DVDInfo.be >>
Bespreking >> ASTÉRIX ET OBÉLIX - LE DOMAINE DES DIEUX
ASTÉRIX ET OBÉLIX - LE DOMAINE DES DIEUX (BLU-RAY)
Bespreking door: Werner - Geplaatst op: 2015-04-07
FILM
Julius Caesar (Philippe Morier-Genoud) heeft voor de zoveelste keer een plannetje bedacht om de nagel aan zijn doodskist, de onoverwinnelijke Galliërs, die aan de kust van Armorica nog steeds de Romeinse heerschappij verwerpen, in te lijven bij het Imperium Romanum. Hij heeft de architect Anglaigus (Lorànt Deutsch) onder de arm genomen om rondom het dorp een kanjer van een bungalowpark, de Romeinse Lusthof, neer te poten waar de gestresseerde Romeinen kunnen bekomen van hun beslommeringen in de stad. Of het verblijf in de buurt van de Galliërs niet méér stress met zich meebrengt valt daarbij uiteraard nog te bezien. De architect heeft alle moeite van de wereld om de bomen in het bos gerooid te krijgen; Obélix' (Guillaume Briat) hondje Idéfix wordt namelijk doodongelukkig telkens er een boom sneuvelt; gelukkig beschikt druïde Panoramix (Bernard Alane) over magische eikels waarmee de bomen ogenblikkelijk weer aangroeien.
De toestand is echter niet bevorderlijk voor de slaven die de Romeinen gebruiken om het sisyphuswerk te voltooien: terwijl het Romeinse legerkamp uitpuilt van de boomstammen is er in het bos nog geen begin gemaakt van de bouw. De Galliërs besluiten het dan maar over een andere boeg te gooien en de bouw te laten voltooien, met het idee dat het daarna toch nog tijd genoeg is om de Romeinen buiten te kegelen. Niet iedereen is overigens even happig op een buitenverblijf vlak naast de onoverwinnelijke Galliërs; de schlemiele Petiminus (Artus de Penguern) "wint" tijdens een loterij in het Circus Maximus een buitenverblijf in de Romeinse Lusthof, met die kanttekening dat als hij de prijs niét accepteert, de leeuwen worden losgelaten. Na de voltooiing van het park menen de dorpelingen dat het zal volstaan om een kamer te boeken voor bard Assurancetourix (Arnaud Léonard) en hem een avondje lang te laten zingen zodat de schrik er bij de Romeinen voor de rest van hun leven goed inzit. Evenwel wordt het dorp in no time overspoeld door toeristen die ofwel gecharmeerd zijn door de goedkope (maar niet altijd even verse) vis van Ordralfabétix (François Morel) die zeven keer goedkoper is dan in Rome, of de zogenaamde antiquiteiten van smid Cétautomatix (Lionnel Astier) die intussen wel voor de vijftigste keer het originele schild van Vercingetorix aan een onnozele Romein heeft gesleten. Verblind door het geld beginnen de dorpelingen daarop állemaal ofwel een viswinkel, ofwel een zaak in antiquiteiten. Astérix (Roger Carel) is zowat nog de enige die zijn zinnen op een rijtje heeft, want Panoramix kan en wil uiteraard niet de toverdrank aan de Galliërs geven om hun onderling geschil uit te vechten...
We schrijven 2014 en Astérix is weer helemaal terug van feitelijk nooit weggeweest. Bij leven heeft Albert Uderzo nu na het fel gecontesteerde album Het Geheime Wapen eindelijk zijn pen doorgegeven aan het duo Didier Conrad en Jean-Yves Ferri die in 2013 het eerste Astérix-album nieuwe stijl, Astérix En De Picten, op de markt brachten en in 2015 een nieuw album zullen bekendmaken. Ze hebben hierbij beloofd dat ze de traditie van Uderzo zullen overnemen en afwisselend een album zullen maken waarin Astérix en Obélix op reis gaan, en één waarbij de actie zich afspeelt in en rond het dorpje.
