RED CLIFF
Bespreking door: William - Geplaatst op: 2010-11-14
FILM
Voor een van de indrukwekkendste films over de Chinese
Drie Koninkrijken gaat regisseur John Woo terug naar het jaar 208. De Han-dynastie in het noorden loopt op z’n laatste benen. Legergeneraal Cao Cao heeft de strijdende partijen weliswaar met brute fors tot een wapenstilstand gedwongen en de macht van de keizer hersteld, maar land én troepen zijn uitgeput en dringend aan een rustpauze toe. Cao Cao waarschuwt zijn broodheer dat het Midden en Zuidelijke Rijk een gevaar vormen voor de nationale veiligheid. Hij stelt voor om meteen de oorlog te verklaren en een grote troepenmacht naar het zuiden te sturen. De keizer twijfelt, maar Cao Cao houdt voet bij stuk en verklaart dat de keizer z’n troon alleen te danken heeft aan zíjn moedig optreden, want dat de keizerlijke familie alleen maar werkeloos heeft toegekeken. Hij vertelt er niet bij dat hij een oogje heeft op Zhao Yun, de echtgenote van Zhou You, de legeraanvoerder van het zuidelijke leger. Na de overwinning wil hij de zuidelijke troon opeisen en met Zhao Yun in het huwelijk treden. Tegen z’n machtige legeraanvoerder heeft de keizer weinig verhaal en dus geeft hij toe: Cao Cao mag met een landleger en een gigantische vloot van ruim 800.000 manschappen de beide vijanden te lijf gaan.
In het Midden Rijk zien ze de bui hangen. Tegen de overmacht van het noorden is het veel zwakkere leger van heerser Liu Bei niet opgewassen. Z’n jonge strateeg Zhuge Liang stelt voor om een pact te sluiten met het Zuidelijke Rijk om samen de agressor het hoofd te bieden. De heerser in het zuiden, Sun Quan, is jong en ambitieus, maar ook hij twijfelt: z’n entourage is radicaal tegen een nieuwe oorlog. Z’n legeraanvoerder Zhou You ziet evenwel geen andere uitweg: Cao Cao komt hoe dan ook om te overwinnen. Terwijl de noordelijken tegen een tempo van meer dan 125 km per dag naar het zuiden afzakken, proberen strateeg Zhuge Liang en legeraanvoerder Zhou You een vuist te maken: alles zal afhangen van een handige strategie, van vindingrijkheid en listigheid.
Regisseur John Woo begint met een situatieschets: de omvang van de Han-strijdmacht, een onwaarschijnlijk groot leger en een nog indrukwekkendere grote vloot maken zich op voor de strijd. In het paleis bepleit Coa Cao z’n plannen voor de nieuwe oorlog. In het Midden Rijk bespreken op datzelfde moment Liu Bei en zijn strateeg Zhuge Liang de situatie en besluiten om met de zuidelijke de gaan praten. Sun Quan kijkt bedenkelijk als hem het voorstel wordt voorgelegd. Z’n leger is er niet klaar voor, maar tussen Zhuge Liang en legeraanvoerder Zhou You klikt het meteen:
een beetje ouderwets die schildpadopstelling van je troepen, oordeelt Liang,
maar een perfect procedé in een aangepaste situatie, is You’s commentaar. Veel tijd is ze evenwel niet gegund, want de komst van de noordelijken is al aangekondigd door de verkenners. Nog voor de film goed en wel begonnen is, is de toeschouwer getuige van de eerste grote confrontatie. Cao Cao waant zich onoverwinnelijk en gaat in de aanval, maar strateeg Liang benut de voordelen van het stoffige terrein en zet een valstrik. Van op een afstand maakt John Woo een algemeen beeld van het slagveld en dat is niet minder dan onwaarschijnlijk indrukwekkend: legercolonnes zo ver het oog reikt, tienduizenden soldaten achter metalen schilden, een regen van pijlen, perfect getrainde kruisboogschutters, briesende paarden, een onverwachte charge gevolgd door een al even verrassende insluiting, een uitval van de cavalerie, kletterende zwaarden, zoevende speren en bloederige man-tot-man-gevechten. De list werkt en de vijand wordt omsingeld. Toegegeven: het overzicht van de vijandelijkheden is interessanter dan de close-ups van de individuele confrontaties, waarbij gebruik is gemaakt van kabels en katrollen om de in het harnas gehesen soldaten – Zhou You aan de kop – door de lucht te laten zoeven, wat de geloofwaardigheid niet altijd ten goede komt. Maar dit is cinema, dames en heren, en bovendien van een uitstekende kwaliteit en dus knijpen we een oogje dicht. Cao Cao gooit uiteindelijk de handdoek in de ring: hij heeft genoeg verliezen voor vandaag en druipt af. Zhou You en Zhuge Liang overschouwen het slagveld met de duizenden doden:
iedereen verliest, is Liangs sober commentaar.
