VENGEANCE IS MINE
Bespreking door: William - Geplaatst op: 2008-05-12
FILM
Ongeveer halfweg
Vengeance Is Mine van de Japanse regisseur Shohei Imamura, na een reeks gewelddadige moorden en een nauwelijks relevante poging om ze te verklaren vanuit de slechte of ongelukkige jeugdervaringen van het hoofdpersonage Iwao Enokizu, een onopvallende dertiger met hoge jukbeenderen en typisch Japanse trekken, dringt zich de vraag op waarop de
wraak uit te titel slaat. Ogenschijnlijk gaat het om een seriemoordenaar die geen reden of oorzaken nodig heeft om te doen wat hij in koelen bloede doet. Hij doet het gewoon, automatisch en zonder zich vragen te stellen. Wanneer hij uiteindelijk ingerekend wordt na een nationale zoekactie van de Japanse politie, geeft hij de moorden gewoon toe zonder maren, zonder een trauma of een afwijking te verzinnen, zonder de vinger naar anderen te wijzen. Hij heeft gedood en straks ondergaat hij hetzelfde lot. Hij glimacht en kijkt weg.
Vengeance Is Mine is gebaseerd op ware feiten: in de loop van 1963 wordt Japan geconfronteerd met een seriemoordenaar die erin slaagt om 74 dagen uit de handen van de politie te blijven. Zijn slachtoffers zijn onschuldige burgers, zijn motief is onduidelijk, maar geld om te overleven speelt telkens een rol. De man geeft zich tijdens zijn vlucht uit voor universiteitsprofessor en advocaat en hij komt daar probleemloos mee weg, getuige de makkelijke manier waarop hij z'n slachtoffers om de tuin leidt terwijl z’n foto op elk winkelraam en op elke bushalte hangt en het publiek via politieberichten op televisie met zijn foto wordt geconfronteerd.
Iwao Enokizu (Ken Ogata) begint zijn moordronde op een gewone dag in de nazomer van 1963. Hij houdt een auto aan van de Japanse post en belooft één van de chauffeurs – die hij via zijn vader kent - een flinke portie saké op een boerderij buiten de stad. Op een landweg slaat hij de oudere man neer met een hamer en dient hem vervolgens messteken toe tot z'n tegenwerking verstomt. Een paar uur later doet hij ongeveer hetzelfde met de bestuurder van de postauto. Z'n buit: een paar duizend Yen. Regisseur Shohei Imamura maakt er een gigantisch bloedbad van en laat de personages – hoofdrolspeler Ken Ogata inbegrepen – overdreven gesticuleren en acteren zoals hun collega's uit de stille film. Iwao trekt z'n bebloede kleren uit, plast op z'n eigen handen om het vele bloed weg te wassen, trekt een donker pak met wit overhemd aan en neemt in de stad z'n intrek in een goedkoop hotelletje dat al even goedkope hoertjes levert. Hij noemt zichzelf professor en iedereen lijkt dat zonder morren te accepteren. Iwao begint een relatie met een prostitué, verleidt de hoteleigenares en maakt kennis met haar oude moeder die vijftien jaar cel achter de rug heeft wegens moord op een oude vrouw kort na de oorlog. Als z'n geld op is verkast Iwao naar Tokio. Onderweg geeft hij zich uit voor advocaat, berooft een oude vrouw die meent dat haar geld zal dienen voor de borgstelling van haar zoon en hij vermoordt een oude advocaat wiens lijk hij in de klerenkast achterlaat.
Vervolgens gaat de regisseur terug naar de jeugd van zijn hoofdfiguur. De toeschouwer leert Iwao's ouders kennen, z'n ziekelijke moeder en z'n laffe vader, want op achtjarige leeftijd is Iwao getuige van een confrontatie tussen zijn vader en een vertegenwoordiger van het keizerlijke leger die zijn vaders schepen komt opeisen voor de oorlogsvloot. Iwao's vader protesteert omdat hij meent vast te stellen dat alleen de katholieken hun schepen moeten afgeven, maar tegenspreken heeft geen zin: de schepen worden geconfisqueerd. Dat zijn vader nadien wél vergoed wordt en met het geld hotel Gotto opricht, ontgaat de kleine Iwao.
