Regie: Michael Kloft
Met: Traudl Junge, Bernd Freytag von Loringhoven, Armin D. Lehmann, Rochus Misch
Beelden over de Hitlerbunker zijn schaars en meestal van Russische oorsprong. Dat is niet toevallig, want veel is er niet meer te zien. Alles wat bruikbaar was of nuttig voor de latere processen, is door de Russen systematisch weggehaald. Van de grandeur van toen zijn alleen verroeste airco-installaties, lekkende waterreservoirs, lege kasten en bergruimten overgebleven, met stof bedekt meubilair en heel veel onherkenbaar afval. Grauw en roestbruin zijn de hoofdtonen in wat eens het zenuwcentrum was van Hitlers 1000-jarige rijk. Ook in de omgeving van de bunker herinnert niets nog aan de situatie van toen. De Nieuwe Rijkskanselarij is verdwenen, net zoals 95 procent van de toenmalige gebouwen en wat eens het politieke hart van de stad was, heeft nu veel meer een commercieel en residentieel karakter.
In Death Inside Hitler’s Bunker is de betonnen constructie dan ook niet meer dan het uitgangspunt voor een film over de laatste tien dagen van het Hitler-regime. Hitlers secretaresse Traudl Junge, adjudant Bernd Freytag von Loringhoven, loopjongen Armin D. Lehmann en telefonist Rochus Misch hebben er in de laatsten weken van de Tweede Wereldoorlog een tijdlang gewoond en gewerkt. Hitler had nl. besloten om in Berlijn te blijven en er eventueel te sterven indien een totale nederlaag niet af te wenden was. Het klinkt als een heldendaad, maar dat was het allerminst, want door de oorlog onnodig te verlengen, sneuvelden ondertussen miljoenen Duitse soldaten voor een verloren zaak, waarin velen als sinds het najaar van 1941 niet meer geloofden. Maar Hitler, altijd overtuigd van zijn gelijk, schoof de aanstormende nederlaag in de schoenen van zijn zgn. falende militaire hiërarchie en van het Duitse volk dat schijnbaar onvoldoende gemotiveerd was om het rijk tegen elke prijs te verdedigen. Het Duitse volk was met andere woorden laf en in de heel aparte gedachtewereld van Adolf Hitler was er dan ook geen reden waarom dat volk de niet meer te vermijden ramp zou overleven. Dus werd alles op alles gezet om Berlijn te vrijwaren, ook al was het vermoeide Duitse leger niet opgewassen tegen de oprukkende vijand uit het oosten en waren sommige van Hitlers strategische legereenheden in Silezië (zuid-oosten) inmiddels in rook opgegaan of gewoon van de kaart geveegd. Volgens adjudant Bernd Freytag von Loringhoven heerste er in de bunker in die laatste week afwisselend euforie (de mededeling dat het 12de leger vanuit Köningsberg zuidwaarts oprukte) en moedeloosheid (toen bleek dat datzelfde leger in de buurt van Potsdam door de Russen werd opgehouden). Volgens Traudl Junge bleef van de zelfverzekerde Adolf Hitler niet veel meer over. Hij liep krom, zegt ze, er lag een doffe blik in z’n ogen, z’n linkerhand beefde, hij sleepte een beetje met het linkerbeen…
Maar Hitler duldde geen tegenspraak. Hij bedacht legereenheden die nog nauwelijks die naam waard waren om Berlijn te bevrijden, hij stelde artillerie en gevechtsvliegtuigen op die al lang door de vijand waren buit gemaakt of die door gebrek aan brandstof aan de grond bleven. Ondertussen omsingelden de Russen de Duitse hoofdstad en drongen op een paar dagen door tot in de onmiddellijke omgeving van de Nieuwe Rijkskanselarij en de Führerbunker. Pas op 30 april 1945 maakte Adolf Hitler een einde aan z’n leven. De Russen stonden toen al op minder dan 400 meter van z’n ondergrondse verschansing. De dag nadien pleegden ook Joseph en Magda Goebbels zelfmoord. Ze namen hun zes kinderen mee in de dood, want Magda Goebbels kon zich alleen een leven voor haar kinderen voorstellen in een nationaal-socialistische maatschappij. Heinrich Himmler, de man van de Holocaust, baas van de Waffen SS en tweede man van het naziregime, probeerde z’n huid te reden door begin mei met de Amerikaanse generaal Dweight Eisenhower een deal te sluiten, maar die werd afgewezen. Op 20 mei werd hij door een Britse grensport gearresteerd en tijdens een medisch onderzoek beet hij een cynanidecapsule stuk die in een kies verborgen zat.
De laatste dagen van het naziregime zijn in 2004 door regisseur Oliver Hirschbiegel verfilmd als Der Untergang met een schitterende Bruno Ganz in de hoofdrol. In Death Inside Hilter’s Bunker wordt uitsluitend archiefmateriaal gebruikt om het verhaal te vertellen. Voor het commentaar zorgen de vier eerder genoemde directe getuigen en doet regisseur Michael Kloft regelmatig een beroep op een historicus. Het resultaat is evenwichtig en boeiend en ondanks de vrij voorzichtige manier waarop het onderwerp wordt benaderd, blijft er toch voldoende ruimte om de bedompte en de hysterische sfeer in de Hitlerbunker in die laatste dagen van het regime voelbaar te maken.