Maar Cao Cao geeft zich niet gewonnen. Z’n vloot zet koers naar Red Cliff, het hoofdkwartier van generaal Zhou You. Vanuit kikkerperspectief toont John Woo de duizenden donkerbruine oorlogsbodems, het admiraalsschip met de twee drakenkoppen voorop. Tegen de avond wordt kamp gemaakt in de baai van de immens brede Yangtze-rivier tegenover Red Cliff: een Manhattan van grote en kleinere silhouetten, honderden meters breed en evenveel diep. Aan de overkant is de chaos compleet: hoe die overmacht het hoofd bieden? Bovendien blijkt Cao Cao ook goed in psychologische oorlogvoering, want als na twee dagen blijkt dat z’n mannen bij bosjes sterven als gevolg van een tyfusepidemie, laat hij de lijken op vlotten leggen en in de richting van de Red Cliff afdrijven. Daar beseft men te laat wat er aan de hand is: de dodelijke ziekte grijpt meteen om zich heen. Liu Bei houdt het voor bekeken en vertrekt met een uitgedund leger. Zhuge Liang blijft, hij laat z’n bondgenoten niet in de steek. Hij komt tot het besluit dat de vijand alleen met vuur is te verslaan. Eén probleem: de wind zit fout. Tijd winnen is dus de boodschap en daarvoor wordt een joker ingezet in de hoop dat de list zal slagen. Op de derde dag, tegen het vallen van de avond besluiten Zhou You en Zhuge Liang dat het tijd is om tot de aanval over te gaan. Ondertussen is er ook een plan b om de vijand vanaf het oosten over land te bestoken.
Vervolgens trakteert regisseur John Woo de toeschouwer bijna 40 minuten lang op één van de meest befaamde en voor Chinezen van vandaag meest populaire zeeveldslagen uit de vaderlandse geschiedenis. Wat er getoond wordt stelt niet teleur, want Woo gaat deze keer helemaal tot het uiterste en maakt van de slag bij
Red Cliff een nooit eerder gezien spektakel van water en vuur, van zwaardgevechten op het scherp van de snee. Z’n camera scheert laag over de immense vloot van Cao Cao, via de landingsplaats naar het oefenveld waar een groepje jonge soldaten nog net een spannende voetbalmatch afmaakt en dan via een lange rij trappen naar boven, naar de commandopost van Cao Cao waar de jonge vrouw die hij begeert thee voor hem zet, om tijd te winnen totdat de wind is gedraaid en het vuur zijn werk kan doen. De baai van
Red Cliff wordt het Pearl Harbor van de Han-dynastie, door de hoogmoed van één man en door zijn slecht berekend bedrog.
Regisseur John Woo was hoognodig aan een succesproductie toe en met
Red Cliff levert hij waar voor het vele geld van zijn investeerders. Misschien is dit niet de beste dramatische productie ooit in het genre, maar beslist de meest indrukwekkende, met de indrukwekkendste veldslagen en de imposantste decors die u in lange tijd heeft gezien.