Even talrijk als de landen die Astérix en Obélix in hun carrière hebben bezocht zijn de verfilmingen die totnogtoe het levenslicht zagen. Het begon allemaal in 1967 met Astérix Le Gaulois, losjes gebaseerd op het eerste album, waarin de krijtlijnen van het Astérix-universum ook voor de toekomstige verfilmingen zou gelegd worden. Uderzo en Goscinny eisten vanaf het begin een behoorlijke creatieve vinger in de pap maar kregen voor deze film nergens inspraak. De animatietechnieken van het legendarische Belvision waren echter behoorlijk rudimentair en toen een jaar later Asterix et Cleopatre het licht zag hadden de twee een veel stevigere greep op de productie, wat in een veel betere animatiekwaliteit resulteerde. Het klapstuk zou echter volgen in 1976 toen Les 12 Travaux D'Astérix het levenslicht zou zien, een verhaal dat compleet niet op een bestaand album was gebaseerd en de draak stak met het Astérix-canon - de film eindigt met het uiteenvallen van de heerschappij van Caesar en de definitieve overwinning door het zooitje ongeregeld uit Armorica, met als nieuwe keizer van Rome niemand minder dan Abraracourcix. De drie daaropvolgende tekenfilms, Astérix Et La Surprise De César (1985), Astérix Chez Les Bretons (1986) en Astérix Et Le Coup Du Menhir (1989) zouden volgen, met wisselend resultaat. Sommige films waren een amalgaam van meerdere albums (La Surprise De César was een mengeling van Het 1e Legioen en Astérix als Gladiator, Le Coup Du Menhir is een mengeling van De Kampioen en De Ziener) of één album (Les Bretons).
1999 zou het jaar worden waarin een kentering zou komen. Veteraan Claude Zidi regisseerde Astérix Et Obélix Contre César, de eerste live-actionfilm, scenariogewijs een allegaartje dat uit verschillende albums elementen ontleende. Opvallende verschijning was daarbij Gérard Dépardieu die gestalte gaf aan Obélix en daar feitelijk niet veel dikker voor moest worden. Diverse acteurs hebben intussen het personage van Astérix vertolkt maar Dépardieu bleef aan voor de andere drie live-actionfilms die totnogtoe zijn gemaakt, Mission Cléopâtre in 2002, Astérix Aux Jeux Olympiques in 2008 en Astérix et Obélix: Au Service De Sa Majesté in 2012. Ook de tekenfilmindustrie stond niet stil, alhoewel de animatie vaak uit Franse handen verdween en overgelaten werd aan Duitse en Engelse studio's, wat onder meer in 1994 Astérix Et Les Indiens en in 2006 Astérix Et Les Vikings opleverde. Vaak werd daarbij - uitgezonderd de eerste live-actionfilm - gekozen voor verfilming van albums die zich ver verwijderd van het Gallische dorp afspeelden. Waar in de live-actionfilms Gérard Dépardieu een vaste waarde werd kan voor de geanimeerde versies hetzelfde gezegd worden van stemacteur Roger Carel, die in het Franse taalgebied totnogtoe de enige Astérix-vertolker was.
En Carel is - weliswaar zoals hij zelf heeft aangekondigd voor de allerlaatste keer - van de partij in Le Domaine Des Dieux, een film die zich op drie vlakken onderscheidt van de voorgaande films: het is een film die zich nagenoeg volledig in het dorp afspeelt, de productie is opnieuw in Franse handen én het is de eerste CGI-geanimeerde film, waarmee de makers proberen aan te tonen dat Astérix van alle tijden is en meegaat met de evolutie. Regisseur Astier blijft met zijn interpretatie vrij dicht bij het album De Romeinse Lusthof uit 1971 alhoewel een deel van de politieke context uiteraard verdwenen is. De manier waarop de slaven hun pet gooien naar de constructie van de Lusthof was een ongemeen harde sneer van de auteurs naar de manier waarop in de jaren 70 de vakbonden in Frankrijk de openbare werken nagenoeg volledig lam legden, en de Numidische slavenleider is anno 2014 uiteraard compleet niet meer politiek correct, voor diegenen die graag zout blijven strooien op slakken van meer dan 40 jaar oud. Uitzonderlijk biedt de film de mogelijkheid om enkele van de minder bekende dorpsgenoten van Astérix naar het voorplan te schuiven, zoals de eeuwig kibbelende hoefsmid en visboer. De occasionele referentie naar The Fellowship Of The Ring, waarbij Panoramix Gandalf-gewijs enkele Romeinen tracht tegen te houden die het op zijn ketel toverdrank gemunt hebben, was echter nergens voor nodig en het bedroeft me een beetje dat de film niet méér tracht in te spelen op zijn eigen intrinsieke kwaliteiten; Astérix is immers een Europese legende die voor Tolkien niet moet onderdoen.
