CROSS OF IRON (BLU-RAY)
Bespreking door: Didier - Geplaatst op: 2021-03-03
FILM
De gruwel van Tweede Wereldoorlog (en bij uitbreiding in feite alle oorlogen) was een waar welkomstgeschenk voor talloze Hollywoodfilms. Heroïsme verkoopt nu eenmaal, en men kan niet meer dan genoeg met de neus op het feit gedrukt worden dat oorlog pure ellende is. Maar een Hollywoodscène is nog geen veldslag. Er zijn voorbeelden genoeg van filmmakers die de oorlogswaanzin en dito taferelen die dat wel zo hebben nagebootst. We denken spontaan aan
Paths Of Glory van Stanley Kubrick,
Saving Private Ryan van Spielberg of zelfs het half geslaagde
Hacksaw Ridge van Mel Gibson. Maar niemand die de brutaliteit beter in de verf kon zetten dan drankorgel (maar ook genie) Sam Peckinpah, die vooral beroemd werd met zijn gewelddadige westerns. Als je bij Peckinpah een dode soldaat in een modderplas ziet liggen, dan vloeit er in de smurrie bloed.
Peckinpah was net als zijn films controversieel. Je kan hem, qua karakter toch, gerust zien als de Fassbinder van Hollywood. Tijdens iedere film ontstond er wel eens een dispuut of werden de boksbeugels eens boven gehaald. Geen gemakkelijke vent, maar door het succes van zijn vierde film
The Wild Bunch zag men wel het één en ander door de vingers. Door de verheerlijking van het geweld in zijn films kreeg hij de bijnaam "Bloody Sam", en gebruikte hij bijvoorbeeld vaak slow motion-beelden zodat je het bloed van de slachtoffers nog wat beter zag. Zijn bekendste films zijn ongetwijfeld
Straw Dogs met Dustin Hoffman,
The Getaway met Steve McQueen en
Pat Garrett And Billy The Kid met Bob Dylan.
Sommigen vinden dat
Cross Of Iron zijn laatste goede film was, maar zelf kunnen we het vrachtwagenvehikel
Convoy best nog slikken, ook al was dit een schaamteloze gooi naar het succes van
The Cannonball Run en
Smokey And The Bandit. In 1983 liep het met
The Osterman Weekend helemaal mis, en één van Hollywoods meest eigenzinnige cineasten mocht zijn carrière beëindigen met het maken van videoclips van één van de grootste nobodies uit de '80's: Julian Lennon. Maar terug naar 1977 met
Cross Of Iron.
In het midden van de jaren '70 had Peckinpah wel nog dat respect en kreeg hij de kans om zowel
King Kong als
Superman te gaan regisseren, maar hij dankte voor het aanbod en zag meer opportuniteiten in het scenario van
Cross Of Iron dat oorspronkelijk een boek was uit 1955,
Das Geduldige Fleisch van Willi Heinrich. De regisseur had echter vrij snel door dat het geen groots project was en dat hij om niet veel geld zou moeten vragen, en het weinige dat er was werd aangeleverd door zo waar een Duitse pornoproducent. Het ging alleen maar van kwaad naar erger, niet alleen Peckinpahs agressief gedrag of drinkbuien (volgens de cast dronk hij gemakkelijk vier flessen whisky per dag), maar ook bijvoorbeeld bij het slot dat door de cineast volledig was geïmproviseerd en dat op één dag gefilmd moest worden. Het is er eerlijkheidshalve dan ook aan te zien, en slaat als een tang op een varken. En toch werd de film een behoorlijk kassucces in Europa en maakte Andrew V. McLaglen (een westernregisseur die vaak samenwerkte met John Wayne) twee jaar het onofficiële vervolg
Breakthrough met Richard Burton in de hoofdrol. En hoewel in de VS de film door
Star Wars de mist in ging, was er bijvoorbeeld ook een Orson Welles die zei dat het na
All Quiet On The Western Front de beste anti-oorlogsfilm was die hij ooit had gezien.