Red Cliff is op elk moment een streling voor het oog én zelfs voor het oor, want niet alleen de visuele effecten zijn superbe, ook de muziek is zonder meer grandioos. Acteur Tony Leung neemt één van de hoofdrollen voor zijn rekening. Hem zien we niet alleen op het slagveld, maar ook in huiselijke taferelen met zijn jonge en beeldmooie vrouw Zhao Yun, voor wie een heel aparte rol weggelegd is. Leung is niet alleen een leuke verschijning, hij heeft ook de uitstraling van een legeraanvoerder en het effect wordt versterkt door de opvallende zwijgzaamheid van zijn personage. Het praten laat hij over aan strateeg Zhuge Liang, een briljante rol voor Takeshi Kaneshiro, veel minder het type van een soldaat, maar eerder van een wijsgeer, van een denker en bedenker, van een man met een gevaarlijke scherpzinnigheid, maar minzaam is Liang wel. De rol van legeraanvoerder Cao Cao is Fengyi Zhang op het lijf geschreven: een beetje ruw en brutaal met een dreigend lachje en priemende ogen, een personage dat vooral niet op de sympathie van de toeschouwer hoeft te rekenen. Gezien de nadruk op de gevechtsscènes en de oorlogstaferelen ligt, is er weinig ruimte voor de acteurs in de nevencast om zich te profileren, tenzij voor de jonge Whei Zhao als prinses Sun Shangxiang, de jongere zus van Sun Quan, de heerser van het zuiden. Zij staat symbool voor de geëmancipeerde vrouw die een eigen rol opeist in het oorlogsgeweld, nl. die van verkenner en spion. Haar informatie zal van doorslaggevend belang blijken voor de voortgang van de zeeslag.
De versie op deze dvd duurt 142 minuten, wat overeenkomt met de duur van de Amerikaanse release, maar wat jammer genoeg betekent dat de tweedelige originele internationale versie van 288 minuten voor Europa en USA herleid is tot de helft! Het hoeft geen betoog dat vooral de rustigere en dramatische fragmenten uit de film op de montagevloer terechtgekomen zijn tijdens het inkorten. Dat is jammer, want dat gaat uiteraard helemaal ten koste van de karakteruitdieping van de personages. We pleiten er dus voor om voor de special edition of voor de director’s cut de onverknipte tweedelige film op twee zilveren schijfjes te stansen. Warner?
BEELD EN GELUID
Laten we het in deze rubriek vooral over de speciale effecten hebben, want die zijn in
Red Cliff dé eyecatcher. Op een paar dialoogfragmenten en de vele close-ups na, is de film één lang special effect, van de paleisscène in het begin tot de verwoestende slagveldscène op het einde. Over enorme grote oppervlakten verspreid zien we honderden en zelfs duizenden soldaten met hun wapentuig in adembenemende decors. Het spel van licht, wolken en opstuivend zand moet de scherpe kantjes verdoezelen, wat ook gebeurt en alleen in de opname over de Yantze-rivier valt het op dat de laatste scheepjes niet helemaal realistisch zijn geconcipieerd en zelfs niet voldoende gedetailleerd. Maar omdat het gaat om een scène van nauwelijks een paar seconden trekt het misschien niet meteen de aandacht. Voor de rest krijg je als toeschouwer nooit de indruk dat er hier sprake is van bijzonder veel digitale hocus pocus, daarvoor heeft regisseur John Woo wel gezorgd.
Het kleurenpalet is veelzijdig en wondermooi, met fijne en wat zijïge huidtinten. Nogal wat scènes spelen zich af bij zwaar weer, of op een zandvlakte en in het donker, waardoor vooral alle gradaties van bruin en geel de aandacht trekken. Het beeld is altijd scherp en het zwartniveau is in orde, met behoud van de kleinste details en zonder storende ongerechtigheden.
De Japanse componist Tarô Iwashiro schreef de prachtige oosters aandoende muziek. Vooral de stukken die Zhou You en Zhuge Liang uitvoeren op een typisch Chinees snaarinstrument en waarin ze hun toewijding aan de komende veldslag verwoorden, zijn prachtig en worden via de surround efficiënt rondgestuurd in de huiskamer. Voor de rest is Red Cliff uiteraard een film die het op homecinema’s bijzonder goed doet met veel speciale effecten via de achterste kanalen, een diepe subwoofer en een prachtige scheiding tussen links en rechts vooraan.
EXTRA’S
De Originele Bioscooptrailer. De Making-of Red Cliff, volgens sommige bronnen even lang als de film zelf (142 min.), én het interview met John Woo, allebei op de Amerikaanse versie, zien we dan graag bij een volgende release op een derde zilveren schijfje staan.
CONCLUSIE
Red Cliff is een meeslepend epos waarin regisseur John Woo vertelt over een sleutelmoment uit de Chinese geschiedenis. Fans van martial arts, maar ook liefhebbers van indrukwekkende decors en massaspektakels zullen hun hartje ophalen aan deze adembenemende productie met veel vecht- en krijgsscènes en een iets dunner dramatisch insteekje wegens de forse inkorting van het 288 minuten durende origineel. Technisch is deze dvd zo goed als perfect, jammer genoeg met een magere bonussectie.