Vengeance Is Mine is ondanks alle goede intenties en pogingen om de film van een stevige onderbouw te voorzien, niet meer dan een roadmovie met een crimineel pur sang in de hoofdrol. Zoals de ene elke dag van negen tot vijf op kantoor zit en een andere als bedelaar op en stuk karton tegen de roltrappen van de metro op de Meir, zo zijn er ook individuen die in hun levensonderhoud voorzien door het plegen van moorden en het beroven van eerzame burgers, het ontvoeren en prostitueren van minderjarige meisjes, etc. Het bestaat allemaal, de overheid probeert er wat aan te doen, maar je roeit het fenomeen daarom nog niet uit. Wie van geweldfilms houdt wegens het geweld, zit met
Vengeance Is Mine in elk geval op rozen, want van karakterontwikkeling is weinig sprake en de zoektocht naar de eventuele oorzaken van het asociaal en crimineel gedrag – de vergoelijking?, en de maatschappij als
trigger?- is geen sprake. Dat is ook moeilijk in een zaak die de publieke opinie wekenlang heeft beroerd, een handvol mensen het leven kostte en een moordenaar heeft opgeleverd die nooit geneigd was om berouw of spijt te tonen. Bovendien zou dat soort film beslist niét in goede aarde zijn gevallen in Japan: stel u voor dat men in dit kleine landje binnen vijf jaar een film over Marc Dutroux maakt en probeert om zijn misdaden goed te praten?
Shohei Imamura borstelt zijn hoofdpersonage als een hardvochtig individu met de gave om zich in diverse rollen in te leven: de harde crimineel die geen medeleven heeft met zijn onschuldige slachtoffers, de verfijnde maar oversekste professor en de minzame advocaat die zich behulpzaam en medevoelend kan voordoen. Het meest aangrijpende fragment van de film heeft geen betrekking op Iwao, maar op zijn vrouw die in het familiebad haar schoonvader probeert te verleiden tijdens Iwao's afwezigheid. De oudere man heeft het moeilijk om weerstand te bieden want met zijn ziekelijke vrouw is nog weinig aan te vangen, maar zijn katholieke geloof en overtuiging maken hem sterk en hij onderdrukt zijn
dierlijke gevoelens. Zijn het gelijksoortige remmingen en frustraties die Iwao op latere leeftijd door het lint laten gaan?
BEELD EN GELUID
Als toeschouwer verwacht je een zwart-witfilm, maar Shohei Imamura kiest vreemd genoeg voor kleur. Dat zorgt voor een heel apart resultaat, ondanks de vele donkere scènes. De lichtere tinten verzachten de dreigende sfeer van moord en doodslag en nuanceren het criminele karakter van het hoofdpersonage waardoor er een zeker conflict ontstaat tussen inhoud en vorm. De regisseur gaat nog een stapje verder en zoekt een gelijkwaardige tegenstelling in de filmopnamen: hij gebruikt een laag camerastandpunt – en dus een hoge horizon – voor de ruimere beelden en een hoog camerastandpunt voor de close ups en de interieuropnamen. Het procédé werkt vervreemding in de hand. Qua filmstijl en montage heeft deze film de tand des tijds in elk geval goed doorstaan. Het geluid is in orde, zij het dat er hier alleen sprake is van een monospoor. De surroundkanalen doen dus niet mee en het zgn. stereospoor is een maat voor niets. De muziek is verrassend ouderwets voor een film die nauwelijks 25 jaar oud is, maar misschien wilde de regisseur ook op dat niveau terug naar 1963.
EXTRA'S
De dvd bevat de
Originele Bioscooptrailer, een
Andere Trailer en een
Infoboekje met foto's.
CONCLUSIE
Vengeance Is Mine is met een lengte van 140 minuten lang voor het in se vrij eenvoudige scenario dat eraan ten grondslag ligt. De film moet het dan ook voornamelijk hebben van de vele anekdotes die zich 'en route' opdringen. De karakteruitdieping beperkt zich in hoofdzaak tot de nevenfiguren, want Shohei Imamura blijft zoveel mogelijk uit de buurt van zijn mannelijke hoofdrol. Ken Ogata levert niettemin een goede prestatie, zij het dat hij uiteindelijk de sympathie van de toeschouwer verliest ten voordele van de vrouwen die het slachtoffer worden van zijn machtsspel: Mitsuko Baisho als zijn echtgenote Kazuko en Nijiko Kiyokawa als de jonge hoteleigenares Hisano Asano. Ook Rentaro Mikuni als Iwao's vader Shizuo maakt een sterke indruk. Deze film dankt z'n blijvende kracht evenwel grotendeels aan de aparte filmstijl en de intelligente montage.