is één en ander ten koste gegaan van de uitdieping van de personages. Meer dan een bordkartonnen vertolking zit er niet in, zelfs superslechterik Jack Nicholson is zó overdreven cartoonesk, dat het geheel er bij momenten uitziet als een goedkope B-film. Rare toeren zoals het dansje van de Joker in het museum doen de film meer kwaad dan goed; Keaton zet echter nog een redelijk deftige Batman neer, en Kim Basinger ziet er gewoon op élke leeftijd om te stelen uit. De gek die echter Zijne Slijmige Geiligheid Prince / The Artist Formerly Known As - / ^%!$#@ (schrappen wat op het moment van het lezen van deze bespreking niet meer van toepassing is) de opdracht heeft gegeven om enkele songs bij de film neer te pennen, verdient een openbare spanking, uitgevoerd door The Joker himself. Wie echter daarbij ook nog het dansje van Nicholson heeft verzonnen bij diens inbraak in het museum, had écht wel een stuk in zijn kl...
Batman Returns (1992)
Regie: Tim Burton
Acteurs: Michael Keaton, Michelle Pfeiffer, Danny DeVito
De vreselijk mismaakte Oswald Cobblepot (Danny Devito) werd als kind door zijn ouders de riool ingespoeld, en is daar opgegroeid tot de vreselijk mismaakte Penguin. En de lelijkerd komt warempel uit het riool teruggekropen, en weet dan ook nog eens het medelijden van de publieke opinie op te wekken. Penguin heeft echter ambitieuze plannen: hij wil burgemeester worden, zodat zijn kameraad Max Schrek (Christopher Walken) eindelijk de kerncentrale kan bouwen die Gotham City eigenlijk niet nodig heeft. Om Batman (Michael Keaton) bezig te houden én de huidige burgemeester voetje te lichten, laat Penguin zijn bende circusfreaks de straten onveilig maken. Schrek's secretaresse, Selina Kyle (Michelle Pfeiffer) stoot per ongeluk op de plannen van de kerncentrale, en om zeker te zijn dat ze haar mond houdt, gooit Shreck haar uit het raam. Ze overleeft de val, maar houdt er een flinke klap op haar hersens aan over: als Catwoman gaat ze de strijd met Batman aan, en kiest aanvankelijk het kamp van Penguin.
Nog meer dan
Batman draagt deze film de onmiskenbare stempel van Tim Burton. Als we U zeggen dat Penguin zich bij voorkeur verplaatst in een gigantisch rubberen eendje, zo ééntje van de soort waar U op de kermis kan naar vissen, alleen enkele maten groter, weet U al dadelijk dat de ernst van de film nog steeds ver te zoeken is. Het klein beetje achtergrond van het Batman-personage wordt ditmaal helemaal naar de achtergrond geschoven ten voordele van de bizarre knokpartijen en de doorgedreven demonstraties van pyrotechniek. De slechteriken zoals DeVito zijn bovendien met zoveel
evil schemes ineens bezig, dat je er een beetje het noorden bij kwijtraakt. De schizofrene persoonlijkheid van Michelle Pfeiffer is dan weer wél memorabel genoeg om herinnerd te worden, maar is bij momenten, zelfs voor een stripverfilming, erg overgeacteerd te noemen.
Batman Forever (1995)
Regie: Joel Schumacher
Acteurs: Val Kilmer, Chris O'Donnell, Nicole Kidman, Tommy Lee Jones, Jim Carrey
Gotham City wordt onveilig gemaakt door voormalig openbaar aanklager Harvey Dent (Tommy Lee Jones), die tijdens een proces tegen een mafiabaas door Batmans laattijdig optreden een bijtend zuur in zijn gezicht heeft gekregen. Batman (Val Kilmer) krijgt hierbij voor het eerst de hulp van zijn sidekick Robin a.k.a. Dick Grayson (Chris O'Donnell), een jonge acrobaat die wees is geworden door Dents schuld. Harvey Dent krijgt de hulp van een ontslagen werknemer van Wayne Industries, Edward Nygma (Jim Carrey), die een toestel heeft uitgevonden om via de televisie hersengolven te controleren. Als The Riddler wil Nygma Batman ook ten gronde richten, en als lokaas gebruikt hij psychologe Chase Meridian (Nicole Kidman), die - gefascineerd als ze is door Batmans gespleten persoonlijkheid - een hele studie aan hem gewijd heeft. Op amoureus vlak kan Chase niet kiezen tussen Bruce Wayne en Batman, niet wetende dat die één en dezelfde persoon zijn.
