CHAPLIN
Bespreking door: William - Geplaatst op: 2014-06-27
FILM
Op kerstdag 1977 overlijdt de 88-jarige Charles Chaplin in het Zwitserse plaatsje Vivey. Hij is de laatste van de groten uit Amerikaanse stomme film, waarvan hij tot de doorbraak van de geluidsfilm in 1927 één van de pioniers en grote bezielers was. Dat hij in Zwitserland z’n oude dag sleet is geen toeval, want uitgerekend in het land waar hij z’n grootste successen behaalde en waar hij een niet te negeren bijdrage leverde aan de groei van de filmindustrie, werd hij verdacht van communistische sympathieën en na het inschepen voor een reis naar Europa, nog voor de pakketboot de New Yorkse haven had verlaten, schriftelijk op de hoogte gebracht van het feit dat hij nooit naar de VS terug kon keren. Hij zou er nog 1 keer te gast zijn: in 1972 om er de Honorary Oscar in ontvangst te nemen voor zijn nauwelijks te becijferen inspanningen waardoor film uitgroeide tot dé kunstvorm van de 20ste eeuw.
Chaplin, de film over zijn leven, is gebaseerd op Charles Chaplins My Autobiography en David Robinsons Chaplin: His Life and Art en niemand minder dan Sir Richard Attenborough, op zoek naar een nieuwe hit na het overweldigende succes van zijn biopic over Mahatma Gandhi (1982), mocht het project ter hand nemen in samenwerking met de scenaristen Bryan Forbes (Hopscotch, 1980), William Goldman (A Bridge too Far, 1977) en William Boyd (A Good Man in Africa, 1994), die zich vooral concentreerden op de weinig benijdenswaardige jeugd van Chaplin in Londen, z’n zenuwzieke moeder, z’n interesse voor jonge meisjes, z’n mislukt huwelijken, de heibel met het FBI van J. Edgar Hoover en z’n laatste jaren in Zwitserland. Attenborough introduceert het fictieve personage George Hayden (Chaplins uitgever) om een aantal duistere of zgn. veronachtzaamde passages uit de biografie met de auteur door te nemen om vervolgens de bijhorende flashback te lanceren, een beproefde, maar zeer klassieke aanpak die je van Attenborough op dat moment en zeker na Gandhi niet verwacht en die een onderhoudende, maar weinig verrassende film oplevert waarin je als kijker niet echt veel verneemt over Chaplin als maker van grote films zoals The Gold Rush (1925), Modern Times (1936) of The Great Dictator (1940). Attenborough toont wel fragmenten uit die films, maar je ziet Charles Chaplin nooit echt aan het werk als bedenker, regisseur of monteur en het enige fragment waarin hij als groot komisch talent getoond wordt zit helemaal in het begin van de film in een scène als dronkenman die de boel op stelten zet in een vaudevilletheater. In Chaplin zijn de films van Charles Chaplin niet de eerste bekommernis van de regisseur en je vraagt je als kijker af wat Attenborough dan zoveel meer in de publieke figuur aantrekt, want op dat niveau was Chaplins leven toch een beetje een ratjetoe en een redelijke mislukking?
Charles Chaplin zal voor het grote publiek wel altijd The Tramp blijven uit de beginjaren van z’n carrière, het kleine mannetje met het tandenborstelsnorretje, de bolhoed, de bamboewandelstok en de afgetrapte en veel te grote schoenen, dat ongestoord z’n eigen gang gaat, aandoenlijk en romantisch in z’n ondernemingen, maar dat ook altijd in probleemsituaties terechtkomt waaruit het zich ternauwernood weet te redden en meestal de klappen incasseert. Maar de op het eerste gezicht simpele en vermakelijke filmpjes bevatten wel degelijk kritiek op de armoede in Amerika na het uitbreken van de economische crisis vanaf 1929, op de hardhandige manier waarop immigranten bij hun aankomst aangepakt werden of werkgevers hun arbeiders uitbuiten en het is hoogst onwaarschijnlijk dat Chaplin eerder toevallig bij Modern Times of The Great Dictator uitkwam, zoals Attenborough en z’n scenaristen suggereren, want daarvoor is de toon van beide films te hard en de inhoud té controversieel naar de maatstaven van de periode. In Chaplin toont de regisseur evenwel liever de mondaine en steenrijke Charles Chaplin, de vrouwenversierder, de man die wegvluchtte van z’n zieke moeder en die uiteindelijk niet de moed had om J. Edgar Hoover van een antwoord te dienen. Dat het in het leven van de hardwerkende Charles Chaplin misschien allemaal een ondergeschikte rol heeft gespeeld, je merkt er weinig van in Attenboroughs aanpak, maar zeker is dat films zijn leven waren en dat hij niet aarzelde om zich dagen- en nachtenlang met een enkele scène bezig te houden of met een simpele muziekscore, omdat hij niet eerder tevreden was dan met het perfecte resultaat.