Dat
Cross Of Iron geen doorsnee-oorlogsfilm is staat buiten kijf. Niet alleen toont Peckinpah hoe een soldaat zich op het front voelt (de angst, de twijfel en ook het vuil dat hem omringt), maar ook filmde hij deze film vanuit het oogpunt van de Duitsers. "Wij waren ook maar soldaten, en we deden wat we moesten." Uniek is het zeker, maar niet iedereen was daarmee opgezet. Vreemd genoeg weet de film vooral in de stille passages de kijker te pakken, de dialogen zeg maar. Het gevecht zelf wordt met enorm veel brio gefilmd en het lijkt wel alsof Peckinpah zichzelf wil overtreffen, maar het zijn net die scènes die het minst van allemaal werken. Maar het is natuurlijk ook de manier waarop Peckinpah het doet, en dat merk je al vanaf de beginfase waarin je een Duits kinderliedje (
Hänschen klein) hoort met archiefbeelden van een glimlachende Hitler en de volgzame Hitler-jugend.
Het verhaal speelt zich af in 1943. De oorlog loopt op zijn einde en de Duitse soldaten weten al lang dat ze hun Führer niet meer moet geloven, maar dat zet geen rem op de strijd. Op het Russische front wordt nog steeds op leven en dood gevochten, onder hen ook Rolf Steiner (James Coburn) die net gepromoveerd is tot sergeant. Een oorlogsheld, maar naar zijn meerderen luisteren zit er niet altijd in, zeker niet naar de arrogante kapitein Hauptmann Stransky (Maximilian Schell) die uit de hogere klasse komt en aangesteld is als de nieuwe commandant van Steiners squadron. Na een bloedige strijd tegen de Russische troepen verliest luitenant Meyer (Igor Galo) het leven, terwijl de laffe Stransky niet uit zijn bunker komt. Na het gevecht claimt Stransky het IJzeren Kruis als beloning, maar daar wil Steiner een stokje voor steken.
Het grootste probleem van
Cross Of Iron blijft de casting. Het zijn wel stuk voor stuk goede acteurs die hier overigens treffend acteren, maar ze stralen veel te veel een Britse flair uit waardoor het moeilijk wordt om ze twee uur als Duitsers te volgen. Het verhaal zelf staaft op een pittig en gedurfd scenario dat alleen op het einde door de reeds aangehaalde reden wat in het slop loopt, maar voor de rest een oorlogsfilm die je moet hebben gezien ook al zijn er hier, net zoals in elke veldslag, alleen maar verliezers in het spel.
BEELD EN GELUID
Hoewel de film uit 1977 stamt (wat volgens het rekenmachientje duidt op ongeveer 45 jaar ouderdom) is
Cross Of Iron verbluffend mooi gefilmd. Nou ja, mooi. Vooral voltreffend. Er is maar weinig kleur te bespeuren op een slagveld en dat heeft Peckinpah als geen ander zeer goed door, en het decor dat je ziet in deze film is dan ook grijs en vooral grauw (en technisch bekeken excellent). De weinige felle kleuren die je ziet, zijn rood door bloed waaraan trouwens geen gebrek was ofwel door de nazi-vlag. De DOP van
Cross Of Iron was John Coquillon die voor Peckinpah ook al het controversiële
Straw Dogs en
Pat Garrett And Billy The Kid deed. Het was roeien met de riemen die men had, want de film werd in zeer moeilijke omstandigheden in Joegoslavië gedraaid, en de geldschieter van de film stond op de rand van een faillissement. Het geluid is Dolby Surround 2.0 met Engelse dialogen (ook al volg je Duitse soldaten, en wat soms irritant werkt, zeker als ze een zeer Engels accent hebben). Verder ontbreekt de film geluidslagen waardoor dialogen en geweerschoten in één laag zitten.
EXTRA'S
In de bonussectie vind je niks, zelfs geen armtierige trailer.
CONCLUSIE
Cross Of Iron is op vele vlakken een gedurfde oorlogsfilm. Peckinpah blijft zichzelf trouw door zijn werk aan te dikken met zeer veel expliciet geweld, ook al zijn het net de ingetogen scenes die je het diepste raken. Het vreemde einde wordt de man door gebrek aan geld vergeven, maar voor de rest een te noteren klassieker.