Essentieel gaat deze film over het louteringsproces van Robin, die een zelfde trauma oploopt als Batman in zijn kinderjaren, en die daarom door Zijne Gevleugeldheid onder zijn bescherming wordt genomen. Essentieel was Robin een bedenksel die in de jaren '60-televisieserie vooral moest dienen om een beetje familiewaarden toe te voegen aan de redelijk grimmige achtergrond van Wayne. De makers hoopten dat de jeugd wat meer met deze
rebel without a clue kon identificeren, omdat in die leeftijdscategorie nu eenmaal méér verlopen schoftjes zitten dan multi-miljardairs. Geinig is dat er een duidelijke knipoog wordt gegeven wanneer Robin op gegeven moment één van zijn cheesy krachttermen ("Hol(e)y rusted metal") debiteert, en even later blijkt dat Batman zijn quote letterlijk dient te interpreteren. Alhoewel Tim Burton nog als producent aan de film verbonden bleef, ging de regie over in handen van Joel Schumacher, die minder de gothische kaart trekt en meer probeert te teren op een hyperkinetische filmstijl waarin geen enkel camerashot minder schuin dan dertig graden schijnt te staan. Ook Michael Keaton gooide na twee films zijn cape over de haag, en werd vervangen door de onderkoelde Val Kilmer, die het ook maar één film zou volhouden, misschien omdat hij ná de release merkte dat zijn marktwaarde niet echt was gestegen door een Batkostuum met tepelafdrukken in. Alhoewel Tommy Lee Jones nog redelijk te pruimen is als Harvey "Two-Face" Dent (overigens ook een niet belangrijk nevenpersonage uit de eerste film, daar vertolkt door Billy Dee Williams), is Jim Carrey - wiens nummertje we na vijf minuten al beu zijn - er duidelijk maar bijgesleurd voor zijn gepatenteerde smoelenwerk, en moeten ze hem denkelijk héél veel geld betaald hebben om zijn nummertje op te voeren in de meest achterlijke maillot uit de geschiedenis van de film. Dan nog liever Batman met tepels! Van de vier films beschikt
Batman Forever wél over de beste visuele effecten en de beste soundtrack van de vier.
Batman & Robin (1997)
Regie: Joel Schumacher
Acteurs: George Clooney, Chris O'Donnell, Alicia Silverstone, Arnold Schwarzenegger, Uma Thurman
Net zoals
Batman Forever opent deze film
in medias res, wanneer Batman (George Clooney) het moet opnemen tegen de gekke doctor Victor Fries (Arnold Schwarzenegger). Fries. Fries is veranderd in een wandelende klomp ijs, en laat zich Mr. Freeze noemen, sinds hij, in een poging zijn ongeneeslijk zieke vrouw cryogeen in te vriezen, zelf in de koeltank is terechtgekomen. Freeze kan alleen overleven bij koude temperaturen, en zijn exoskelet (souvenirtje van
Terminator, Schwarzie?) verstookt handenvol diamanten, die hij natuurlijk niet zomaar op de straten van Gotham City voor het rapen heeft. Freeze sluit daarbij een verbond met doctor Pamela Isley (Uma Thurman), een
ecofundie-biologe die nog liefst alle mensen zou uitroeien om de plantjes hun plaats in te laten nemen - tiens, aan welk politiek programma doet ons dát nu weer denken? Isley is gemuteerd in een soort halfplantaardige levensvorm, Poison Ivy, geeft dodelijke kussen, en vooral, ze scheidt een soort feromedinges af waar mannen niet aan kunnen weerstaan. Batman en Robin (Chris O'Donnell) beginnen zowaar over haar te ruziën, en Freeze maakt van de verwarring gebruik om de stad lam te leggen. Het Dynamische Duo moet dan ook dringend hervormd worden tot een trio: Barbara Wilson (Alicia Silverstone), het nichtje van Waynes butler Alfred, komt achter de identiteit van de twee superhelden, en vervoegt de rangen van de verdedigers van Gotham City als Batgirl.
