MARX BROTHERS - GO WEST
Bespreking door: Dieter - Geplaatst op: 2007-10-13
Deze film maakt deel uit van de zesdelige Marx Brothers Collection, waartoe ook nog A Night At The Opera, A Day At The Races, At The Circus, The Big Store en A Night In Casablanca behoren.
FILM
Go West opent met een amusante scène in het treinstation, waarin Groucho Marx Chico en Harpo een loer tracht te draaien, maar uiteindelijk zelf uitgekleed wordt – en niet enkel financieel. De scène belooft veel goeds voor deze vierde Marx Brothersfilm bij MGM: de grappen zijn herkenbaar doch niet oubollig, de interactie tussen de broers is uitstekend en het tempo is bijzonder snedig. Het geeft zelfs niet dat de setting, de decors en de kledij wandelende anachronismen zijn. De opening geeft dan ook perfect weer waar de Marx Brothers voor staan: fysieke komedie gekoppeld aan intelligente oneliners aan een halsbrekend ritme. Weinig verrassend, dat wel, maar tot in de puntjes uitgedacht en uitgevoerd. Toch hadden de filmmakers misschien beter twee keer nagedacht alvorens
Go West met die goede scène op gang te schieten, want wat volgt kan nooit tippen aan de eerste tien minuten.
Dat
Go West een van de minste exploten van de Marx Brothers op het grote scherm is, heeft in de eerste plaats te maken met de setting. Voor het eerst in hun Hollywoodcarrière is immers niet het heden de arena voor hun fratsen, maar het Amerika van de jaren 1870, de pionierstijd van het Wilde Westen. Groucho, Chico en Harpo trekken westwaarts in de hoop op een goudader te stuiten, maar belanden al snel middenin een vete tussen twee partijen die elkaar een lap grond willen afsnoepen die door de passage van een aan te leggen treintraject veel geld waard is. De broers kiezen uiteraard de kant van de eerlijkste partij en doen er alles aan om de snode slechterik tegen te werken. Waarom deze plot niet werkt is moeilijk exact te duiden, maar dat de westernsetting er voor iets tussen zit, valt niet te loochenen. Wellicht trachtten de Marx Brothers door hun keuze voor een specifiek genre hun humor een nieuwe adem te geven. Hierbij vergeten ze echter optimaal gebruik te maken van de mogelijkheden die het genre hen biedt en doen ze gewoon dezelfde trucjes, grappen en tuimelingen die ze eerder deden. Enkel het decor is anders.
Het meest problematisch komt die repetitieve aard naar boven in verplichte nummers van Groucho en Chico. Een Marx Brothersfilm zonder de eerste aan de piano en de tweede aan de harp mag dan wel ondenkbaar zijn, in hun vorige films probeerden de komieken tenminste nog iedere keer een originele invulling aan hun obligatoire performance te geven. In
Go West is dat niet langer het geval. Chico ziet op een bepaald moment gewoon een piano staan en begint erop te spelen, no questions asked. En bij een bezoek aan de indianen staat daar toch wel toevallig een weefgetouw dat perfect dienst kan doen als instrument voor Harpo! Het feit dat zelfs geen pogingen worden gedaan om een interessante invulling te geven aan deze setpieces – hetzij structureel, hetzij inhoudelijk – is emblematisch voor het gestage decrescendo van hun films bij MGM.
Dat de Marx Brothers niet langer een fantastische box office garandeerden in 1940 uit zich eveneens in de productionele waarde van de prent. Ja, een aantal scènes die zich op de vaste westernset van de studio afspelen ogen nog degelijk, maar het is overduidelijk dat
Go West het met heel wat minder poen moest stellen dan zijn voorgangers. De prent oogt dan ook als een snel gedraaide B-film, her en der artificieel opgesmukt om het geheel wat A-filmallures te geven. De enige aan wie de studiobonzen dat blijkbaar vergeten hebben mee te delen is regisseur Buzzell, wiens camerabewegingen soms verrassend inventief en interessant uit de hoek komen. De muzikale nummers worden echter tot een minimum herleid en vervangen door een behoorlijk ongeloofwaardige treinachtervolging in het laatste bedrijf. Ook de afwezigheid van actrice Margaret Dumont – immer de perfecte romantische pispaal voor Groucho’s elegant ingeklede verwensingen – laat zich voelen.
Een gebrek aan talent zul je de Marx Brothers nooit kunnen aanwrijven, maar het heeft geen zin de magere oogst aan lachsalvo's in
Go West met die boutade te vergoelijken. In 1940 werkten de broers al zo’n 35 jaar continu samen, eerst in het variététheater, daarna in Hollywood. De broers waren inmiddels vijftigers voor wie het creëren van jeugdige chaos met de dag moeizamer ging. Ze kenden niets anders dan het opvoeren van sketches, waren er nog steeds meesters in, maar de bezieling was er wat uit na zoveel decennia hetzelfde doen. Dat straalt over op
Go West en weerhoudt de kijker ervan om – ondanks enkele geslaagde intermezzo’s – van harte te bulderlachen.
BEELD EN GELUID
Niet enkel de humorkwaliteit gaat erop achteruit in
Go West, ook het beeld ziet er minder goed als dat van eerder films uit de
Marx Brothers Collectie. Grain en krassen treden nadrukkelijk op de voorgrond, het contrast is wisselvallig maar neigt naar onvoldoende en ook de scherpte en de zwartniveaus zijn van een minder niveau. Het audiospoor – in de originele monoconfiguratie – biedt nauwelijks dynamiek, heeft al eens te kampen met achtergrondruis, maar geeft hoe dan ook de dialogen steevast duidelijk weer.
EXTRA'S
Naast een
Trailer (2 min.) voor de film bevat de disk nog twee kortfilms en één cartoon.
Quicker in a Wink (9 min.) – geregisseerd door George Sidney – geeft een bijzonder informatief inzicht in slowmotioncinematografie en stroboscopie, terwijl
Cavalcade of San Francisco (9 min.) een entertainende Technicolorblik geeft op een historische westernparade in de tramstad. Tekenfilm
The Milky Way (8 min.) is eveneens in kleur en vertelt over een wonderbaarlijke reis van drie zuivelliefhebbende katjes naar de Melkweg.
CONCLUSIE
Go West is een slechts mild amusante Marx Brothersfilm, waarin een enkel geïnspireerd moment afgewisseld wordt met teveel verplichte, zielloze nummertjes. Wat een chaotische parodie op het westerngenre had kunnen zijn, is bijgevolg niet meer dan een uitgeblust stel oude grappen. Beeld en geluid zijn daarenboven evenmin van de hoogste kwaliteit, terwijl de bonussectie de standaard kortfilms en trailers bevat die Warner doorgaans op zijn cataloogreleases perst.