Maar wat de film vooral bewijst is dat een geanimeerde versie van Astérix nog altijd stukken beter blijft dan eender welke live-actionfilm ooit kan. De cartooneske manier waarop Obélix met één Romein in de hand de andere in elkaar slaat, of de manier waarop de Romeinse architect na een dreun metershoog boven het bos uitvliegt om vervolgens loodrecht weer op de grond te belanden is té cartoonesk om in een live-actionverfilming te gieten. Evenwel getroost Astier zich niet te veel moeite om de kijker te voorzien van een achtergrondverhaal: bij veel van de grappen - zoals het feit dat Obélix geen toverdrank mag drinken omdat hij als kind in de ketel gevallen is - wordt onvermijdelijk uitgegaan van het feit dat de kijker voldoende ingewerkt is in het Astérix-universum. Bij elke andere franchise zou zoiets het publiek finaal kunnen nekken, maar er zijn niet zoveel cultureel wijdverbreide fenomenen als Astérix op de wereld (behalve misschien Kuifje) waarvan iedereen wel over een basiskennis beschikt.
Een comprehensief Astérix-canon zoals dat voor Kuifje bestaat is er niet en zal er voorlopig niet komen; bovendien is het aantal verhalen die zich in het dorp afspelen flink ondervertegenwoordigd, en bij eventuele verfilmingen van albums als Obélix En Co is de politieke context compleet achterhaald. Ook politiek liggen bepaalde albums gevoeliger dan andere want het is maar de vraag of de Corsicanen, de Spanjaarden, de Gothen of de Belgen zitten te wachten op een tekenfilm waarin ze straal belachelijk worden gemaakt. De reputatie van de Romeinen is echter al voldoende naar de knoppen en Le Domaine Des Dieux zal daar niet veel aan helpen. Tot groot jolijt van ons.
BEELD EN GELUID
De CGI-animatie pakt goed op HD en het is fijn om te merken dat ondanks de bescheiden speelduur en het complete gebrek aan bonusmateriaal tenminste niet werd geopteerd voor een single layer-schijf. De cartooneske animatie die inherent is aan Astérix laat natuurlijk weinig ruimte voor fijn afgewerkte details en dit zal nooit ook maar in de minste mate vergelijkbaar zijn met zeg maar een Ghibli-film. Tegenover films als pakweg Hoodwinked - om er maar één te noemen - is de kwaliteit van CGI genoeg verbeterd opdat de rondingen in de animatie niet meer zo gekarteld zouden zijn of de rendering de bewegingen houterig maakt. De gebruikte animatietechnieken staan volledig op punt en de transfer laat weinig tot geen onvolmaaktheden zien. Alleen het contrast mocht iéts scherper geweest zijn. Gelukkig bevat deze Blu-ray ook de Frans gesproken originele DTS-HD MA 5.1-track, want het Vlaemsche soapgilde dat op TV weer met de gebruikelijke dédain komt verkondigen dat ze de animatiefilm hoogstpersoonlijk frame voor frame hebben getekend komt al bij voorbaat mijn oren uit. Naast een leuke soundtrack van de hand van Philippe Rombi zijn de geluidseffecten echter aan de bescheiden kant.
EXTRA'S
En om het bij het Frans te houden: Comme d'habitude, rien du tout! De irritante cross-promotionele trailers bij de opstart wekken eerder aversie dan sympathie. Maak hier toch eens een optie van!!!
CONCLUSIE
Astérix is klaar voor de 21ste eeuw, zo blijkt uit deze verfilming van Le Domaine Des Dieux. Dankzij E1 Entertainment kunnen we deze film bovendien ook bewonderen in de originele versie - in dit geval de Franse. Zoals het Astérix betaamt. Rare jongens, die Romeinen!
Studio:
E1 Entertainment Benelux
Regie:
Louis Clichy & Alexandre Astier
Met:
Roger Carel, Guillaume Briat, Lorànt Deutsch, Laurent Lafitte, Alexandre Astier, Alain Chabat, Elie Semoun, Géraldine Nakache, Artus de Penguern, Lionnel Astier, François Morel, Florence Foresti
Beeldformaat:
1.85:1 HD
Geluid:
Frans DTS-HD MA 5.1
Vlaams DTS-HD MA 5.1
Nederlands DTS-HD MA 5.1
Ondertitels:
Nederlands
Extra's:
• Cross-promotionele trailers