Het - voorlopige - sluitstuk van de
Batman-quadrilogie is duidelijk een doordrukje van deel drie. De opbouw is nagenoeg hetzelfde: een gezworen vijand van Batman spant samen met een kersvers kierewiet geworden geleerde, terwijl Batman net een nieuwe pupil in zijn rangen heeft. Voor deze
Batman & Robin heeft regisseur Schumacher wel enkele zéér foute beslissingen genomen, waarna het eigenlijk verwonderlijk is geworden dat hij überhaupt daarna nog films heeft mogen regisseren. Fout nummer één is Clooney: de man straalt niet het minste Batman-charisma uit, en kan zelfs bij momenten zelfs bijna zijn eigen geeuw niet onderdrukken. Fout nummer twee:
what the fuck doet iemand als Elle McPherson als stuk schouderopvulling naast Waynes zijde zonder deel uit te maken van het scenario? Moest er toevallig weer een nieuwe set van haar lingerielijn gepromoot worden of zo, en was wat extra media-aandacht mooi meegenomen? Fout nummer drie is het feit dat het scenario droog gewogen voor zo'n 70 % enkel en alleen bestaat uit flauwe woordspelingen die iets met ijs ("Tonight, hell freezes over!") of planten ("Come with me. My garden needs tending.") te maken hebben. Fout nummer vier is dat het er bij de productie van de film bovenarms op zat wie de
top billing voor de film zou krijgen, en Schwarzenegger uiteindelijk het pleit won ten nadele van Clooney, die nochtans het titelpersonage vertolkt. We moeten daarbij wel toegeven dat Schwarzenegger nog niet half zo slecht speelt als in zijn andere films (wat in zijn geval een compliment is, maar in absolute termen nog niet veel voorstelt), en je zowaar nog sympathie gaat krijgen voor Freezes motivatie. De reden waarom U desondanks deze film toch nog moet bekijken? Zes woorden: Alicia Silverstone. In een leren pakje. Met haar sex-appeal stuurt ze Kim Basinger terug achter haar bureau, Kidman terug naar Australië en Michelle Pfeiffer terug in haar mand.
BEELD EN GELUID
Alle films zijn in anamorfisch 1.85:1-formaat uitgevoerd.
Batman is van nature uit een erg donkere film, en het contrast laat het spijtig genoeg in sommige scènes, zoals de achtervolging op de klokkentoren, wat afweten.
Batman lijdt wat onder telecine-trillingen, en ook de kleuren zijn in
Batman en
Batman Returns redelijk onderdrukt. De twee recentere films zijn een stuk scherper en rijker aan kleur - vooral
Batman & Robin scheert op dat vlak hoge toppen- en detail, alhoewel in
Batman & Robin er af en toe net iets te veel storende compressieprobleempjes aanwezig zijn. Alle films zijn minstens voorzien van een Engelse Dolby Digital 5.1-track, naast nog wat onbelangrijke dubbings. Voor
Batman worden de registers pas naar het einde toe opengetrokken, wanneer The Joker en Batman het tegen elkaar opnemen in hun finale showdown. De dialogen klinken soms wat aan de matte kant.
Batman Returns is mogelijk nog een klein beetje vlakker en meer uitgehold; zowel
Batman Forever en
Batman & Robin beschikken over een mooi immersief geluidsveld waarin de vele ontploffingen en actiescènes voortreffelijk tot hun recht komen.
EXTRA'S
Deze
Batman Collection is niet meer of minder dan een samenraapsel van de vier reeds uitgebrachte Warner-versies, weliswaar in een redelijk geüniformiseerde, stijlvolle box. Qua extra's bevat elk van de films alleen maar wat productie-informatie en cast en crew-lijstjes. Voor bonusmateriaal die naam waardig is het dus nog wachten geblazen op de Special Editions.
CONCLUSIE
Voor een lage prijs is het een koopje om de vier eerste
Batman-films in een mooie box bij elkaar te hebben. Deze versies zijn echter op het artwork van de discs na volledig identiek aan de eerder uitgebrachte losse releases, die in het geval van
Batman en
Batman Returns echt wel een maatje te kort schieten. Deze box is duidelijk op de markt gebracht om nog even gauw een paar centen te kunnen inpikken met de release van
Batman Begins. Tegen de release van deze laatste worden er overigens vier special editions van de eerste films verwacht, dus tot zo lang kan U deze films misschien beter even laten liggen. Voor wie graag de vier films tegen een minimumprijs in huis haalt, biedt deze box misschien een uitkomst.