Maar opnieuw: desondanks is Chaplin een onderhoudende film die op geen enkel moment gaat vervelen en daartoe draagt hoofdrolspeler Robert Downey jr. zeker bij die een zo goed als perfecte o-benige en immer met z’n wandelstok zwaaiende Tramp opvoert, maar die vooral ook de geest van Charles Chaplin zelf op een uitstekende manier weet op te roepen. Destijds was Downey niet echt een grote naam in Amerika en dus werd een beetje meesmuilend over z’n casting gedaan, maar met rollen in o.a. Sherlock Holmes (2009) en Iron Man (2008) nam hij nadien wraak op iedereen die z’n talent ooit betwijfelde. Anthony Hopkins kruipt in de weinigzeggende rol van uitgever George Hayden, Paul Rhys neemt de rol van Charles’ broer Sydney (zelfde moeder, joodse vader) voor z’n rekening, Kevin Kline is een zeer acceptabele Douglas Fairbanks en Milla Jovovich een al even acceptabele Mildred Harris (één van Chaplins vier wettelijke echtgenoten), maar de ster van de show is uiteindelijk Chaplins dochter Geraldine Chaplin die u in de rol van haar eigen grootmoeder ziet, veruit de meest beklijvende en ontroerendste rol uit de hele film.
Wie Richard Attenborough kent van z’n natuurfilms en van o.a. Cry Freedom (1987) en uiteraard van Gandhi (1982), die beseft dat de Britse regisseur weinig of niets aan het toeval overlaat, wat resultaat in een indrukwekkend production design en een zeer nauwkeurige reconstructie van de tijdgeest, met als neusje van de zalm de reconstructie van de Mack Sennett-filmstudiosite in Hollywood anno 1914. Auto’s, kapsels, kleding, make-up, ze zijn allemaal tot in de puntjes verzorgd, waardoor Chaplin oogt als een perfect kostuumdrama. Het camerawerk is niet meteen verrassend of vernieuwend, maar Attenborough levert wel een fijne selectie beeldfragmenten, o.a. een scène met Chaplin en Fairbanks tussen en op de wereldberoemde houten Hollywood-letters op de flank van Mount Lee. Jammer dat Attenborough niet dezelfde perfectie heeft nagestreefd inzake het scenario van Chaplin, want een figuur als Charles Chaplin verdient een ruimere behandeling als ze naar het witte doek wordt gebracht.
BEELD EN GELUID
Bi
jna de hele film is in Los Angeles opgenomen en dat betekent dat in Chaplin de zon bijna altijd schijnt tegen een hemelsblauwe achtergrond. Dat heeft z’n invloed op de kleuren: felle en heldere tinten met alleen The Tramp is z’n bekende zwarte plunje. Het beeld is zonder meer haarscherp en van ongerechtigheden is geen sprake. De soundtrack is van de hand van de in 2011 overleden componist John Barry, die uiteraard gebruik maakt van de bekende filmmelodieën die Charles Chaplin in de loop der jaren voor z’n eigen producties schreef. We frissen even uw geheugen op: Barry schreef ook de scores voor o.a. Dances With Wolves (1990) en
Out Of Africa (1985).
Wij keken naar een Duitse release van Chaplin op het Leipzigse Arthaus-label, Engels en Duits gesproken en Engels en Duits ondertiteld, want in onze contreien is de film nog niet op dvd of Blu-ray gesignaleerd (in Duitsland en Engeland is er wel een Blu-ray-versie op de markt).
EXTRA’S
Er is een Originele Bioscooptrailer, een overbodige Fotogalerij en drie documentaires waarin jammer genoeg vaak hetzelfde beeldmateriaal terugkomt en hetzelfde wordt verteld. In Production Story (8 min.) vertelt Richard Attenborough waarom hij per se deze film wilde draaien en waarom hij uiteindelijk Robert Downey jr. de beste keuze vond. U krijgt een beeld van de Senneth-set in het landelijke Hollywood anno 1914, opgebouwd tussen de orange groves op ruim 90 km van Los Angeles en een overzicht van de stoomtreinen, de vooroorlogse auto’s, de meer dan 3000 kostuums, de paardenkarren, de camera’s uit 8 decennia en typische rivierboten die in de productie aan bod komen. Robert Downey jr. op zijn beurt laat er geen tijfel over bestaan dat Chaplin een belangrijke stap in z’n carrière is. In A Director’s View (6 min.) wijst Richard Attenborough op de invloed van Chaplins jeugd in het Victoriaanse Londen op z’n latere werk.
De interessantste bijdrage in de afdeling Extra’s is evenwel Behind the Scenes (19 min.) waarin de Chaplin-biograaf over de kwaliteit van Chaplins werk praat, dat hij situeert tussen komedie en pathos. Producer Diana Hawkins wijst op de grote aandacht die is besteed aan de reconstructie van de Senneth-studio’s en Geraldine Chaplin bevestigt dat die er precies zo uitzagen destijds. Voorts komt de invloed van Chaplins moeder ter sprake en die van z’n broer Syd, want als gevolg van de afwezigheid van een vaderfiguur, nam die levenslang die rol voor z’n rekening. En uiteraard komt ook Chaplins moeilijke relatie met vrouwen ter sprake. U krijgt tussendoor beelden uit de films en nogal wat setopnamen, afgewisseld met interviews met de acteurs uit de film.
CONCLUSIE
De opdracht was een ruime publieksfilm over de allergrootste uit het Hollywood-pantheon en dat betekent dat Sir Richard Attenboroughs portret van Charles Chaplin vooral inzoomt op de hoogte- en dieptepunten uit z’n privéleven. Het resultaat is een zeer klassieke biopic over ’s mans afkomst, z’n doorbraak in Hollywood, z’n huwelijksleven, de problemen met het FBI en z’n kluizenaarsbestaan in Zwitserland met nogal wat emotionele, romantische en grappige momenten. Wie meer hoopt te vernemen over de manier waarop hij films maakte en waarom, die is eraan voor de moeite, want dat komt in deze familievriendelijke Chaplin nauwelijks aan bod. Maar wie maalt daar echt om?